Provinciale Drentsche en Asser courant

Na drie weken vergeefse discussies zag het er gisteravond naar uit, dat de vier ministers tenminste een basis gevonden hebben, waarop zij met kans op succes kunnen overleggen over een zeer beperkte overeenkomst tot het polijsten der wrijvingsvlakten in Duitsland. De ministers spraken gedurende drie uren in strikte afgeslotenheid en slechts bijgestaan door een adviseur en tolk over de Westelijke plannen tot regeling der Berlijnse situatie en tot een economische uitwisseling tussen beide helften van Duitsland. Wysjinsky heeft hier zijn eigen voorstellen tot regeling dezer kwestie tegenover gesfeld. De besprekingen waren gisteravond, toen de ministers moesten heengaan teneinde aan te zitten aan een door Schuman aangeboden diner, nog niet beëindigd.

Op dat moment waren de besprekingen nog in zodanig stadium, dat generlei communiqué kon worden verstrekt; ze zullen vandaag worden voortgezet. De besprekingen op de geheime zitting waren gebaseerd op de nieuwe westelijke voorstellen, die tijdens het weekeind aan de Russische minister zijn overhandigd. Ofschoon over deze voorstellen officieel niets is medegedeeld, is uitgelekt, dat zij in hun betekenis uitgaan boven een regeling van het Berlijnse probleem. Zij omlijnen veeleer het reeds voor de aanvang der conferentie door velen als enige reële mogelijkheid gestelde doel van een ver. sterkte economische band tussen de beide delen van een Duitsland, dat in de huidige omstandigheden nog gescheiden zal moeten blijven. De eerste drie weken der conferentie hebben tenminste dit negatief resultaat opgeleverd dat men het erover eens werd, dat voor het ogenblik slechts oplossingen op basis van scheiding van Duitsland mogelijk waren. Het westelijke plan zou volgs het gezaghebbende Franse blad „Le Monde" in de instelling van een Duitse instantie voor controlering van handel en personenvervoer tussen de zones voorzien. Daarboven zou een geallieerd lichaam gesteld worden en volgens bogenoemd blad zou het Westen bereid zijn daarin t door Wysjinsky, onvoorwaardelijk geëiste eenstemmigheidsbeginsel te erkennen. Het plan zou voorts beide geldsoorten naast elkaar laten bestaan, doch willen trachten een vaste koers tussen beide te bepalen. De ministers hadden uit Berlijn een gecombineerd westelijk en een afzonderlijk Russisch rapport ontvangen. Het is volgens deze rapporten niet mogelijk geweest in Berlijn, waar de dingen door de spoorwegstaking extra gecompliceerd zijn, volledige overeenstemming te bereiken over het herstel van de toestand van vóór de blokkade, doch er wordt hier op gewezen, dat de rapporten nochtans voldoende punten gemeen hebben om te kunnen dienen als deugdelijke basis, waarop de ministers hier een overeenstemming zouden kunnen bouwen. Bij de Berlijnse besprekingen is blijkbaar ook de mogelijkheid van een clearing-overeenkomst onder ogen gezien. Aan het Westelijk voorstel en de Berlijnse rapporten heeft Wysjinsky op de zitting van gisteren nog twee stukken toegevoegd: een eigen tegenvoorstel en Moskou's antwoord op het Wes. telijke plan. Er waren dus over het toch reeds zo gecompliceerde probleem zovele stukken op tafel, dat het niet behoeft te verwonderen, dat de minister er hun besprekingen niet over konden beëindigen Er is geen enkele betrouwbare aanwijzing over verloop dezer discussies, doch het feit, dat zij op dezelfde voet worden voortgezet, doet verwachten, dat thans in alle ernst getracht

wordt tot zaken te komen. • De zitting had een ongewoon verloop. Op verzoek van Wysjinsky vond zij in het geheim plaats en op zijn verzoek werd zrj voor twee uren onderbroken, teneinde hem in de gelegenheid te stellen contact met Moskou op te nemen. Een deel van deze tijd gebruikte de Russische minister om met een zijner naaste medewerkers in het Bois de Boulogne te mediteren. Ofschoon eerst vandaag zal blijken of de ministers op dit beperkte terrein tot overeenstemming zullen kunnen geraken, herleeft in Parijs de hoop, dat de conferentie in de laatste dagen het effect van het échec der besprekingen over de grote vraagstukken enigszins zal goed maken. Een overeenkomst, die de westelijke positie te Berlijn erkent, de econi mische banden herstelt en voor de studie van de grote vraagstukken het contact tussen de Grote Vier in stand houdt, is het beste wat uit de diepte der meningsverschillen nog gered schijnt te kunnen worden.

Van Maarseveen minister van Overzeese Gebiedsdelen Binnenlandse Zaken tijdelijk bij Mr- van Schaik in beheer Volgeens een officieel communiqué van de R.V.D. is dezer dagen de benoeming te verwachten van de minister van Binnenlandse Zaken en minister van Overzeese Gebiedsdelen a. i., Mr J. H. van Maarseveen, tot minister van Overzeese Gebiedsdelen. H. M. de Koningin zal de minister zonder portefeuille, Mr J. R. H. van Schaik tijdelijk het beheer opdragen van het departement van Binnenlandse Zaken. Het ligt in het voornemen van de minister van Overzeese Gebiedsdelen zeer spoedig naar Indonesië te vertrekken, teneinde zich op verschillend gebied een algemene indruk te kunnen vormen. De minister zonder portefeuille, de heer L. Götzen, zal tijdens de afwezigheid van minister Van Maarseveen als minister van Overzeese Gebiedsdelen a. i. optreden. Het zal voor de eerste maal zijn dat minister Van Maarseveen naar Indonesië gaat. Ernstig verkeersongeluk bij Hoosddorp Gisteravond omstreeks half acht zijn op de grote verkeersweg Amsterdam— Den Haag, nabij het viaduct van de Vijfhuizerweg een personenauto en een vrachtauto met elkaar in botsing gekomen. Van de vier inzittenden van de personenauto werd één gedood, twee zwaar gewond en een licht gewond.

De republikeinse zender the Voice of Sumatra, heeft Maandag in een uitzending melding gemaakt van een inmiddels uitgegeven verklaring van de republikeinse noodregering ten aanzien van de verklaringen van dr. van Royen en Moh. Rum. De noodregering zou op de volgende voorwaarden in stemmen met de gesloten overeenkomst. Aan de strijdkrachten van de republiek moet worden toegestaan de thans ingenomen posities te blijven bezetten; het Nederlandse leger moet geleidelijk worden teruggetrokken uit de huidige posities; de terugkeer van de republikeinse regering naar Djogja moet onvoorwaardelijk zijn. De souvereiniteit van de republiek over Java, Sumatra, Madura en de omliggende eilanden moet overeenkomstig het vermelde in de overeenkomst van Linggadjati door Nederland erkend worden.

E.H.B. O.-wedstrijden Drenthe op de achtste plaats Zaterdag, op de tweede dag van het Nationaal EHBO-Congres, te Almelo, bonden tien provincies de strijd om het EHBO-kampioenschap aan. De ploeg van Alblasserdam, die uitkwam voor de provincie Zuid-Holland, kwam als eerste uit de strijd. Zij behaalde 884 punten in ploegverband cn verwierf daarmede het nationale kampioenschap 1949, een zilveren legpenning, beschikbaai gesteld door H. M de Koningin en drie drargmedailles. ter beschikking gesteld door 't hoofdbestuur van de EHBO. Voorts kreeg de afdeling Alblasserdam de wisselbe*ker van de EHBO in haar bezit, van de Belgische zustervereniging. De leider van Alblasserdam kreeg bovendien de eerste leidersprijs, aangeboden door het district Overijssel. Drenthe (Nieuw-Buinen) kreeg de achtste pr\js met 359 punten.

Israe'isch-Syrische besprekingen afgebroken De wapenstilstandsbesprekingen tussen Syrië en Israël zijn afgebroken wegens de „gemelde Joodse schendingen" van de overeenkomst van Rhodos, aldus is gisteren officizeel te Damascus bekend gemaakt. „Daar de Joden herhaaldelijk overeenkomsten schenden is iedere Arabische regering gerechtigd niet langer op hun woord te vertrouwen". Het Syrische departement van voorlichting' verklaarde, dat de Joden twee brigades in het gebied van Jeruzalem hadden geconcentreerd, terwijl de overeenkomst van Rhodos Slechts van twee bataljons sprak. Overeenkomstig bevel van de Verenigde Naties hebben Joodse en Transjordaanse troepen gisterochtend het gouvernementsgebouw en het Arabische college ten Zuiden van Jeruzalem ontruimd. Tot de ontruiming werd besloten in een zitting van de Joods-Transjordaanse wapenstilstandscommissie, nadat men het er over eens was geworden, dat de aanwezigheid van troepen in strijd was met de overeenkomst van Rhodos.

Met overgrote meerderheid hebben de West-Berlijnse spoorwegmannen bij stemming besloten de staking, die reeds 25 dagen geduurd heeft en het treinverkeer in de stad heeft lamgelegd, voort te zetten. De einduitslagen van alle twaalf stemdistricten tonen aan, dat 2.085 stakers weer aan het werk willen, terwijl 12.626 mannen de staking willen voortzetten. Volgens officieuze schatting bracht negentig procent van de stakers hun stem uit. De voorzitter van het stakende vakverbond, Heinz Bracht, verklaarde, dat

Bracht betreurde het, dat als gevolg van de staking het interzonale treinverkeer bemoeilijkt blijft. De Britse commandant te Berlijn, gen.maj. Bourne, heeft de Sowjetautoriteiten er gisteravond van beschuldigd, dat zij om politieke redenen de spoorwegstaking wensen te verlengen. Bournes zeide, dat de verklaringen van de onder Sowjet-toezicht staande radio en pers het vertrouwen van de stakers in de authenticiteit van de garantie tegen represailles had vernietigd. De leiding van de spoorwegen en generaal Kwasjnin, hoofd van de afdeling vervoer van het Russische militaire bestuur, hadden deze verklaringen niet tegengesproken. De Amerikaanse commandant, generaal Howley, heeft meegedeeld dat de drie Westelijke commandanten te Berlijn hedenochtend zullen vergaderen ter bespreking van de toestand, die voortvloeit uit het besluit van de stakers. „Ik geloof dat wij er verder niets aan moeten doen en de Russen hun eigen problemen moeten laten oplossen", aldus de generaal. „De Russen hebben de blokkade eenvoudig niet opgeheven en dit is alleen maar een nieuwe uitvlucht. Ik verwacht nooit dat de Russen hun beloften langer houden dan hun past. Sinds mijn bespreking met generaal Kwasjnin op Vrijdag zijn nieuwe orders binnengekomen van Wysjinsky of het Kremlin. De stemming van vandaag heeft bewezen, dat de UGO (niet-communistische vakvereniging) geen marionet is. Omdat deze

kwestie de conferentie te Parijs belemmerde besloot ik een bezoek aan generaal Kwasjnin te brengen. Hij is een spoorwegman en scheen de staking gaarne beëindigd te zien. Het was een zeer aangenaam onderhoud en de succesrijkste conferentie die ik met de Russen gehad heb zolang ik in Berlijn ben. Wij spraken over koetjes en kalfjes".

Naar het ANP verneemt is te verwachten, dat met betrekking tot het geven van een gratificatie aan rijkspersoneel de regering dezelfde gedragslijn zal volgens als verleden jaar, dat wil zeggen, dat aan hen,, die een salaris hebben van minder dan f 4560, over 1949 een gratificatie zal worden toegekend van 2 pet. van het salaris, met een maximum van 50 gulden per persoon.

Bü de Tweede Kamer is ingediend het wetsontwerp tot herkeuring van afgekeurden. In de Memorie van Toelichting op dit wetsontwerp wordt gezegd dat bü de voorgestelde voorziening de regering allereerst het oog heeft op artsen en tandartsen.

Onder hen zijn nog velen die als ingeschrevene voor de dienstplicht werden afgekeurd, doch daaronder zal zich ongetwijfeld een niet onbelangrijk aantal bevinden, van wie kan worden aangenomen, dat de ongeschikheid inmiddels is opgeheven. Bovendien valt het te voorzien, dat de stremming, die de universitaire studie in de bezettingsjaren heeft ondervonden, gedurende enkele jaren een verlaging van het aantal afstuderenden te zien zal geven. Dit zou voor de militaire geneeskundige en tandheelkundige dienst nog extramoeilijkheden veroorzaken. Dit alles pleit voor, de artsen «n tandartsen, alsmede de aanstaande artsen en tandartsen, die als ingeschrevene voor de dienstplicht werden afgekeurd, opnieuw te keuren en hen, die geschikt blijken te zijn, aan gelijke dienstverplichtingen te onderwerpen als hun collega's, die al dadelijk werden goedgekeurd, reeds korter of langer tijd hebben te dragen. Wat vandaag ten aanzien van artsen en tandartsen nodig is, kan morgen nodig worden voor ingenieurs en andere technici, voor juristen en meer groeien van persoden van verschillende leeftijden. Daarom verdient het aanbeveling een algemene bevoegdheid tot herkeuring van afgekeurden

te scheppen om, als de nood aan de man mocht komen, op korte termijn over de nodige krachten te kunnen beschikken. Voor de lichtingen van de jaren 1944 en volgende is de keuring reeds naar de nieuwe methoden geschied. De voorgenomen herkeuring zou daarom voornamelijk moeten gelden voor de lichtingen, ouder dan die van 1941. Het is de bedoeling de gelegenheid tot herkeuring open te stellen tot ongeveer de normale leeftijdsgrens, die er bestaat voor de dienstplichtigen met de rang van officier, dus tot ongeveer 45 jaar. Bij de oproepen in werkelijke dienst wordt in het algemeen de regel gevolgd, dat jongeren voorgaan. Ten opzichte van sommige groepen en ook ten aanzien van artsen en tandartsen blijkt echter hoe langer hoe meer, dat ook de ouderen voor oproeping aan de beurt moeten komen, wil men de jongeren niet een overmatig zware last cpleggen. Het getal afgekeurde artsen en tandartsen kan naar ruwe schatting worden gesteld op 50 a 60 per lichting. Indien een derde, misschien de helft van hen alsnog zou worden goedgekeurd, zou dat een winst geven van rond 300 artsen en 150 tandartsen.

Republikeinen uit Magelang uitgewezen ? De sultan van Djogja heeft een verklaring uitgegeven waarin wordt gezegd dat ongeveer honderd republikeinse autoriteiten en particulieren met hun gezinnen door de Nederlanders uit Magelang naar Djogja zijn uitgewezen. Het transport begon op 10 Juni en een gedeelte, waaronder ir. Saksono, viceminister van landbouw in het kabinetSjahrir, kwam 11 Juni in Djogja aan. Als reden voor een en ander werd van Nederlandse zijde, mondeling, opgegeven, dat deze perosnen gevaarlijk worden geacht voor de openbare rust en orde. Verder was van Nederlandse zijde aan andere republikeinse autoriteiten gezegd, dat zij door de republikeinse regering naar Djogja waren geroepen, hetgeen niet juist bleek. Volgens mededeling van betrokkenen hadden zij slechts twee dagen tijd om hun vertrek voor te bereiden. De voorzitter van de republikeinse delegatie is, zo wordt in de verklaring van de sultan o.a. gezegd, van deze kwestie op de hoogte gebracht, met het verzoek, door bemiddeling van de UNCI een sterk protest aan te tekenen tegen de uitwijzing. Bij bevoegde Nederlandse zijde te Batavia was over het vorengaande niets bekend. In een tweede bekendmaking, handelend over de in de tuin van de woning van mevrouw Sukarno geworpen granaat, wordt gezegd, dat van een zijde, die de wereld wenst te tonen, dat bi) het herstel van de republikeinse regering in Djogja, rust en orde niet zouden kunnen worden gehandhaafd, het bericht werd overdreven. Tot op heden is nog niet bewezen, dat de granaat door een Indonesiër zou zijn geworpen. De- verklaring zegt verder o.a., dat het noodzakelijk is. er de aandacht op te vestigen, dat, totdat de republiek zal zijn hersteld, het Nederlandse leger verantwoordelijk is voor de veiligheid van de bevolking van Djogja. Voorts heeft de sultan gisteren in 'n persconferentie verklaard, dat zijn bezoek

aan Batavia en Bangka bevredigend was. Vermoedelijk zal deze week bekend worden, wanneer de overdracht van het bestuur zal geschieden. De overkomst van Sukarno, Hatta en andere prominenten naar Djogja zal waarschijnlijk geschieden twee of drie dagen na de formele overdracht. Deze overkomst hangt voornamelijk af van de toestand in de residentie Djogjakarta. Op de vraag of buitenlanders gelegenheid zal worden gegeven ln.de residentie Djogjakarta fabrieken en ondernemingen te exploiteren antwoordde de sultan, dat hij hierover niet kon beslissen, daar dit een zaak van de centrale regering is. NOG EEN BESCHULDIGING Na de sultan gaf de voorzitter van de Masjumi, dr. Sukiman, een uitvoerigs, uiteenzetting over het bezoek van Hatta aan Aty'eh. Het spijt het gezelschap zeer, dat men Sjafruddin niet kon ontmoeten, doch hieraan zijn geen ernstige gevolgen verbonden, aldus Sukirnan. Hij legde er de nadruk op, dat geheel Atjeh de verklaringen van dr. van Royen en Moh. Rum steunt. Sukiman deelde ten slotte mede: het vliegveld van Longah in Atjeh werd de dag voor aankomst van het republikeinse gezelschap door Nederlandse troe pen uit de lucht gemitrailleerd en gebombardeerd. Van bevoegde militaire zijde te Batavia werd de juistheid van de laatste mededeling met de meeste nadruk ontkend.

I Naar aanleiding van de berichten omtrent de duur van eventuele herhalingsoefeningen voor uit Indonesië gerepatrieerde dienstplichtigen, wordt van bevoegde zijde medegedeeld, dat hoewel nog geen definitieve beslissing genomen is, het onwaarschijnlijk wordt geacht, dat de duur van herhalingsoefeningen de drie weken te boven zal gaan. Eén week zou voldoende zijn voor de mobilisatieoefening en het optreden in kleiner verband, één a twee weken zouden gemoeid zijn met een oefening in groot verband. De herhalingsoefeningen voor kader zouden wellicht van iets langere duur moeten zijn. Ten aanzien van deze kwestie wordt er aan herinnerd, dat de oproeping van de lichtingen 1941-1944 niet voor bedoelde herhalingsoefening in de plaats kan worden gesteld daar deze lichtingen een volledige opleiding van minstens een jaar zouden moeten ontvangen, waartoe — naast de opleiding der gewone lichting — door gebrek aan kader en opleidingscapaciteit geen mogelijkheid bestaat. Tenslotte wordt opgemerkt, dat het in het voornemen van de legerleiding lig om de herhalingsoefeningen slechts dan voortgang te doen vinden, wanneer de omstandigheden zodanig zijn, dat zij er het gewenste resultaat van kan verwachten.

De R.C.P. (revolutionnair communistische partij) heeft de burgemeester van Amsterdam, mr Arn J. d'Ailly in kort geding doen dagvaarden naar aanleiding van diens bevel de verkiezingsborden met de leuze „Indonesië vrij van Nederland nu" te verwijderen van de Amsterdamse bruggen. In de dagvaarding keert de R-C.P. zich ook tegen het verbod van de burgemeester aan de partij gebruik te maken van haar verkiezingsauto, waarop de verikezingsleuze was aangebracht. Gistermiddag hebben de raadslieden der partijen hun standpunten ten overstaan van de president van ae rechtbank, mr C. W. Thöne, uiteengezet. Mr J. H. Smeets, optredende voor de R.C.P., stelde de kwestie van de bevoegdheid van de rechter het beleid van de burgemeester te beoordelen. Zelfs als dit niet zo is, blijft de kwestie over het wederrechtelijk beschikken over andermans eigendom bestaan, waarin volgens mr Smeets de rechter wel bevoegdheid heeft te oordelen en hij voerde aan, dat de burgemeester het eigendomsrecht van de RC P. heeft aangetast door te dreigen met inbeslagneming als de borden niet werden verwijderd. Hij wees er nog op dat de gewraakte

leuze al zeer oud was. Zij werd volgens hem in 1909 voor het eerst gebruikt door Domela Nieuwenhuis en later door de SDAP en andere partijen. Mr D. K. G. de Jong, die optrad voor de burgemeester, stelde eveneens de kwestie van de rechterlijke bevoegdheid in deze en beriep zich op art. 217 en 219 van de gemeentewetgeving, volgens deze wet zou de burgemeester de bevoegdheid hebben bepaalde maatregelen te nemen indien hij het ontstaan van een verstoring van de openoare orde vreest. Mr de Jong vond dat de leuze een sterk opruiend karakter droeg en ongetwijfeld 'n ernstige aanleiding tot or deverstoring zou kunnen zijn geweest, indien zij, op 'n auto aangebracht dooide stad had gekruist. Op het ogenblik dat de Nederlandse vertegenwoordigers in Indonesië zijn om daar uiterst delicate kwesties te regelen zou een leuze als die waarvan sprake, volgens mr de Jong bijzonder ordeverstorend werken. Mr Thöne zal vandaag uitspraak doen. Ambtenarenstaking in Frankrijk De Franse regering heeft in een circulaire de hogere ambtenaren gewaarschuwd niet deel te nemen aan de door de drie vakbonden uitgeroepen 24-uurstaking van vandaag, op straffe van onmiddellijke schorsing. Ongeveer een millioen ambtenaren die tot drie vakverenigingen behoren, hebben besloten tot een staking van 24 uur als protest tegen vertraging bij de herziening der salarissenschaien. Meer dan duizend bij de verschillende vakverenigingen aangesloten spoorwegarbeiders hebben het werk in de werkplaatsen van de Franse spoorwegen te Montigny, Lez en Metz neergelegd uit protest tegen het ontslag van 40 losse arbeiders.

Technisch zijn wij knapper dan de mens ooit is geweest, maar wij combineren die knapheid met de grootst mogelijke tekortkomingen op maatschappelijk terrein

De Regering maakt bekend, dat tot haar leedwezen de volgende verliezen in Indonesië zijn gerapporteerd : Koninklijk Ned. Ind. Leger: Gesneuveld 16 Mei 1949: Vrijwill. dpi. sold. 2e kl. Djailan; Ambs. sold. le kl. inf. J. Lopulalan; Jav. sold. 2e kl. inf. Simin. Overleden t. g. v. oorlogsverwonding op 17 Mei 1949: Tim. sold. 2e kl. i..f. C. G. Volkerts. Gesneuveld 17 Mei 1949: Amb. korp. inf. O. B. Pelupessy. Gesneuveld 18 Mei 1949: Amb. sold. 2e kl. inf. Huwae. Gesneuveld 19 Mei 1949: Mil. serg. inf. A. L. Lindehovius; Jav. sold. le kl. Ngadino; Jav. sold. le kl. inf. Senen; Chin. mil. sold. Ong Bok Siang. Overleden t. g. v. oorlogsverwonding op 20 Mei 1949: A.mb. sold. le kl. Riupassa. Allen zijn afkomstig uit Indonesië

Gistermorgen om half twaalf is nabij Meppel cp de onbewaakte overweg bij Lankhorst in de gem. Staphorst een Diesel op een vrachtauto gereden. De Dieselbestuurder de heer K. R. Stuut uit Utrecht werd hierbij gedood, de leerling-wegverkenner Achterberg levensgevaarlijk gewond, de chauffeur van de vrachtauto, H. Rooyen uit Berkum bij Zwolle licht gewond. De chauffeur R- was op genoemd tijdstip onderweg met een lading straatklinkers en kwam vanaf de Lankhorsterweg in de richting van de staphorsterweg gereden. R. stopte voor de overweg, toen hij uit de richting Zwolle een goederentrein zag naderen. Even wel lette hij niet op het verkeer uit de richting Meppel en bemerkte dus niet, toen de goederentrein voorbij was dat van Meppel de Diesel naderde, die om 11.06 uit Assen vertrokken was. Pas op het laatste moment zag hij de trein, en kon door gas geven nog voorkomen dat zijn cabine geraakt werd. Nu botste de Diesel tegen de hoge ijzeren

laadbak. De auto werd vanaf de spoordijk naar beneden geslingerd en was tot een ruine vervormd. De chauffeur werd uit de auto geworpen en kwam in de graszoden terecht- Hij werd licht gewond en omwonenden verleenden hem spoedige hulp. Later werd hij naar he t Diaconessenhuis vervoerd. Slechter waren de dieselbestuurders er aan toe. De hoge ijzeren laadbak van de auto had de dieselcabine in elkaar gedrukt, waardoor de beide bestuurders geheel bekneld kwamen te zitten en er kon dan ook niet eerdere hulp verleend worden, dan nadat technisch spoorwegpersoneel aanwezig was om de twee slachtoffers uit te zagen en zelfs gedeeltelijk uit te branden. Zij hadden ernstige verwondingen bekomen en toen beiden naar het Diaconessenhuis vervoerd waren is al spoedig de bestuurder overleden. De Diesel is later naar Meppel gesleept. De reizigers konden omstreeks 1 uur hun reis met een stoomtrein vervolgen. Bij nadere informatie aan het Diaconessenhuis bleek de toestand van A. niet onmiddellijk levensgevaarlijk.

Foto van de totaal vernielde vrachtauto en de zwaar beschadigde diesel.