Grenscorrecties aan de orde. (Van onze pari. redacteur.) Het begon Dinsdagmiddag in de Tweede Kamer nogal rumoerig. De aangevraagde interpellatie van de heer Gortzak (comm.) over de circulaire van generaal Kruis aan het leger, om te onderzoeken welke officier of minderen kennis van het Russisch of van andere Slavische talen bezitten, welke de voorzitter mr. Kortenhorst wilde toestaan, werd bestreden door mr. v. d. Goes van Naters (P.v.d.A.). Mr. v. d. Goes vond de interpellatie thans niet nodig, omdat de heer Gortzak door een schriftelijke vraag de gewenste inlichtingen kan krijgen. Bovendien zal bij de behandeling van het Atlantisch Pact deze kwestie ter sprake kunnen worden gebracht, want hij meende dat het hier verband mee hield. De heer Gortzak gaf aan een interpellatie de voorkeur. De Kamer weet niet of deze kwestie wel bij het Atlantisch Pact ter sprake komt. Tenslotte werd met 66'tegen 18 stemmen de interpellatie afgewezen. Tegen de P.v.d.A., KV.P. V.V.D. C.H. en St. Geref. De A.R. met de communisten stemden voor, met uitzondering van de heer Zaal. Onder algemeen gelach stemde de voorzitter voor! Bij het aan de orde stellen van de wetsontwerpen inzake financiering van het Economisch Herstel van Indonesië en de Marshall-hulp aan Indonesië kwam eerst de heer Schouten (R.K.) betogen, dat het beter was deze wetsontwerpen van de agenda af te voeren tot de nota door de Minister van Financiën toegezegd over de financiële toestand van Indonesië, de Kamer had bereikt. De voorzitter bestreed dit en Minister Lieftinck drong aan op directe behandeling, daar dit mede een bewijs van vertrouwen zou zijn voor Indonesië, aan de vooravond van de voor-conferentie te Batavia. Na enig debat werd het voorsteiSchouten, tot afvoering van de agenda, met 65-16 verworpen. De Kamer zette zich vervolgens aan de behandeling van het wetsontwerp inzake regelen ter bestrijding van de aardappelmoeheid. Verschillende sprekers wijzen op de ernstige consequenties van dit wetsontwerp dat aan de Regering grote bevoegdheden geeft, daar het verplichte wisselbouw voorschrijft en de aardappelcultuur voor langere tijd op besmette terreinen verbiedt. Er werd veel over „Aaltje" gesproken, het wormpje, dat de aardappelwortels aantast en door zijn eieren de oogst kan doen mislukken. Verschillende landbouwexpegts als de heren v. d. Heuvel (A.R.), Groen (K.V.P.) e.a. vroegen de belangen der ' betrokken telers in her, oog te houden en de adviezen der belanghebbende organisaties te volgen. Minister Mansholt zei, dat het principe der wet is: Voorkomen is beter dan genezen. Spr. zei toe, dat de organisaties op landbouwgebied zullen worden ingeschakeld. Wat de vroege aardappelgebieden betreft is het ae bedoeling de wet daar zeer soepel toe te passen. De landbouwvoorlichting zal intens worden ingeschakeld. Onmatige uitbreiding van het groente areaal zal worden tegengegaan. Overwogen wordt, een 50% teelt toe te staan voor de vroege aardappelgebieden.
Het wetsontwerp werd z.h!st. goedgekeurd. Aan de orde was vervolgens het wetsontwerp tot pprichting van de Ned. Indonesische Maatschappij tot Financiering van het Economisch Herstel van Indonesie N.V. en verlening van garanties voor investering in Indonesië. Het voorstel werd zonder hoofdelijke stemming aangenomen, onder aantekening, dat de communisten en de heer Weiter tegen zijn. In de avondvergadering opende de heer Ruygers (Arbeid) de gedachtenwisseling over de .grenscorrecties, terwijl premier Drees en minister Van Maarsseveen achter de regeringstafel zaten. De heer Ruygers was tegen grotere annexaties bij wijze van schadevergoeding, waarop de regering nog altijd zegt aan te sturen. Het is onze taak mee te werken aan de democratische wederopvoeding van Duitsland, aldus spreker, die een geheel nieuwe Duitsland-politiek wil, gericht op internationale samenwerking en supranationale organen. De heer Haaken (comm.) verzekerde,
dat de communisten iedere grenscorrectie zullen afwijzen. De heer Schmal (CH) smaalde wat over het kabaal, dat de laatste dagen in Duitsland over de grenscorrecties tegen ons wordt gemaakt. Hij betoogde, dat het uitsluitend om technische correcties gaat en het arinexatie-probleem helemaal niet aan de orde is. Met het voorstel kon hij zich volkomen verenigen: beter een half ei dan een lege dop. Heden, Woensdag, voortzetting.
"Tweede Kamer Interpellatie-Gortzak afgewezen Bestrijding van de aardappelmoeheid". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
"Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
"Amefa". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
Washington wil het ijzer smeden. (Van onze Parij.se correspondent) i TPOEN ROBERT SCHUMAN met ^ in iedere hand een koffer met zyn persoonlijke bagage, op het vliegveld van Washington voet op Amerikaanse bodem zette, waren de eerste woorden, die hy tot de wachtende journalisten sprak, aan Duitsland gewijd. Dit land, zei de minister, zal nooit deel uit kunnen maken van het Atlantisch Pact om de eenvoudige reden dat het geen leger bezit. Deelneming aan de Europese Unie achtte hij daarentegen mogelijk. Aldus had de Franse excellentie hij zijn eerste ontmoeting met Amerikanen reeds te kennen gegeven, dat Frankrijk het accent der onderhandelingen in Washington, die tot 8 April a.s. kunnen duren, op het Duitse probleem geplaatst wilde zien. De opmerking leek ogenschijnlijk overigens wat voorbarig, aangezien officieel Duitse deelneming aan het nieuwe pact nog door niemand ter sprake was gebracht. Maar de gebeurtenissen ontwikkelen zien met een ongekende snelheid en de Fransen hebben redenen te geloven, dat binnen afzienbare tijd — wanneer het pact b.v. door de senaat in behandeling zal worden genomen — ook de oprichting van een nieuw Duits lcrer aan de orde kan worden gesteld. Aangezien Schuman blijkbaar voelde, dat de grond onder zijn voeten — diplomatiek gesprotten — van een zekere drassigheid niet vrij was te pleiten, zocht hij vast ergens een dijk, waarop hij zich veilig terug zou kunnen trekken. Die dijk of linie wordt voor Frankrijk momenteel begrensd door haar absolute voornemen elke militaire samenwerking te weigeren met een land, dat haar grondgebied, vijf jaar geleden, nog bezette. In Parijs is zo de algemene indruk dat Schuman in Washington een zware taak te wachten staat. Practisch staat hij namelijk alleen tegenover Acheson en Bevin, die hun politiek ten aanzien van Duitsland grotendeels hebben gecoördineerd. Alle tekenen wijzen er op meent men hier, dat Amerika thans
vast besloten is het ijzer te smeden terwijl het heet is en dit beeld dient dan zo verstaan te worden, dat op het moment dat West-Europa naar de militaire steun van Amerika solliciteert het State-Department, dat overigens op dit punt geen beslissingen buiten de Senaat kan nemen, haar visie op de Duitse kwestie wil doen zegevieren .De ontmanteling der Duitse industrie zal moeten worden stop gezet en de Duitse koopvaardijvloot in omvang en snelheid opgevoerd. Deze voorstellen, die zijn neergelegd in het z g rapport Humphrey, dat onlangs op verzoek van het State-Department is opgesteld, is door Engeland in grote lijnen onderschreven Frankrijk echter oppert er grote bezwaren tegen, die wij hier reeds meer dere malen uiteen gezet hebben. De Anglo-Amerikanen achten deze er andere maatregelen nodig en zelfs urgent, omdat Rusland haar greep op Oost-Duitsland verstevigt en haar propaganda opvoert voo. de restauratie van het Duitse Rijk. Bovendien verontrust men zich over de troepenverplaatsingen van het Russische opperbevel naar Tsjecho-Slowakije en Oost-Duitsland, die in verband worden gebrachl met aanstaande militaire manoeuvres waarbij 300.000 man gemoeid zullen zijn en alles wat op dit gebied sedert de oorlog is gepresteerd, in omvang zal overtreffen. Zonder zich door deze militaire demonstraties overdreven te laten alarmeren, ziet men er toch een symptoom in, dat op verscherping van de internationale toestand wijst. Wat de bezetting van de posten van het Amerikaanse bestuur in Duitsland betreft, is het Parijs evenmin ontgaan, dat stelselmatig de militairen hun plaatsen voor burgerlijke diplomaten hebben moeten inruimen. Washington wil ten aanzien van Duitsland een politiek voeren, meent men hier, die niet meer door particuliere initiatieven van improviserende generaals doorkruist zal kunnen worden, en als volgende stap schrijft men Dean Acheson het voornemen toe, het beleid der Westerse landen sterker dan tot dusver het geval is geweest, te „harmoniseren" naar de inzichten van het State-Department Die inzichten worden gekenmerkt door een nuchtere, zakelijke beschouwing der vele internationale factoren waarvan de verhouding tot Moskóu natuurlijk de voornaamste is. Voor een
Amerikaan is zo de Duitsland-politiek vooral een zaak van berekenbare materiële krachten: Hij kent niet de gevoelens, die elke Fransman drukken, wanneer hij de oplossing van een probleem overweegt, waarbij Duitsland op enige wijze betrokken is. Schuman, die stamt uit het randgebied Elzas-Lotharingen, symboliseert door zijn herkomst de Franse vrees voor het Duitse gevaar. Hij zal daarom al zijn aangeboren bezadigdheid nodig hebben om zich van zijn instinctieve angsten te bevrijden en het contact te vinden met zijn Amerikaanse collega Acheson, wiens kennis van het Duitse probleem in Frankrijk overigens hoog wordt aangeschreven.
"Frankrijk en de onderhandelingen in Washington Het probleem Duitsland". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
2. (Speciale reportage). Hoewel het Vezelinstituut T.N.O. te Delft met zijn 110 man personeel een uitermate bescheiden indruk maakt als wij het vergelijken met de vier fantastische paleizen, welke voor ditzelfde werk in Amerika zijn ingericht, is het er nochtans in geslaagd zich — onder leiding van de heer Van Nouhuys — een faam te verwerven, die ver buiten onze grenzen is uitgegaan. Ook een maatschappij als de KLM kan in omvang en financiële kracht niet met tal van cücurrerende instellingen in het buitenland wedijveren. Dat zij niettemin door zo vele vreemdelingen wordt uitverkoren, komt door haar perfecte service en de bekwaamheid van haar piloten, die in Nederland een waarlijk unieke opleiding ontvangen. Het Vezelinstituut zoekt eveneens zijn kracht in de kwaliteit van zijn werk en mag er prat op gaan dat men hier en in de vreemde de hoogste waardering koestert voor de juistheid van zijn adviezen. Vandaar dat er van de 1400 rapporten in het afgelopen jaar vele tientallen naar bedrijven zijn gegaan in andere landen, waar men zijn eigen instellingen voor research heeft om toch aan het Nederlandse zijn vertrouwen te schenken.. De stichting De Rijksvezeldienst, die, aan het Vezelinstituut voorafging, is in 1919 gesticht op instigatie van prof. dr. G. van Iterson en prof. f. P. de Vooys, als een kèurings- en onderzoekingscentrum ten behoeve van de vezelhandel en de vezelnijverheid. Na een bescheiden, begin namen de werkzaamheden
geleidelijk toe om na enige tientallen jaren een grote vlucht te krijgen. Tot de dienst behoorde toen ook nog het Proefstation voor de Wasindustrie, dat nauw met het Vezelinstituut samenwerkt, doch in 1938 zelfstandig is geworden onder directie van ir. I. Smit. In 1941 werd de Rijksvezeldienst opgenomen in de „organisatie voor toegepast natuurwetenschappelijk onderzoek", T.N.O., om als „Vezelinstituut T.N.O." verder te gaan en allengs — vooral in de jaren na de bevrijding — steeds meer met werkzaamheden te worden overstelpt. Tegen 18 man personeel in 1938, zijn er nu 110: de cijfers spreken een duidelijke taal als men weet dat men ook nu het werk nog niet aan kan. Het nut en het belang van het instituut worden in steeds breder kring erkend, al zijn we nog lang niet waar we zijn moeten. In esn wereld, waarin per dag vijftigduizend babies worden geboren, mag het zaak worden genoemd dat met het gemeenschappelijk goederenbezit zo zuinig mogelijk wordt omgesprongen. Nog lang niet voldoende is ieder fabrikant en consument zich van die waarheid bewust. MOTSCHADE TIEN a VIJFTIEN MILLIOEN GULDEN PER JAAR. Er is bij ieder onderzoek veel studie en veel berekening nodig. Pas als men precies de reden kent waardoor een bepaalde schade of fout veroorzaakt wordt, kan de bestrijding of •verbetering waarlijk doeltreffend zijn. Vandaar dat men aan het Vezelinstituut het doen en laten der motten b.v. zeer nauwkeurig heeft nagegaan. Alleen door motschade wordt immers aan ons wolbezit jaarlijks een verlies van tien a vijftien millioen gulden bezorgd. Wie een te hoge belasting aan de mot moet opbrengen, moge intussen weten dat het Delftse instiuut bereid is hem niet raad en daad terzijde te staan bij de bestrijding en daarin
zeer dikwijls succes heeft. In een der gebouwen van de Technische Hoge school vindt men in een simpele houten kast een der merkwaardigste motten-verzamelingen uit heel ons land. In tientallen flesjes zijn ze daar saamgebracht, geregistreerd naar aantal en soort en kwaliteit, en altijd weer vindt men in het flesje een lapje, een stukje bont of een reepje karpet, waarop de beestjes hun lusten toot kunnen vieren. Na een bepaald aantal dagen zal men 't lapje uit de fles nemen en het zal een lange en interessante reis beginnen door de laboratoria en andere afdelingen van het instituut, waar al de waarnemingen, bij wijze van spreken, in cijfers worden vastgelegd! Nochtans staan ook deze deskundigen herhaaldelijk voor nieuwe problemen. Op de natuur raakt men na eenmaal nooit uitgestudeerd. In Deventer, Eindhoven en in Tilburg is men de laatste tijd te hulp geroepen om schade, welke — naar men zei — veroorzaakt werd door tapijtkevers te bestrijden. En men zag zich geplaatst tegenover een vijand, die men aanvankelijk zelfs niet kende. Pas na veel moeite wist men hem als een „messing-kever" te determineren. Maar er blijken vele soorten tapijtkevers te bestaan, die zich vooral in de laatste maanden doen gelden. Slaagt men er een enkele maal niet in de kever te herkennen, dan vraagt men elders om assistentie: eerst in Leiden, daarna in Engeland en desnoods in Amerika.. Wat men als „tapijtkever" aanduidt, blijken overigens soms beestjes te zijn, die voornamelijk leven op meelproducten: havermout, e.d. Vergeten voorraden kunnen in dit opzicht tot noodlottige gevolgen leiden. Eenmaal zullen die kevers zich door hun voedselrantsoen hebben heengewerkt. Zij gaan dan op zoek naar nieuwe kost en dwars door alle obstakels heen vinden vele van die exemplaren daarbij hun weg, dwars* dus ook door de tapijten, waarin zij ronde gaten boren, zulks in tegenstelling met de gewone mot, die een horizontale gang graaft. Het* is een werkwaardig feit dat de „tapijtkever" juist tegenwoordig zo veel wordt gesignaleerd. Aan het instituut houdt men zich voor alle bijzonderheden dienaangaande warm aanbevolen.
"Werk van het Vezelinstituut internationaal gewaardeerd Met ons gemeenschappelijk goederenbezit moet zuinig worden omgesprongen.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
Minister In 't Veld zette gisteren in. de Eerste Kamer zijn Donderdag j.l. afgebroken rede voort ter verdediging van de begroting van Wederopbouw en Volksvoorlichting. Ook thans kon de bewindsman niet anders dan in eningszins gewijzigde woorden zeggen, hetgeen reeds in de Tweede Kamer naar voren was gebracht. Bij het chapitre krotopruiming wees hij er met nadruk op. dat hij thans nóg zit met de krotten, die de vooroorlogse kabinetten verzuimd hadden op te ruimen. Toen had men gemakkelijk kunnen saneren. Thans staat de nieuwbouw voorop. Eerst als er genoeg woningen zijn kan worden overgegaan tot krotopruiming en net simplex-maken van de duplex-woning8 z:h.st. werd de begroting goedgekeurd, evenals die van het StaatsDe-* drijf der P.T.T.
"EERSTE KAMER. Begroting van wederopboùw goedgekeurd". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Voorthuizen (2e pred. pl.) J. C. Terlouw te Otterlo, te Oostwoud-Midwoud (toez.) F v. d. Heijden, voorg. Ver. v. Vrijz. Herv. te Leiden, te Zuidwolde (Dr.) J. Veenendaal, cand. en hulppred. te Leiden. Aangenomen naar Sneek (als hulppred. met.voll. bevoegdheid) A. van Santen te Akersloot, naar Oosterend (Texel) P. C. Klijnsma, cand. te Hengelo (O.). Geref. Kerken. Beroepen te Almelo en te Nijverdal J. H. de Boer te Monnikendam, te Oegstgeest-Morsch-Rrjndijk en te Tilburg T. B. van Houten te Britsum, te Dedemsvaart S. G. Bloem te Hoogkerk, te Engwierum H. Retel te Haaksbergen. Chr. Geref. Kerken. Beroepen te Eindhoven D. van Wilsum te Kornhorn. Bedankt voor Leerdam C. V. d. Weele te Harderwijk. Vrije Evang. Gemeenten. Bedankt voor Franeker P. Werges te Winschoten.
"KERKNIEUWS.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
Van verschillende kanten horen we, dat puzzelaars zich met elan hebben geworpen op de oplossing van de rebus-feuilleton, waarvan we hieronder weer zes „alinea's" afdrukken. Wie er even aan gewend is dit „tekeningen-schrift" te lezen, „vertaalt" met het grootste plezier de rebus in gewoon proza. En wat voor proza. Ook om de spanning van het verhaal wacht men met ongeduld de volgende dag af, als weer een nieuwe feuilleton uitkomt. In de tekeningetjes kom je zo van alles tegen en het is dikwijls grappig te zien, hoe de „schrijver" zich „-uitdrukt". Hij grijpt zijn woorden uit alle jaargetijden, getuige het wak in de feuilleton van gisteren en de koene duik in het frisse nat. Hij voert de herinnering terug naar de bezettingstijd, is thuis in de historie en de huishouding, kortom zijn wijze
van „schrijven" brengt U in contact met alles en allerlei, waardoor het oplossen van een rebus juist zo leuk en zo interessant is. En dan, een reeks van prijzen wacht als beloning. Waarom zon U niet een der gelukkigen zijn? Doe 'n gooi naar de hoofdprijs van f 50.—, of naar de andere geldprijzen van f 30.— f 20.— en f 10.— En wie zou niet een mooi gebonden boek willen winnen? Wie nog niet begon met de oplossing zoeke de kranten van Zaterdag, Maandag efi Dinsdag weer op en starte alsnog. Inzending van de oplossing onder vermelding: Rebus-Feuilleton, uiterlijk tot 25 April a.s.. Het motto luidt: Doorzetten en prijzen winnen.
"Onze Rebus-prijsvraag Voor drie honderd gulden aan prijzen". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
"REBUSPRIJSVRAAG". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005
Fve Balfourverklaring van 1917 over Palestina is beroemd geworden. Minder bekend is de minstens zo belangrijke Balfourverklaring van 1926. Zij immers legde voor het eerst vast,'dat de Britse dominions autonome gemeenschappen zouden worden binnen het imperium, gelijk in status, op geen enkele wijze ondergeschikt aan elkaar, noch in binnenlandse, noch in buitenlandse aangelegenheden, hoewel verenigd door hun gemeenschappelijke trouw aan de Britse kroon. Deze aldus gedefinieerde verhouding werd in 1931 door het Engelse parlement bevestigd in het zg. Statuut van Westminster. Hiermede hadden de dominions volledig zelfbestuur gekregen. Zij werden voortaan rechtstreeks diplomatiek vertegenwoordigd is door een functionaris, den zelf heeft elk dominion zijn eigen Hoge Commissaris, terwijl Engeland in de dominions vertegenwoordigde is door een functionaris, die nog altijd de koloniale titel van gouverneur draagt. Rechten, welke het Britse parlement zich vroeger had voorbehouden, kwamen bij deze regeling geheel te vervallen. De Engelsen beschouwen terecht deze statenbond als de meest ideale vorm van samenwerking, een voorbeeld voor de wereld. Desniettemin waren er moeilijkheden. Economisch kwam er verwijdering als gevolg van geografische ligging Canada en Australië oriënteerden zich op Amerika. Doch toen Engeland in 1939 in nood verkeerde, snelden zij toe als trouwe paladijnen. De zuiver Britse gebieden zullen zich wel altijd een
bli.jven voelen met het moederland. Ierland, wiens emigranten de overzeese domonions groot hielpen maken, verlaat thans het ouderlijk huis en keert het misschien wel de rug toe. Het kan de oude vete met-de Engelsen niet vergeten. Dank zij de soepele domonion-regeling kon het in de oorlog neutraal blijven. Is er groter bewijs denkbaar voor de vrijheid van de leden van dit unieke verbond? Desondanks zit het de nationalisten dwars, dat zij de Britse kroon moesten erkennen, al is het slechts formeel. Thans heeft India besloten eveneens een onafhankelijke republiek te worden, maar met het kennelijk voornemen de band met het gemenebest niet te verbreken. De strategische positie van dit land laat dit niet toe. Het probleem, waarvoor de komende dominionconferentie in Londen nu geplaatst is, vormt de vraag of er een formule kan worden gevonden, waarbij ieder vrij is de band met de Britse kroon te verbreken, maar niettemin alle voordelen zal behouden, verbonden aan de erkenning van de koning van Engeland. Niemand weet hier nog een oplossing voor. De regering heeft enige tijd geleden getracht de opstandigen te bevredigen door het woordje „Brits" weg te laten bij de aanduiding van het gemenebest, maar na vele protesten kwam het weer te voorschijn in de jongste troonrede. Men heeft er ook over gedacht om het staatshoofd te aanvaarden als symbool van het Gemenebest als groep, dus niet meer van elk samenstellend deel afzonderlijk, zoals thans het geval is. De presidenten der republieken zouden dan tegenover het buitenland optreden als vertegenwoordigers des konings. Ierland, dat vlak voor de bijeenkomst der dominions, op 18 April, de herdenkingsdag der Ierse revolutie van 1916, de republiek zal uitroepen, heeft geweigerd deze formule te accepteren. Het is ook twijfelachtig of India ervoor voelt. Ook is gedacht aan een regionale verbinding tussen republikeinse en andere delen van het gemenebest of aan een buitengewoon lidmaatschap daarvan voor landen, die zich van de kroon losmaken. Indien het gemenebest alleen maar door een verdrag bijeengehouden zou worden, zou het niet meer betekenen dan een andere willekeurige statenbond. De figuur van de koning is voor de oude dominions, in tegenstelling met de nieuwe, een morele factor van onschatbaar belang.. Nu men de suggestie oppert van een aanvullend pact voor Zuidoost Azië kunnen de dominions in hun typische onderlinge verbondenheid niet worden gemist. Zij zullen echter meer dan voorheen op éigen krachtsinspanning zijn aangewezen. Er schijnen reeds plannen te ziin, welke elk hunner een bepaalde rol toewijzen, economisch en strategisch. Ook Nederland en Indonesie zijn in dit verband reed genoemd. In het grote geheel, dat men voor ogen heeft zouden ook zij met een speciale verantwoordelijkheid worden belast. Daarom is ook voor ons land deze conferentie, waaraan behalve de Canadese alle dominion-premiers, inclusief Malan, zullen deelnemen, van het grootste gewicht.
"Nieuwe structuur voor het Britse gemenebest ? Na Eire stelt thans India een schier onoplosbaar probleem". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/04/06 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 14-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058377:mpeg21:p005