Provinciale Drentsche en Asser courant

ALGEMEEN BEHEER. De BURGEMEESTER van ASSEN brengt ter openbare kennis, dat op het schietterrein W Witten gevechtsschietoefeningen zullen worde» gehouden van 12 Juni tot en met 19 Juli a.V; telkens van 7—17 uur. Bovendien zullen gevechtsschietoefeningen bij duisternis plaats hebben op 17 en 19 Juni, 8, 10, 11, 15, 16 en 17 Juli a.s., telkens va9 20 tot 24 uur. Assen, 11 Juni 1930.

Gelukkig de mensch, die vlug elke zonnestraal weet op te vangen en zei) een zonnestraal werpt in het leven van den viedemensch.

Een algemeen goede ontvangst.

Na een onderzoek, dat twee en een half jaar geduurd heeft, heeft de Indische statutaire commissie, waarin alle drie de politieke partijen vertegenwoordigd waren en die onder voorzitterschap stond van Sir John Simon, thans haar rapport uitge^ bracht. De commissie was ingesteld, ten einde 'n onderzoek in te stellen naar en rapport uit te brengen over het werken van het regee^ ringssysteem, de ontwikkeling der opvoe ding en de ontwikkeling der vertegenwoordigende instellingen in Britsch Indië. De leden der Commissie legden op hun eerste bezoek bij hun reizen een afstand af van negen duizend mijlen en bij hun tweede bezoek ongeveer veertien duizend mijlen. Zij ontvingen talrijke deputaties en verzamelden bij provinciale regeeringen en uit sndere bronnen een uitgebreide hoeveelheid memoranda en materiaal, dat in supplementen op hun rapport zal worden gepubliceerd. Acht van de negen provinciale wetge' vingen stelden commissies aan, ten einde met de commissie-Simon samen te werken, terwijl de onder-koning de Indische Cen trale Commissie samenstelde uit leden van den Raad van State en de Wetgevende Vergadering, met hetzelfde doel. In de provincies die onder het bestuuT van een gouverneur staan, werd al het materiaal verzameld door een gezamenlijke conferentie van de commissie-Simon met de Indische Centrale Commissie en de Provinciale Commissie, die gezamenlijk zitting Welden. Het rapport ven de commissie-Simon bestaat uit twee deelen, waarvan het eerste, dat thans gepubliceerd wordt, ruim 400 pagina's beslaat en de toestanden in de provincies bespreekt, de bestaande constitutioneele structuur, het werken der hervormde constitutie, het systeem van arbitrage en rechtspraak, de openbare financiën, de ontwikkeling der opvoeding en de openbare meening in Indië. Het tweede deel zal de toekomstige ontwikkeling bespreken en de conclusies en aanbevelingen, dei commissie. Het zal den 24 Juni gepubliceerd worden. Beide deelen werden niet tegelijk gepubliceerd, ten einde eerst gelegenheid te geven het overzicht over de problemen te verwerken, alvorens gelegenheid te geven tot beoordeeling der aanbevelingen. Allereerst bespreekt het rapport het doel dat de Britsch Indische politiek zich stelt. Aan den eenen kant is de progressieve verwerkelijking van een verantwoordelijke regeering in Britsch Indië als integraal deel van het BritscSe Rijk, het vastgestelde doel, tot het bereiken waarvan in samenwerking met de Indische Volkeren de Britsche politiek door beloften verbonden is. De hinderpalen op den weg daarheen kunnen niet beschouwd worden dit doel te vernietigen, of het nastreven daarvan op zijde t# zetten. Ze zijn, aldus het rapport, van zoo geweldigen aard, dat geen meening over wat thans gedaan moet worden, eenige baarde heeft, voordat men tot een juiste waardeering daarvan gekomen is. Doch

welke de hinderpalen ook zijn, het doel staat als eindpunt de* Britsch Indische politiek vast. Aan den anderen kant zijn er de verklaringen van 1917 en 1919, waarin gezegd is, dat de bereiking van bovengenoemd doel slechts kan worden verwezenlijkt langs geleidelijken weg en dat de tijd en de wijze van iederen vooruitgang slechts kan worden bepaald door het parlement, waarop de verantwoordelijkheid rust voor het welzijn en den vooruitgang der Indische volkeren, terwijl een beslissing over onmiddellijke maatregelen grootendeels moet afhangen van een juiste waardeering van de resultaten daarvan, en van de gevolgen van de reeds genomen stappen. Het thans uitgebrachte rapport geeft een :kte ge Indië en de verschillende bevolkingen, de overzicht van het uitgestrekte gebied van conglomeratie, de opeenhooping van rassen en godsdiensten, de sociale verdee^ lingen, de economische omstandigheden, het groeiende politieke bewustzijn en de positie van het leger in Indië. Ondanks de gretigheid waarmede politiek Indië de moderne begrippen over re geeren aanvaardt, aldus het rapport, blijft het sociale systeem van het Hindoeïsme met zijn kasten, het leven en de gedachten van meer dan tweehonderd van de driehonderd twintig millioen inwoners hardnekkig beheerscherr met een in de Westersche wereld niet voor te stellen gezag. Het eenheidsgevoel groeit, doch is hoofdzakelijk het resultaat van het laatste stadium van Indië's geschiedenis gedurende hetwelk de invloed en het gezag der Britsche heerschappij over het geheele gebied het mogelijk heeft gemaakt te spreken over Indië als over een enkele eenheid. Wel heeft dit de strekking voor den toevalliger! waarneping van rassen en gelooven, die het geheel vormt, minder duidelijk te maken. Twee andere invloeden, die unificatie nastreven zijn : de Engelsohe taal als algemeen verkeersmiddel onder beschaafde menschen in Indië en de groei van de hartstochtelijke vastbeslotenheid onder de jolitiek georiënteeide klassen van alle ndische rassen en gelooven om de eenheid van Indië haar plaats in de wereld te doen handhaven. Slechts 10.2 procent van de bevolking leeft in de steden (in Engeland 79 %), terwijl juist onder deze hoofdzakelijk diegenen gevonden worden, die zich voor politiek interesseeren. In de steden eijn het de advocaten en de journalisten die overheeTschen als leiders van de Indische politieke opinie en uit wier rangen de propagandisten, candidaten voor en vertegenwoordigers van alle politieke partijen voortkomen. De verscheidenheid in godsdienst wordt in het rapport bijna onbeperkt genoemd. Een gedetailleerd overzicht wordt gegeven over de verhouding van Hindoeïsme en Mohammedanisme en over de elementen die een vermenging van Mohammedanen en Hindoes belemmeren.

Het volgend hoofdstuk bespreekt de verschillende kasten, waarbij er op gewezen wordt, dat ongeveer 30 % van de Hindoebevolking paria's d.i. „onaanraakbaren" zijn. Door sociale hervormers en door de regeering is in de laatste jaren veel moeite gedaan om in den toestand van deze verdrukte klassen verbetering te brengen, doch de vooruitgang is tot nog toe heel langzaam geweest en zal dat waarschijnlijk blijven, ofschoon in enkele districten een werkelijke vooruitgang valt te constateeren. In de geheele civiele administratie van Britsch-Indië vormt het Buropeesch element ongeveer 12.000 van de in totaal bijna anderhalf millioen ambtenaren. Het geheele Britsche gedeelte in de hoogere rangen van den civielen dienst, bestaat uit ongeveer 3.500 personen. De ambtenaren der provinciale besturen bestaan bijkans geheel uit inlanders. Volgens de telling van 1921 was de Europeesche bevolking in Britsch Indië groot 156 duizend, waarvan 45.000 vrouwen waren. Hoe klein deze getallen ook zijn, toch is de rol die geapeeld wordt door Britsche ondernemingen in het bedrijisleven en de handelsorganisatie van Indië onberekenbaar grogt. Engelsche organisatie en leiding hebben de moderne industrieele ontwikkeling ven Indië te voorschijn geroepen evenals Indië zijn politieke opvattingen uit Engeland gehaald heeft. Het rapport wijdt verder nog aandacht aan den groei der vrouwenbeweging in Indië in de afgeloopen jaren en het krachtiger worden van de beweging tegen de kinderhuwelijken, waarbij de meening wordt uitgesproken, dat Indië niet de plaats in de wereld kan innemen die het nastreeft, tenzij de vrouwen de haar toekomende rol als ontwikkelde burgeressen spelen. Blijkens het rapport is de commissie sterk onder den indruk gekomen van de argumenten voor de scheiding van Burma van Indië. Veel ruimte wordt in het rapport voorts ingenomen voor de bespreking van de belangrijke kwestie van het leger, waarbij 60.000 man Britsche' troepen tegenover 150.000 Indische troepen dienen. De commissie komt in het tweede deel van haar rapport op dit onderwerp terug. Wel wordt er nog op gewezen, dat de huidige militaire organisatie van Indië niet behandeld mag worden als een heilige zaak en dat de Indische staatslieden kunnen helpen bij het zoeken van een wijziging in de bestaande regeling in de richting van zelfbestuur, doch alleen als zij ook in het oog houden, dat Engeland de hulp van vrienden biedt bij het bereiken der Indische verlangens. Vervolgens geeft het rapport een gedetailleerd onderzoek van de bestaande constitutioneele structuur en het practisch werken van de vervormde constitutie, tezamen met een overzicht wn den loop der [ndische politiek van de laatste tien jaren in het licht der hervormingen, waarbij het o.a. wijst op de Indianiseertng van den civielen dienst. Zoo zijn o.a. in politiedienst zes honderd . Europeesche officieren en bijna 800 Europeesche sergeants bij een totaal van ongeveer 187.000 man. Het hoofdstuk over de N.W. grensprovincies legt er den nadruk op, dat deze grens langen tijd, zoowel een biternationaal als een locaal probleem van enorme ingewikkeldheid heeft geboden. Hier leven in kronkelige valleien fanatieke stammen welgewapend en zonder vrees, niet in staat meer dan het allernoodzakelijkste uit den steenachtigen bodem te winnen, doch met voor hun oogen de tartende rijkdom van voorbijtrekkende karavanen en de verleiding van strooptochten in de rijke districten. Terwijl de rest van Indië op den weg is naar zelfregeering is in deze provincie hoegenaamd geen verandering ingetreden. In het tweede deel 2al het rapport voorstellen doen voor de behandeling van deze provincie, waarbij de speciale positie van het district in het oog is gehouden en het vitale belang daarvan voor de verdediging van Indië, welke het noodzakelijk maakt, dat de inwoners stem hebben in het

tot stand komen van de wetten waaronder zij moeten leven. Na over de opvoeding nog opgemerkt te hebben, dat het zenden van onderwijzers en de organisatie nog veel verbetering behoeven, gaat het lapport over tot het bespreken van de Indische openbare meening, waarbij het opmerkt, dat de actieve politieke krachten in de steden moeten worden gezocht. Het meest verspreide politieke gevoelen onder de ontwikkelde inlanders is de eisch van gelijkheid met de Europeanen en de rancune die zij gevoelen, wanneer zij een verschillende behandeling zelfs maar vermoeden. Het rapport besluit met de volgende woorden: „Het Britsche volk, zoo lang gewend aan zelfbestuur, behoort te sympathiseeren met deze beweging, zelfs wanneer het enkele der manifestaties ook betreurt. Wij hebben ons woord gegeven om Indië op haar weg te helpen en een constructieve poging hiertoe is noodig. Naar onze opinie vinden echter de ergste kwalen waaraan Indië lijdt hun wortels in sociale en economische gewoonten, die alleen kunnen worden verbeterd door een actie van het Indische Volk zelve. Wij verlangen de krachten der publieke opinie, die in Indië bestaan, geconcentreerd te zien en krachtig gemaakt voor het practische werk der hervorming. Alleen wanneer de moeilijkheden der constructieve politiek werkelijk onder het oog worden gezien, kan de ontoepasselijkheid van algemeene gezegden beginnen, verwerkelijkt te worden." Over het algemeen is het rapport der commissie-Simon, waaruit we hierboven een uittreksel gaven voor wat het thans gepubliceerde eerste deel ervan betreft, door de Engelsche bladen goed ontvangen. De Times wijst er in een uitvoerig artikel op, van hoeveel belang het is, dat de conclusies der commissie eenstemmig zijn genomen. Bijzonderen nadruk legt het blad op de conclusie van het rapport, waarin gezegd wordt, dat de politieke gedachtenwereld der Indiërs er toe geneigd is, de historische ontwikkeling te bespoedigen. De conservatieve Morningpost is her eenige blad dat er voor waarschuwt, met de hervormingen in Indië niet te vlug van stapel te loopen en er niet te ver mee te paan. Het blad schrijft dat de commissieSimon tegen beter weten in, door de beloften der Britsche Staatslieden voorwaarts gedreven is. De piëteit tegenover vroegere beloften, aldus het conservatieve orgaan, mag er niet toe leiden dat Engeland, Indië kwijt raakt. De Daily Herald, het blad der Arbeiderspartij is juist van tegenovergestelde meening en verlangt, dat de invoering van een verantwoordelijk zelfbestuur in Indië zoo snel mogelijk zal geschieden, aangezien anders het huidige regeeringssysteem door zijn eigen tegenstelling ineen zal storten. De houding van de Indische pers tegenover het rapport van de commissie-Simon blijkt uit de Bombay Chronicle, die onder den titel : De commissie-Simon beleedigt Indië, schrijft, dat het rapport oneindig veel slechter is, dan de critici vreesden. De Times of India zegt, dat de eenparigheid van het rapport een goed teeken is. Intusschen worden uit Britsch Indië weer ongeregeldheden gemeld, allereerst uit het district Midnaporo, waar twee politieofficieren vermist worden, terwijl een derde ,als vermoord wordt opgegeven. Naar verluidt zijn 17 personen gewond als gevolg van het feit, dat de politie Zaterdag te Balisai (Midnapore) op 1500 vrijwilligers van Gandhi gevuurd heeft. Daarna is de inspecteur-generaal van politie uit Bengalen naar Midnapore vertrokken met versterkingen in verband met de situatie welke ernstig begint te worden. Voorts wordt uit Lahore gemeld, dat er een bom ontploft iis in een openbare vergadering te Lyallpoer, waar verscheidene politie-ambtenaren aanwezig waren. Er werd niemand gekwetst. Er werden 24 personen gearresteerd, behoorende tot den

jeugc dbond van het congres. e Bombay gaan de vrijwilligers voort met het uitzetten van posten voor de winkels. En op de bijeenkomst van de Indische doktoren en studenten, die daar Zondagsavond gehouden werd om te protesteeren tegen de „onderdrukkingspolitiek" van de regeering, is besloten aan de Zwitsersche regeering te verzoeken, een onderzoek ii» te stellen naar de schending van de wetten der menschheid en van de Geneefsche Roode-Kruis conventie van 1906 door de Britsch-Indische regeering. Verder werd de boycot aanbevolen va* alle in Engeland vervaardigde medicijnen.

Prins Carol, die thans weer als Carol II aan bet hoofd der Roemeinsche regeering staat

De minderjarige Koning Michael met zijn painded, fitoÊfiS Metsua.

De Koningin-Moeder van Roemenië.

Het congres van de Fransche socialistisch® party is Zondag te Bordeaux begonnen. Ongeveer driehonderd afgevaardigden nemen eraan deel. • Aan den maaltijd, waaraan de deelnemers aan het congres zich vereenigden, heeft A1 b a r d a een groet van de Nederlandsche socialisten overgebracht en over de de vredelievende aspiraties van Nederland gesproken. De ontwapening, zoo heeft de Nederlandsche afgevaardigde volgens een telegram van Havas gezegd, hangt in zekeren zin van Frankryks houding af. Daarom worden de beslissingen van dit congres dei Fransche socialistische partij met zooveel span» ning tegemoet gezien. Albarda sprak ten slotte den wensch uit, dat dit eongres vruchten moei* dragen voor den wereldvrede en voor het internationale socialisme. EEN LILIPUT SPOORWEG-ONGELUKJE. Op het tentoonstellingsterrein te Antwerpen had Zondagavond een botsing plaats tusschen twee liliputterstreintjes. Verscheidene wagentje» sprongen uit de rails en kantelden. Eenige personen liepen schrammen en lichte kneuzingen op. Maandag kon de dienst der treintjes weer worden hervat. De Kindersterfte te Lübeck. Al 36 dooden. Tijdens de Pinksterdagen is het aantal kinderen, dat ten gevolge van de Calmette-behandeling te Lübeck is overleden, plotseling ernstig gestegen, nadat den laatsten tijd eenige verbetering was waargenomen. Terwijl het sterftecijfer sinds Woensdag op 28 gehandhaafd was gebleven, steeg het tijdens de Pinksterdagen plotseling met acht tot 36. De nieuwe toestand in Roemenië. Moeilijkheden in zicht ? De politieke toestand in Roemenië ontwikkelt zich normaal. Koning Carol heeft de voorzitter» van Kamer en Senaat en generaal Averescu en Luspu ontvangen. Waarschijnlijk zou Manioe reeds gisteravond met de kabinetsvorming worden belast. Carol zelf wenscht een concentratiekabinet, zoo werd gisteren uit Boekarest gemeld. Aangezien de vorming daarvan met moeilijkheden gepaard gaat, zal eerst een kabinet Manioe worden gevormd, waarin later ook leden van andere partijen zitting zullen nemen. Wanneer na de herfstzitting de begrooting zal zijn afgehandeld, zal getracht worden een kabinet onder leiding van Titulescu te vormen. In dat geval zal de concentratieregeering het parlement ontbinden en nieuwe verkiezingen uitschrijven. De liberale leider George Bratianoe heeft uit het geheele land telegrammen van de afdeelingen der liberale partij ontvangen, waaruit blijkt, dat de overgroote meerderheid zijn opvattingen deelt en niet die van Vintila Bratianoe. O— EEN NIEUW VLIEGTUIG VOOR AMY JOHNSON. De directie van de Havilland vliegtuigfabriek heeft mejuffrouw Amy Johnson, de EngelandAustralië vliegster, een nieuw Pussmoth snelvliegtuigje aangeboden. Mejuffrouw Johnson heeft de aanbieding aanvaard ofschoon zij, zo0 seinde zij „de prachtige diensten my door mijn kleine Mothvliegtuig Jason bewezen, niet licht zou vergeten". Het nieuwe vliegtuig zal haar bff haar terugkomst in Engeland worden aangeboden.

Wraak van Dranksmokkelaars. De redacteur van de Chicago Tribune neergeschoten. De bekende redacteur van de Chicago Tribune, Alfred Lingle, die zich v.n. met de crimineele reportage bezig hield, is op klaarlichten dag uit wraak door een bende spiritus smokkelaars in de straten van Chicago door een schot in het achterhoofd gedood. Lingle had zich tot taak gesteld achter de geheimen van de drank- en de spiritussmokkelaars te komen en stond daarbij op goeden voet met de politie. De bandieten hebben hem gedood uit vrees, dat hij onthullingen zou doen over de geheimen van de smokkelaarsorganisaties. De Chicago Tribune heeft een belooning van 25000 dollar uitgeloofd voor het opsporen van den dader. Scheepsramp op de Yangtse. Meer dan 100 slachtoffers. Het Chineesche stoomschip „Litsnon Litoeng" Is bij de monding van de Jangtse op een rif geloopen en onmiddellijk gezonken. Meer dan 100 passagiers en de bemanning kwamen om tiet leven. Geweldige Brand in Denemarken. De schade beloopt millioenen kronen. Een groot deel van de havenstad Nijkjöbing aan den Palster, een plaats van 15000 inwoners, la Zondag door een geweldigen brand geteisterd. Het vuur ia ontstaan in een houtopslagplaats aan den haven. Door den hevigen wind sloeg het ruui over op de belendende pakhuizen en op het ?.g „zaken*wa'Tier", alsmede op vele woonhuizen. Vier graansilos, tabaks- en sigarenfabrieken geraakten in brand. De aangerichte schade bedraagt vele millioenen kronen. Men acht het waarschijnlijk dat de brand is veroorzaakt door de achteloosheid van eenige «wervers, die in een der noutopslagplaatsen den aacht hebben doorgebracht Zweedsch meteoroloog verdwenen. Tijdens onderzoekingen in hooggebergte van Lapland. De bekende Zweedsche meteoroloog Sanditroem Is sedert vijf dagen in het hooggebergte »an Lapland in de nabijheid van de NoordIweedsche grens, waar hij onderzoekingen deed, verdwenen. Een groote groep mijnwerkers, een militaire patrouille en een vliegtuig zijn uitgezonden om Jen vermiste te zoeken. Aangezien de geleerde niet voldoende levensmiddelen bij zich had en het weer na zijn vertrek veel slechter ls geworden, verkeert men ln de grootste ongerustheid omtrent het lot van Bandstroem. Ernstig Auto-ongeval in Berlijn. 12 inzittenden zwaar gewond. Pinksterzondag heeft in Berlijn een ernstig auto-ongeval plaats gehad, waarbij 13 bruiloftsgasten ten deele zwaar gewond werden. In de Berlijnsche voorstad Scliöneiche reed in den morgen te zes uur een auto, waarin 13 personen waren gezeten, bruiloftgangers, waarbij ook het bruidspaar was, plotseling tegen een boom. De kap werd van den wagen geslingerd en geheel vernield. Met uitzondering van den chauffeur werden allen zwaar gewond. De groote Woudbrand in Ontario. Ruim V/ 2 millioen schade. Tengevolge van de hevige woudbranden welke gedurende de laatste vijf dagen ln Noordwest Ontario hebben gewoed en welke thans na zeer reel moeite bedwongen zijn, ls voor meer dan millioen schade geleden. EEN BLIJDE GEBEURTENIS IN NOORWEGEN. Kroonprinses Martha heeft, naar uit Oslo trordt gemeld, het leven geschonken aan een welgeschapen dochter. De toestand van kroonprinses en de jonge prinses ls goed. In de bladen, die met extra-nummers zijn verschenen ter gelegenheid van de heugelijke gebeurtenis, wordt er aan herinnerd, dat het 860 jaar geleden is, sinds een zoodanige gebeurtenis zich ln een Noorsch koninklijk paleis voordeed, en wel toen koningin Margarete ln 1370 het leven schonk aan prins Olaf. HEVIGE ONWEDERS°EN WOLKBREUKEN BOVEN BOURGONDIë. In de streek van Belleville ln Bourgondië heeft een hevig onweer gewoed. Tengevolge van een wolkbreuk is een groot gebied onder water ge zet Vooral in de streek van Charentay, waar een zijrivier van da Saöne buiten haar oevers trad, werd groote schade aangericht. Drie huizen werden verwoest en weggespoeld. De bewoners moesten uit de huizen springen en zich zwemmende redden. Het verkeer tusschen Beaureux wi Belleville is geheel verbroken, daar de weg ln een rivier veranderd ls.