DER BEIDE INDIEN. ?I
fmaak, zyne onmeetelyke fchatten, de vrugt van dus een krygshaftigen moed. Gewoonlyk voer hy om buit met een Fregat, welk hem zelvcn toebehoorde. Dewyl zyne nieuwe ontwerpen grooter fterkte vorderden, tradt hy in maatfehappy met granmont, godefroy en joxQué, drie Franfchen, vermaard om hunne togten, en den Hollander lauuens de graaf, welke hen in vermaardheid nog overtrof. By deeze zo beruchte Opperhoofden voegden zich twaalf honderd Vrybuiters, en men zeilde, met zes fchepen, na Vera-Crux.
De ontfeheeping gefchiedde, onder begunftigïng der duifternisfe, drie mylen van de ftad, alwaar men, zonder van iemand ontdekt te zyn, was aangekoomen. De Bevelhebber , het Fort, de Barakken, de voor. naamfte posten, alles wat in ftaat was om eenigen tegenftand te bieden, was veroverd, toen de dag aanbrak. Alle de burgers, mannen, vrouwen, kinderen, wierden opgeflooten in de kerken, waarheen zy gevlugt waren. Aan de deur van ieder kerk hadt men vaatjes buspoeder gerold, om het gebouw in de lucht te doen fpringen. Een Vrybuiter, met een brandende lont in de hand, moest 'er den brand in fteeken, op het minfte gerugt van oproerigheid.
Terwyl de ftad dus in ontfteltenis wierdt gehouden, wierdt zy, zonder tegenftand, geplonderd; naadat de kostbaarfte goederen waren ingefcheept, wierdt den burgeren, die in de vryplaats der kerken wierden gevangen gehouden, de voorflag gedaan,om hun leeven E 4 en
X.
boek.
Raynal, Guillaume Thomas François, "Wysgeerige en staatkundige geschiedenis van de bezittingen en den koophandel der Europeaanen, in de beide Indiën. : VIERDE DEEL". "Vierde deel". Schalekamp, Matthijs Amsterdam, 1774-1803, 1775. Geraadpleegd op Delpher op 12-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=dpo:9402:mpeg21:0005