Dichterlijke mengelingen.
Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar
MENGELINGEN.
7S
OP DEN grooten menno
BARON van COEHOORN.
erd 001t mijn boezem door der helden roem ontvonkt, Kon waare dapperheid ooit mijne erkentnis vergen,
't Is, daar de zegekrans met eeuwge lauwren pronkt, Voor de eer van Nederland, den fchutsheer van mijn Bergen.
Coehqorn, 6 ja, uw naam geeft aan mijn zangen zwier, Zoudt ge uit d'onfterflijkheid den Aroom des tijds begluuren?
Hoor dan de galmen, die mijn zagt geAemde lier Doet klinken, tot uw lof, in Bergen's trouwe muuresjj
Wordt hij, die volk bij volk doet knielen voor zijn troon. En trappende in hun bloed, de vrije halzen kluiftert,
Door laage vleierij, 'tverdrukte recht ten hoon, D,e hulde toegezwaaid, fchoon door. belang ontluiAerd;
E 5 Den
y