Hedenmorgen ruim 10 ure ontstond er een verschrikkelijke brand aan den Feijenoorddijk en wel in pand No. 6, bovenwoning, behcorende tot de panden bekend onder de benaming »oude huizen", waar woonde de verver Braus. De brand nam,aangewakkerd door den wind,in eens zoo in hevigheid toe, dat onmiddellijk de andere bovenwoningen der panden 2, 3, 4, 5 en 7 in lichterlaaie stonden.
Handbrandspuit no. 25 was liet eerst op het terrein aanwezig en gaf ten 10.12 water, daarna kwam de stoomspuit no. 3, die ten 10.45 water gaf. De spuiten, die in volgorde water gaven, zijn: n 0.25, spuit 5, vervolgens 4,1, 2, toen stoomspuit no. 3, gevolgd door 6en stoomspuit no. 1; de handbrandspuit no. 24, was spoedig op het terrein doch kon door een klein defect geen water geven. De panden behalve No. 1, dat gespaard bleef, zijn totaal vernield en uitgebrand, 24 huishoudens waarvan 21 niet geassureerd waren, zijn totaal geruineerd. Hartverscheurend was het te zien, hoe moeders haar kroost en ouden van dagen weg droegen, om hen in veiligheid te brengen. Ooi zaak van den brand is onbekend, doch wordt er door de politie streng onderzocht. Even na het ontstaan van den brand was de burgemeester dezer Gemeente op het terrein aanwezig. De politie zorgde voor de afzetting van het terrein; eenige have en goed is nog gered kunnen worden.
"Verdere ongelukken vielen niet voor, dan dat een bewoonster in haar pand door den schrik in onmacht viel, doch zij werd bijtijds weggedragen. De panden behoorden in eigendom aan den heer Kolff en waren verzekerd. Op last der gemeente moesten bedoelde panden a. s. Augustus worden gesloopt. Zij stonden op gemeentegrond. Het huisgezin van Braus, waar de brand uitgebroken is, bestaat uit man, vrouw en vijt kinderen ; wegens oneenigheid had de vrouw de woning met een kind verlaten. De vader, die den nacht in huis doorgebracht had, was tien minuten vóór het uitbreken van den brand weggegaan, vier kinderen zonder toezicht achter latend. De benedenbewoonster, die veel last gehad heeft van het leven van het gezin van den bovenbewoner, hoorde weder een ongewoon geraas, riep luide dat zij stil moesten wezen, doch begon alras te bemerken, dat er ernstig onraad was. De gesloten deur werd met geweld geopend. Er bleek brand,doch aan blusschen met eigen hulp viel niet te denken. Redden was het eenige waarop de vrouwen der bewoners bedacht moesten wezen.De brandweer kwam spoedig, doch ook haar krachtig optreden vermocht weinig. Over alle huizen was één zolder. Voor de verschillende bewoners waren de afdeelingen met latten afgescheiden, zoodat de brand in de bovenwoning uitgebroken eenmaal op den zolder, ruim en licht voedsel'vond in de houten afscheidingen en in een oogenblik over alle panden verspreid was. De scheidingen der woonvertrekken waren ook van hout, zoodat het behouden van een gedeelte eene onmogelijkheid was. De toestand der bewoners, veelal werklieden van de fabriek Feijenoord, is diep beklagenswaardig, velen zitten met het schamel overschot van hun huisraad in de open lucht, niet wetende waar zij hedennacht hun hoofd ter ruste zullen leggen.
Het is daarom aangenaam te kunnen mededeelen, dat tijdens den brand eene collecte gehouden werd, die in korten tijd een bedrag ad f 86.42'/; opleverde, later nog verhoogd met f 15. Aan diegenen, die nu hedennacht niet door familieleden gehuisvest kunnen worden zal daarvan eenige tegemoetkoming worden gegeven. Voor 21 huisgezinnen met kinderen is echter veel noodig en zoo verklaren wij ons gaarne bereid gelden voor de zwaar beproefden in ontvangst te nemen aan het bureau van dit blad, die in het Nieuwsblad zullen worden verantwoord en door eene commissie, bestaande uit vier hoofden der brandweer, naar behoeften zullen worden verdeeld.
Hedenmiddag had de algemeene vergadering van aandeelhouders in de «Nieuwe Afrikaansche Handels - Yennootschap" plaats, waarin vertegenwoordigd waren 4-55 aandeelen, uitbrengende 38 stemmen. Het verslag van den toestand der Vennootschap, dat reeds door ons is medegedeeld, werd voor kennisgeving aangenomen en het dividend op 13pCt. vastgesteld. De heer B.P.Van IJsselstein werd tot controleur herbenoemd. In de plaats van den heer G.Th.Philippi, die aan de beurt van aftreding en niet herkiesbaar is, werd benoemd tot lid in de Commissie, bedoeld bij art. "18, de heer A. J. F. Burger, en tot lidplaatsvervanger, de heer 11. Molenaar. De heer Roest Van Limburg vroeg inlichtingen omtrent de houding der regeenng in zake den vrijen invoer in den Congo-staat, waarop de directie antwoordde, dat zij geen vrijheid vond hieromtrent mededeelingen te doen, maar dat de regeering doordrongen is van het gewicht der zaak en de belangen van den handel, zooveel mogelijk in haar vermogen is, zal trachten te bevorderen. De heer Roest Van Limburg verklaarde zich met dit antwoord tevreden en bracht hulde aan de haar uitstekend beleid.
Hierna werd de vergadering gesloten. g|D e stoomboot sJohan de Wittl I", die te zes uur hedenmorgen haar eersten tocht aanving, kwam op de vaart tusschïn Kralingen en Bolnes in aanvaring met een zandaak uit Ouderkerk. Het ongeluk is te wijten aan den bestuurder van de sleepboot »Johanna Hendrina", die met haar last in een verkeerd vaarwater was. Op de »Johan de Witt II" had men alle pogingen aangewend om de aanvaring te voorkomen, daar echter de boot op het zand liep, weigerde (leze het roer te gehoorzamen. De opvarenden van de zandaak,die onmiddellijk zonk,werden gered doorde sleepboot, die op het angstgeschreeuw van de passagiers keerde en beiden uit het water haalde. De heer Gerh a r d, te Amsterdam, trad Zaterdag 11. voor de Atdeeling Rotterdam van den »Bond van Nederlandsche Onderwijzers" op,met een lozing, getiteld: »Het kind als opvoeder". Met tal van voorbeelden, aan het schoolleven en ook daarbuiten ontleend, toonde hij aan, dat de opvoeding nog maar al te dikwijls voor een groot gedeelte toevallig plaats heelt; dat de ouders, en ook wij, de onderwijzers, te weinig letten op de wenken, die het kind zijnen opvoeders geeft, en die zoo duidelijk aanwijzen, waaraan het behoefte heeft; dat wij zoo weinig het voorbeeld volgen van den tuinier, die, als hij zijn planten niet vindt, zooals hij ze hebben wil, zich afvraagt, waarin hij te kort geschoten is, en dus bij zich zeiven de oorzaak zoekt. Een menigte kleine voorvallen uit het kinderleven deden vervolgens helder uitkomen, van hoeveel beteekenis een goede leiding en een goed voorbeeld voor een kind in zijn eerste levensjaren zijn. Want een kind wordt niet, wat wij het leeren, maar wat wij zijn. Als van zelf kwam spr. daarmede op het gewicht van de rol, die de moeder vervult ook, en vooral vóór het kind de school bezoekt, en met vuur bestreed hij de meening, dat ontwikkeling voor een meisje minder noodzakelijk was dan voor een jongen. Een algemeen applaus dankte den spreker voor zijn boeiende rede.
Inschr ij v i n g voor de Sch u 11 e r ij. Het register van inschrijving voor de Schutterij van hen,die in het jaar 1865 zijn geboren, wordt den 31 n Mei aanstaande gesloten.
Voor de aangifte ter inschrijving zal nog gelegenheid zijn aan het Bureau voor Militaire Zaken en Schutterij op de volgende dagen van des voormiddags -10 tot des namiddags ure, te weten :
Donderdag den 29 Mei, voor hen wier geslachtsnaam begint met de letters A tot en met L.
Vrijdag den 30 Mei, voor hen wier geslachtsnaam begint reet de letters M tot en met Z, en op de overige werkdagen des namiddags van 2 tot 3- ure.
Met verwijzing naar de kennisgevingen van 3 en 10 Mei 1.1., worden de Sehutterplichtige ingezetenen, die zich nog niet mochten hebben aangegeven, daaronder ook begrepen do nog niet gepasporteerde miliciens der lichting van 1885, aangemaand om zich de gelegenheid tot die aangifte alsnog ten nutte te maken en alzoo d« nadeelen te voorkomen, die uit nalatigheid teil deze voor hen zouden ontstaan.
Ingerekend!
Een bekend groot handelshuis te Londen had hier ter stede een agent, die in vrij goeden doen verkeerde, althans hij leefde nogal op grooten voet, en legde een schier ontembare zucht tot weeldevertoon aan den dag. Nu, zijn salaris was dan ook flink, maar, zooals het wel meer gaat, dat salaris bleek op den duur te kort te schieten, om aan zijn steeds grooter wordende behoeften te voldoen. Daardoor werd hij tot oneerlijkheid gedreven, eerst in 't klein, daarna in het groot. Dezer dagen nu moest de man weer rekening en verantwoording doen voor zijn chefs in Londen, en toen bleek, dat hij maar eventjes f 18.000 had verduisterd. De heeren in Londen lieten het er natuurlijk niet bij zitten ; zij gaven onze politie kennis van het voorgevallene,met het gevolg,dat den ontrouwen dienstknecht een cel in de gevangenis aan den Noordsingel tot voorloopige verblijfplaats werd aangewezen. Daar zit hij nu te » brommen", totdat hij de door den rechter uit te spreken straf zal hebben ondergaan. De man, wiens zucht tot weelde hem tot zoo grove oneerlijkheid verleidde, sleept in zijn val zijn jonge vrouw en zijn eenig kindje mee. Het huwelijk was nog slechts betrekkelijk kort geleden voltrokken. Enkele jaren geleden maakte hij ook reeds op minder eervolle wijze met de justitie kennis.
E oor de Postduiven-Vereeniging »De Arend'\verd Zondag haar eerste wedvlucht gehouden van Eindhoven, alwaar de duiven des morgens te 8 uur 40 min. door den stationschef in vrij heid werden gesteld; de prijzen werden als volgt behaald: le prijs de heer O. Bonhomms, te 10 uur 3 m. 52 s.; 2e prijs de heer F. Voorwinden, te 10 uur 4 m. 5 s.; 3e prijs de heer D. Timmers, te 10 uur 4m. 43 s.; 4e prijs de heer G. Tournier, te 10 uur sm. 15 s.; 5e prijs de heer C. J. Van Lindt van Erck te 10 uur 7 min. 16 sec.
Door den Provincialen Inspecteur der directe belastingen, enz., te Rotterdam, zijn op den 23sten dezer maand executoir verklaard :
Vier kohieren wegens de. belasting op het personeel dienst'lBB9/90, behoorende tot de eerste afdeeling dezer gemeente: Die kohieren zijn ter invordering gesteld in handen van den heer Ontvanger, en ieder daarop voorkomende is verplicht zijn aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen, terwijl heden de termijn van drie maanden ingaat, binnen welken de reclames behooren te worden ingediend.
Gisteravond te half acht is aan de Aelbrechtskolk, op het voormalig Delftshaven, een 5-jarig jongentje al spelende te water geraakt, en zonder letsel door zijn vader G. Overgauw, er uitgehaald aan de hand.
De elft vangst in dit seizoen is zoo goed als geëindigd. Er werden in dit seizoen aan 't Kralingsche Veer ter markt aangevoerd ruim 122000 eitten ; in 1889 bedroeg het aantal 130000 stuks en in 1888 148000 stuks.
Door het korps hoornblazers van het regiment schutterij en het muziekkorps der koninklijke scherpschutters, gesteund door de muziekvereeniging »Dunkler", alhier, zal tot het gemeentebestuur het verzoek worden gericht om gedurende de zomermaanden en wel des Woensdags, volksconcert te geven, en wel afwisselend op de Nieuwe Vtemarkt, bij de Beurs en oplhet Hofplein, in een daartoe op te richten muziektempel.
In de Weste Wagenstraat ontstond gisteravond een oploop, door dat een heer, die door een bedelaar werd aangehouden, dezen bij ongeluk tegen het lichaam liep. Twee sleepers, die in eenigszins opgewonden stemming verkeerden, beschouwden dit als een mishandeling van een ongelukkige en gingen den heer te lijf, waarbij zich nog eenige nieuwsgierigen voegden. Gelukkig verscheen de politie spoedig, waarop de dapperen op den loop gingen.
Heden in den vroegen morgen kon men in de Zevenhuissteeg een slachtoffer van drankmisbruik zien. Het was nog wel een vrouw, die, gelijk een redeloos dier, beschonken in de goot- lag. Toen een agent van politie kwam om haar in te rekenen, werd zij door eenige personen in een woning getrokken.
Met ingang van den 1 Juni a. s. heelt de onder-inspecteur van politie C. D. Van den Bussche, zijn eervol ontslag aangevraagd uitzijn betrekking, ten einde een anderen werkkring 'te aanvaarden.
In verband met het bericht, dat wij gisteren ovtr den brand, Noordmolenstraat no. 19, brachten, zij vermeld, dat de stoomspuit bijzonder vlug bij dezen brand aanwezig was. Officieel werd toch geconstateerd, dat deze te twee uur en vijf minuten op het terrein is gemeld.
Hedenmorgen omstreeks i 1 uur is op de Goudsche vest een man onder zijn kar geraakt, waardoor het rechterbeen is gebroken.
Gistermiddag omstreeks 3i/4 uur heeft er een begin van brand plaats gehad in de Tweede Lombardstraat. De spuiten 16, 17 en 40 waren onmiddellijk op het terrein aanwezig, doch behoefden geen water te geven.
Door heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie is aan het Gemeentebestuur van Rotterdam vergunning verleend tct het plaatsen van een derden stoomketel met een verwarmingsoppervlak van 21 M 2, voor verschillende doeleinden in het krankzinnigengesticht aan de Hoogstraat No. 39 (kad. sectie M No. 1120).
Het lijk van den 19-jarigen Jean Kouten, die 11. Zaterdag (24 Mei) in de Maas is verdronken, is heden gevischt en herkend.
"Stads-Editie.". "Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001
"Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001
9% uur. 2e Verif. faill. Jacobus Joris Haring, schoenmaker en winkelier te Rotterdam. Rechtercommissaris mr. A. C. Wesfnhagen, curator xnr. Marts.Tels.
"Faillissementen in het Arrondissement Rotterdam. Verificatiën. Donderdag 29 Mei.". "Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001
Men kan nu juist niet zeggen, dat de „Miinchener" gelukkig geweest zijn in de keuze van het stuk voor de 27e gastvoorstelling. Wat -1 Mei wellicht gepakt zou hebben, doet dit 27 Mei niet meer.
Mevr. Hartl—Mitius heeft voor »der Protzenbauer" genomen, wat zij op den weg van anderen vond, en dat is na wel geen doodzondê, maarzij heeft die stot niet gelukkig verwerkt, men kan van haar werk niet zeggen : »Der Vortrag macht des Redners Glück." De handeling boeit niet, de menschen loopen dooreen en wel krijgt men daardoor levendige tooneelen te aanschouwen, maar van de noodzakelijkheid daarvan geraakt men maar niet overtuigd: de logische ontwikkeling ontbreekt; er wordt veel geredeneerd, ernstig en luimig, maar er gebeurt weinig of niets, waardoor al dat gepraat gemotiveerd wordt. Er is dan eigenlijk ook weinig nieuws meer te vertellen van den koppigen boer, die meent, dat zij n wil ook die van zijn kinderen moet zijn en hen wil dwingen tot alles, wat hun niet naar den zin is: de dochters zullen huwen met mannen, die zi] niet liefhebben en de zoon, een boer door merg en been, zal geestelijke worden. Natuurlijk moet er zorg voor worden gedragen, dat in het laatste bediijf alles in 't reine is en dat geschiedt dan ook door — een brand, waarbij 't — o, natuurlijkheid der Müncheni'r, waar zijt gij gebleven ! — vrij theatraal toegaat. De gelukkige teekening van enkele figuren (de domme Quirin, die zoo leuk uit den hoek kan komen ; Lisl, de pootige boerendeern; Wolfgang, die voor een geestelijkheer geen talent heeft en de Base, in al haar eenvoud) alsook de vertooning, maken evenwel dat de zwakke legende er nog vnj aardig gaat uitzien, ondanks de romantische sentimentaliteit aan den eenen, en de krasse elfecton en niet nieuwe grappen aan den anderen kant.
De dames Jenkeen Schönchen droegen •weer 't meest tot het welslagen bij; mej. Bauer is wel een goed tooneelspeelster, maar een boerendeern, zooals Jenlie, die teekent, weet zij niet te geven, zij is al te sentimenteel, te klagend van toon; de heeren Hofpauer (hij sprong wel eens uit den band) deed menigwerf hartelijk lachen, de heer N e u e r t teekende den Protzenbauer natuurlijk flink, evenals al zijn koppige boeren; de heer Baumler was frisch en natuurlijk en de overige optredenden deden hun plicht.
Voor de drie laatste voorstellingen zijn stukken gekozen, die elk voor zich hun eigenaardige verdiensten hebben, 't zijn de beste stukken van het achttal, dat hier ter stede voor het voetlicht is gebracht.
"Kunstnieuws. ROTTERDAMSCHE SCHOUWBURG. Der Protzenbauer.". "Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001
Voorbij het Chateau Rouge, beneden de hoogte van Montmartre, bevindt zich een vochtige, slijkerige straat, waaraan men wijselijk den naam van Beekstraat heeft gegeven. De huizen zijn er laag, bouwvallig, vuil, smerig, en bewoond door een havelooze, schier woeste bevolking. Het was in een berookte kroeg van deze ellendige straat, dat Pierre binnenging. Ofschoon het nog geen vier uren in den namiddag was, werd het huis door smeerkaarsen verlicht. Overrigens kon men er nauwelijks op klaarlichten dag zien, zoo zwart waren de wanden en de zoldering. In weerwil van zijn moed, durfde Jean Frugère den bediende van den heer De Borsenne niet volgen in dit hol. 't Is waar, dat buiten door de scheuren der eertijds roode gordijnen, hij alles kon zien, wat in de gelagkamer voorviel. Een dozijn kerels van verdacht voorkomen, was aan twee vierkante tafels gezeten, die beladen waren met drinkglazen, flesschen en doppen van rauwe eieren. Zij zongen, gilden, brulden of krakeelden, gehuld in den tabaksrook der zwarte pijpjes, die een dikken,stinkenden wolk boven hun hoofden vormde.
Het was een volledig en uitgezocht gezelschap van afschuwelijke wezens, afgrijselijke typen, walgelijker dan de ondeugd zelve. Herhaaldelijkveroordeeldemisdadigers, landloopers en nachtzwervers van allerlei leefdijd en rang kwamen daar broederlijk bijeen. In dien onreinen poel gaf men onderwijs in de misdaad, men verliet dien als het uitvaagsel der menschheid. Mr. Pierre naderde een dier mannen en reikte hem gemeenzaam de hand. De man stond op, den bezoeker herkennende, en beiden namen plaats achter in het vertrek aan een,tafeltje. Scherp luisterde de gewone bezoeker der kroeg naar hetgeen de bediende hem fluisterend zeide, zoomede naar diens antwoord op zijn vragen. Het gesprek hield minstens twintig minuten aan, waarna mr. Pierre ült zijn zak eenige Louisd'or haalde, welke hij in de hand van zijn hoorder legde. — De koop is gesloten, prevelde Frugére. Drommels jammer is het, dat ik hun belangrijk gesprek niet heb kunnen hooren. Hij kende den naam van de straat, teekende het nommer van het huis op, en stak zijn notitieboekje in zijn zak, toen Pierre de kroeg verliet. — Hij keert naar Parijs terug, dacht Frugère, volgen wij hem. Voor het Chateau Rouge gekomen, hield de bediende een huurkoets staande, Frugère verhaastte zijne schreden en kwam tijdig genoeg bij het rijtuig om Pierre den koetsier te hooren zeggen: — Straat Ponthieu! — Dat is alles wat ik wilde weten, mompelde hij, zich schielijk verwijderende; de dag is ten einde. Ik zal mijn paletot halen van waar ik hem gelaten heb, dan zal ik in een of andere restaurant eten, en vervolgens naar huis gaan, om mijnheer Georges verslag te doen. Vijf dagen later constateerde mijnheer De Borsenne, naar de verzekering zijner bedienden, dat mijnheer Pierre en de vier of vijf mannen, welke hij zich verschaft had volstrekt niets uitgevoerd hadden^ Allen kenden mi jnheer GeorgesLambert, zij zagen hem zijn vaders huis uit en in gaan; doch in weerwil van hun goede oogen; goede beenen en ijver, gelukte het den jongen man immer, hun te ontgaan, welken weg hij ook nam. — Zulks doet gelooven, dat hij iets vermoedt, zei Pierre. — Ik begrijp zijn voorzichtigheid, antwoordde mijnheer De Borsenne; maar heden zal ik er mij mee gaan bemoeien en hoop eenige zekere inlichtingen op te doen. Bij nadere overweging had mijnheer De Borsenne bij zich zelf gezegd: — In December 1886 verliet Georges Lambert Parijs en is tegen het einde van September 1867 op het oogenblik eener hevige ziekte van zijn zoontje er teruggekomen. Men sprak mij toen van een onbekende van een onzekeren leeftijd, die het kind kwam bezoeken. Die persoon moet een agent van mijnheer De Borsenne zijn geweest. — Jeanne had haar kind innig lief, zij heeft de moederliefde niet gesmoord.Daar de terugkomst van Georges Lambert te Parijs tegelijk was met de ziekte van het kind, zoo schijnt het mij stellig,dat Jeanne, door haar agent verwittigd, dichter bij haar zoontje heeft willen zijn, misschien wel hem heeft willen weerzien. Ik moet vrouw Minguet ondervragen. Na zijne nieuwe bevelen aan zijn kadienaar te hebben gegeven, die een veel gewichtiger personaadje was geworden, vertrok mijnheer De Borsenne naar Brunoy. Hij vond Suzanne in haar tuintje aan den arbeid bij een bloeiende sering. Edmond, een houten schopje in de hand, wierp zand met kiezel gemengd om het takje van een noteboom, dat hij midden op het pad had geplant. Zijn vader herkennende, staakte hij zijn belangrijk werk en liep op hem toe. Mijnheer De Borsenne moest dof in gedachten zijn geweest, want hij sloeg slechts een verstoorden blik op het kind, en vergat het te kussen. Hij nam plaats op een stoel, dien Suzanne hem bood, en het jongetje legde zich bij hem in het zand.
— Edmond is thans gezond, zeide mijnheer De Borsenne, hij ziet er thans beter uit, dan bij mijn laatste bezoek.
— De lente, de zon en de buitenlucht hebben hem veel goed gedaan, antwoordde zij. Zie, eens, hoe groot hij is geworden. — In September laatstleden, toen wij hem haast verloren hadden, hebt ge mij gesproken van een bejaard heer, die hem kwam bezoeken.ls hij teruggekomen om u te bezoeken? — Ik heb hem niet weêr gezien,mijnheer! — Hebt ge nooit geweten, wie hij was? — Neen, mijnheer, ik heb gedacht, dat hij van wege mevrouw de barones De Précourt kwam. — Hebt ge sedert voor het kind geen bezoek ontvangen, dat u zonderling voorkwam? — Neen, antwoordde Suzanne, eenonrustigen blik op Edmond slaande, die, terwijl hij met zijn schopje speelde, geen woord van 't geen gesproken werd, verloren liet gaan. — Hebt ge soms bij uw wandelingen met hem toevallig personen ontmoet, die u ondervroegen? — Nooit mijnheer. — O! in Edmond belang schenen te stellen? voegde hij er bij. — Ik herinner 't mij niet. — Ja wel, .zei plotseling het vreeselijke kind, zijn-klein schrander hoofdje opheffende, „de zwarte dame." Mijnheer De Borsenne ontroerde. — Wie is de zwarte dame ? vroeg mijnheer De Borsenne. — Die mij lekkers heeft gegeven, antwoordde de kleine babbelaar. Suzanne was eensklaps bleek geworden. — Waarom hebt ge mij niet van die dame gesproken ? vroeg mijnheer De Borsenne streng. — Ik had 't vergeten. Een paar keeren heeft een dame aan den kleine koekjes gegeven, zooals aan andere kinderen, ik heb er niet op gelet. — Zij komt ook bij ons aan huis, die zwarte dame, zei het kind weer. Verschrikt wilde Suzanne hem beletten te spreken. Een nieuwe onhandigheid. — Laat hem spreken, hernam mijnheer De Borsenne norsch. Hij vatte het jongetje, en zette het op zijn knieën. — In den strik gevangen, stamelde Suv zanne. — Die zwarte dame komt je dus hier bezoeken? vroeg mijnheer De Borsenne aan Edmond. — Ja, des nachts, als ik inbed leg. — Wat zegt de zwarte dame je? — Dat weet ik niet; maar zij kust mij hard, zeer hard. — Zij houdt dus veel van je ? — Ja. — En houdt ge van haar ? — Ja, ik houd veel van haar,antwoordde het kind, welks oogen van blijdschap glinsterden. — Hebt ge die schoone dame herkend ? — Neen, zeide hij ernstig; die zwarte dame houdt haar gezichtsteedsverbórgen. Mijnheer De Borsenne liet zijn zoon vrij en zeide hem: — Nu,mijn vriendje,kunt ge gaan spelen.
(Wordt vervolgd.)
"Feuilleton. DE GESLUIERDE DAME. 45) (Vervolg.)". "Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001
Schouwburg, Aert van Nesstraat.' »Der Protzenbauer," 8 uur. Place des Pays-Bas. Specialiteiten-voorstelling, BV4 uur.
"Vermakelijkheden, Vergaderingen, enz. Woensdag 28 Mei.". "Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001
27 Mei 28 Mei Barometer bij 0° Celsius 761.2 mM. 762.7 mM. Thermom. in de schad. 13.3°C.56°F. 12°C.54°F. Minim. temp. 's nachts 6.5°C.44°F. 5.5°C.42°F. Maxim. temp. vor. dag 13°C.55°F. 15°C.59°F. Windrichting en kracht 0.Z.0. 1 Noord 2 Bewolking der lucht Licht bew. Betrokken
"Waterstand en Weerbericht. Rotterdam 29 Mei 1e getij 11.30 2e getij 11.54 's middags 12 uur.". "Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001
Parijs . . 5.10 'sm., 8.50 'sm., 1.50 'sn.m., 6.50 'sav. Berlijn . 5.40 'sm., 9.30 'sm., -10.— 'sm., 2.27 'sav. 4.3o'sav., 6.55 'sav., 9.20 'sav. Londen . 5.10'5m.. 8.50'5m., I.lo'sav.. 6.so'sav. Kaapland. Natal, 0.-Vrijstaat, Transvaal 8.50 'sm. West-Afrika, Cura-cao 6.so'sav. Noorwegen . . 11.30'sav.
"Buslichtingen aan het Postkantoor. Donderdag 29 Mei.". "Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001
Burgerlijke Stand. GEHUWD: A.Braak, jm. 22 j. en P. Bulk, jd. 19 j. W. Duitemeijer, jm. 32 en J. Muijsson, jd. 28 j. C. v. Duiji, jm. 29 en P. Rook, jd. 23 j. A. v. Gocb, jm. 25 en T. Gaanderse, jd. 20 j. J. K. v. Helvert, jm. 22 en P. G. W. Hisschcmöller, jd. 21 j. C. Hengeveld. jm. 23 en A. M. Ackema, jd. 23 j. W. v. Houten, jm. 23 en A. M. G. Kree, jd. 21 j. M. Janssen, jm. 24 en J. C. v. de Sandt. jd. 26 j. A. v. Koppelen, jm. 26 j. en E. Brandei, jd. 23 j. J. De Milde, jm. 18 en É. Boerlage, jd. 17 j. A. v. Ooij, jm. 21 en J. v. Hengst, jd. 24 j. J. A. Posthumus, jm. 24 en C. J. Sondorp, jd.25 j. G. J. W. Nieuvfendaal,jm. 21 en A. v. den Heerikjd ■18 j. A. Sanders, jm. 27 en E. Fransman, jd. 22 j. W. J. Segeren, jm. 23 en G. M. Broer, jd. 18 j. H. Stravers, jm. 24 en ï. v. der Tholen, jd. 24 j. C. H. Teuling. jm. 25en W. C. v. den Berg, jd. 22 j. J. K. Touw, jm. 27 en C. De Jong, jd. 26 j. H. C. Urbanus. jm. 28 en C. v. Hartingsveldt, jd. 24.. A. H. Vis, jm. 27 en C. W. Ruitenberg, jd. 26 j. P. v. Wingerden, jm. 24enC. v. der Keijl, jd. 24j. W. v. der Zee, jm. 27 j. en J. Markus, jd. 20 j. J. C. Zinsmeister, jm. 27 en C.J.v. der Horst, jd. 25 j. J. G. Bolk, gesch.m. 43 en A. L. v. Vliet, jd. 45 j. A. Den Boer, wedr. 59 en F. Voortmeijer, wed. v. L. v. Abshoven, 51 j. J. D. De Bruijn, jm. 24 en E. C. H. Joost. jd. 23 j. J. v. Buren, jm. 23 en G. C. Keiler, jd. 19 j. A. W. Don, jm. 30 en J. W. Den Hartog, jd. 29 j. H. S. De Goede, jm. 23 en H. E. Groen, jd. 21 j. J. J. Katan, jm. 37 en J. Roos, jd. 29 j. J. G. v. Kuijkhof, jm. 26 en L. J. Koedijk, jd.26 j. H. J. Kevenaar, jrn. 28 en A. A. Feuth, jd. 34 j. J. J. Meijer, jm. 24en W. B. v. Driel-Vis, jd. 25 j. J. Le Pair. jm. 22 en J. S. Willebrands, jd. 23 j. BEVALLEN: C. Mallan, geb. Hoffrnan. levenl. D. — E. C.B. Ram, geb. Oosterbeek, levenl. D. — G. J. C. Officier, geb. Swennen, Z. —J, Smit, geb. v. Kerssen, D. — W. Poppeliers, geb. de Ridder, Z. — A.M. Koster, geb. Musier, D. — D. v. Dongen, geb. de Bodt, Z, —■ L. C, Dorsman, geb. de klerk, D. —A. A.Schot, geb. v. Oosten, D. — W. Holzhauer, geb. Bal, D. — M. Velgersdijk, geb. Dammers, D. — E. Ch. M. Crandel geb. Rademaker, D. —C. B.M. V/den Rijk, geb. v. Aarsen, D. — A. R. W. Versprille, geb. Willems, D. — S. Ceelen, geb. v den Berg, Z. — W.C.Fransen, geb. Haak, D. — G. Leder, geb. de Voogd, D. — M. Koornneet,geb.Krüger,D.—J.Beemster,geb.Rik,Z.— G. Bles, geb. v. d. Walle, D. — J. v. Delft, geb. Meijbaum, D. — F. De Pree, geb. Glerom, Z. — G. M. Hartman, geb. v. de Werken, Z. — A. M. E. Alders, geb. Galavazi, D. — S. H. Verbrugge, geb. Koevoet, D. — J. C. Herfst, geb. Stok, Z. — A. M. Witte, geb. Augustijn, D. — J. Boelhouwer, geb. Bazen, D. — M. Nilsson, geb. Esman, Z. — G. C. Masereeuw, geb. v. Huist, D. — J. C. Hollander, geb. Noë, Z. — S. Th. Heijnsbroek, geb. Koch, Z. — M. P. v. d. Broek, geb. v. Nooijen, D. — H. A. v. Ameijden, geb. Verbeek, D. — C. Do Vogel, geb. Zonneveld, D. —L. S. Suermondt, geb. Ohlenschlager, Z. — E. Jansen, geb. Borsboom, D. — J. Clement, geb. Nieuwpoort, Z. — N. M. Wesling, geb. Boechta, Z. OVERLEDEN: D. Bogerd, jd. 9 m. — N. Bedeel, gesch m. v. A. v. Hoeffelen, 76 j. — N. Spuij, wed. v. W. v. Asperen, 81 j. — G. J. v. Veen, jd. 8 m. — M. J. Ats, jm. 6 m. — A. Weeda, jm. 7 j. —H.W. Feldhaus, jm. 5 m. — H. v. den Eelaart, m. v. E. v. der Zwet, 30 j. — E. Faber, jd. 1 m.—C. J. Breithaupt, jd. 7 m.
"Familiebericht". "Rotterdamsch nieuwsblad". Rotterdam, 1890/05/29 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010106:mpeg21:p001