Aan hen, die met 1 Octoher een abonnement nemen op de Arnhemsche Courant, wordt zij reeds van heden af gratis toegezonden.
Arnhemsche courant
- 26-09-1904
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- Arnhemsche courant
- Datum
- 26-09-1904
- Editie
- Dag
- Uitgever
- C.A. Thieme
- Plaats van uitgave
- Arnhem
- PPN
- 400337789
- Verschijningsperiode
- 1814-2001
- Periode gedigitaliseerd
- 1851 - 1950
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- Koninklijke Bibliotheek
- Nummer
- 5591
- Jaargang
- 91
- Toegevoegd in Delpher
- 13-04-2016
EERSTE BLAD. Bericht.
ARNHEM, 26 September.
Uit het nummer van „De Hoeksche Waard" van Zaterdag, dat ons werd toegezonden, blijkt ons dat onze onderstelling niet juist was, toen wij het stukje over de benoemingen van professoren aan de Vrije Universiteit, vermeld in ons nummer van Zaterdag 10 Sept. 11., toeschreven aan ds. van der Valk, predikant te Scheveningen. De schrijver was ds. H. M. A. van der Valk, herv. predikant te Oud-Beierland, die aan 't hoofd van het aldaar verschijnend weekblaadje als de hoofdredacteur vermeld staat. Hierbij veroorloven wij ons intusschen de opmerking, dat wij uitdrukkelijk zeiden het blaadje niet te kennen en slechts als gissing uitspraken, dat de schrijver van het bewuste stukje de Scheveningsche predikant van denzelfden naam zou zijn. Gissen doet echter missen, gelijk ook hier weer blijkt. Met de erkenning dat onze gissing eene vergissing was, wordt echter in geen enkel opzicht ons oordeel gewijzigd over het stukje en over 't gebruik dat er in de liberale pers van gemaakt is. Dit was trouwens alleen gegrond op den inhoud, onverschillig wie er de schrijver van was.
BINNENLAND.
Het is ons gebleken, zegt de „N. R. C." dat de r.aam van Dorssen, die in het telegram omtrent de amok-partij op Atjeh voorkomt, tiet juist is. De naam moet zijn: van Dorsten. Bedoeld is dan de bij het Indische leger gedetacheerde officier van gezondheid van Dorsten, wiens echtgenoote is mej. van Wijngaarden uit Batavia. Door het hoofdbestuur van den „Bond voor Staatspensionneering" is een uitvoerig manifest gericht aan alle landgenooten, om lid te worden van dien Bond, waarvan voorzitter is de heer J. Wieiinga en secretaris de heer A. Voorbrood, beiden alhier. Het stuk is te uitvoerig, dan dat wij gevolg zouden kunnen geven aan het verzoek tot volledige plaatsing. Daarom bepalen wij ons tot het overnemen der volgende zinsneden daaruit: De „Bond voor Staatspensionneering" vraagt rech t op pensioen voor all en, omdat: a. Niet alleen bij de loontrekkende werklieden de vrees voor broodsgebrek op den ouden dag behoort te worden weggenomen, maar bij allen, niet het minst bij den middenstand. b. Omdat het dan zeker is, dat niemand wordt vergeten. c. Omdat oude vrouwen evenmin gebrek mogen lijden als oude mannen. Haar arbeid en hare roeping waren andere dan die van den man, maar niet minder waardig. Daarom zij ook haar pensioen op den ouden dag gelijk aan dat van den man. d. Omdat niet mag worden veigeten, dat de loontrekkende van thans niet altijd de behoeftige zal zijn op den ouden dag, terwijl zeer dikwijls de welgestelde de arme der toekomst is. e. Omdat door een pensioen voor allen elke gedachte aan bedeeling wordt weggenomen. En waarom geene premiebetaling? a. Omdat de Staat ook thans reeds voor zooveel zorgt, dat alle Nederlanders ten goede komt, en waarvoor particuliere krachten te kort schieten. Ook voor dat alles wordt geen premiebetaling geëischt. b. Omdat bij een pensioen zonder premiebetaling, maar door de kosten te vinden uit bestaande of nog te heffen belastingen (wij denken aan een pensioenbelasting), door iederen Nederlander naar draagkracht wordt bijgedragen in de verzorging der ouden van dagen, welke plicht nu drukt op enkelen. c. Omdat aan eene premiebetaling, als men zich niet bepaalt tot loontrekkenden, eene ingewikkelde, ontzaglijk groote en zeer kostbare administratie zal zijn verbonden.
d. Omdat er altijd personen zullen zijn, onmachtig om eene premie te betalen en 't onbillijk is aan iemand, die buiten schuld (b.v. lichaamsgebreken) levenslang onvoldoend loon heeft genoten, ook nog onvoldoend pensioen toe te kennen. Te Amsterdam is Zaterdag de jaarlqksche algemeene vergadering gehouden van den Bond ter verkrijging eener wettelijke regeling der Burgerlijke Ambtenaren. De voorzitter, de heer J. de Vries, inspecteur van het openbaar onderwijs te Amsterdam, gaf in zijn openingswoord een overzicht van het belangrijk afgeloopen vereenigingsjaar. Er is ons afdoende hulp toegezegd en spr. was overtuigd, dat er een Ambtenaarswet komen zal. De Minister verzekerde ons nog onlangs, zegt de heer de Vries, dat hij zijne verklaring van het vorige jaar handhaaft. Bij een onderhoud, dat spr. en de secretaris met den Minister van Justitie hadden, verklaarde deze op een desbetreffende vraag, dat de te ontworpen Ambtenaarswet aan de personen in openbaren dienst de zekerheid zal verschaffen, dat ze niet aan den dijk gezet kunnen worden anders dan bij bewezen schuld. Vastlegging van de redenen van ontslag in de wet, hebben we indertijd gevraagd, zeide spr. verder. Welnu, die zullen we krijgen. Zijn de in de wet genoemde redenen niet aanwezig, dan kunnen we niet ontslagen worden. De wet zal omschrijven, wat dienstvergrijpen zijn en welke straffen, het ontslag inbegrepen, hiervoor opgelegd kunnen worden. De straf zelve zal echter niet als in Duitschland opgelegd worden door den rechter. De Minister is van oordeel, dat in Duitschland administratie en administratief recht niet voldoende gescheiden zijn en wil daarin het Duitsche voorbeeld niet volgen. Naar zijne opvatting dient de bevoegde administratieve autoriteit de straf op te leggen. Maar deze autoriteit zal onder de controle van den administratieven rechter staan. Op verzoek van den betrokkene zal de rechter de opgelegde straf te niet doen, als zij niet overeenkomstig de wet is opgelegd. En niet overeenkomstig de wet opgelegd is de straf, als de feiten, ter zake waarom gestraft is, niet bewezen worden, of als — naar de Ambtenaarswet — de bewezen feiten de opgelegde straf niet wettigen. Is de rechter dus van meening, dat eene strafoplegging aan een dezer voorwaarden niet voldoet, zoo heft hij haar op. Bij den Bond zijn aangesloten 89 vereenigingen te zamen ruim 40.000 leden tellende, terwijl het aantal personeele leden 264 bedraagt, zoodat sedert het vorige jaar het aantal gewone leden is vermeerderd met 12 en dat der personeele leden met 15. De uitgifte van het Maandblad blijft een krachtig middel tot verspreiding van de denkbeelden van het bestuur omtrent de wijze waarop het meent dat eene regeling tot stand moet komen en is onmisbaar ter bespreking van de verschillende vraagpunten, die zich daarbij kunnen voordoen. Propagandavergaderingen zijn gehouden in den Haag, te Amsterdam en te Arnhem, terwijl M. Charles Raaymakers, te Roermond, heeft aangedrongen op eene nadere regeling van den rechtstoestand der onderwijzers, welke z. i. het best kan geschieden bij eene wet, regelende den rechtstoestand der burgerlijke ambtenaren in het algemeen. In den loop van den aanstaanden winter hoopt men te Amsterdam eene openbare vergadering te kunnen houden. Uit de mededeelingen van den penningmeester bleek, dat het totaal der inkomsten was f790.54 6 . Tot op heden is uitgegeven f299.66, zoodat een kassaldo aanwezig is van f 490.88 5 . Onder voorzitterschap van den heer J. M. Pijnacker Hordijk is Zaterdag te Rotterdam, de jaarlijksche algemeene vergadering gehouden van de Vereeniging voor facultatieve lijkverbranding. Uit de mededeelingen van den algemeenen secretaris, dr. Ph. van Lissa, bleek o.a. dat een belangrijke vereenvoudiging zal worden verkregen in het vervoer van lijken naar Mainz, wat tevens vermindering van kosten geeft. Nadat de commissiën waren samengesteld kwam aan de orde het verslag van den staat en de handelingen der Vereeniging en hare afdeelingen, dat reeds in de mededeelingen is opgenomen. Dat verslag herinnert slechts aan de in 1903 in de statuten en het algemeen reglement gemaakte wijzigingen.
De bepaling, dat een deel der kosten voor de afgevaardigden door de algemeene kas gedragen wordt zal er vermoedelijk toe bijdragen, dat alle afdeelingen vertegenwoordigd zullen zijn en de algemeene vergadering inderdaad eene algemeene worde. In het verslag wordt hulde gebracht aan de nagedachtenis van het overleden lid van het hoofdbestuur, den heer J. W. C. Beelenkamp, aan wien men grootendeels den bloei der afdeeling Breda dankt en die een der voornaamste leden der propagandacommissie was. Wat den stand der kas betreft, blijkt, dat de gewone uitgaven weder de gewone inkomsten overtroffen. Uit de rente van het fonds voor lijkovens werd echter f 500 ontvangen als tegemoetkoming in de kosten der propagandacommissie. Daardoor is er een ba'-ig slot van ruim f 450, dat voorgesteld wordt op nieuwe rekening over te brengen. Voor 1904 is weer een bedrag van f 500 beschikbaar gesteld, dus beschikt de propagandacommissie thans over een crediet van f 900. Op de begrooting voor 1905 is geen bijdrage uit de rente van het fonds voor lijkovens uitgetrokken, maar is daarop een post gebracht vermoedelijk batig saldo van het vorig jaar f 400. De stand van het fonds voor lijkovens was op 31 Dec. aan Certif. N. W. S. 2 '/ y pet. f 26.860, in kas was f 936.62, totaal f 27,799.62. Voor rekening van het fonds voor lijkverbranding hadden drie crematiën plaats. Twee leden stortten door éénige premie, terwijl in het afgeloopen jaar 7 personen jaarpremiën (hetzij gedurende een bepaald aantal jaren, hetzij levenslang) betaalden. Bovendien werd door twee leden, die zich niet aan geneeskundige keuring wenschten te onderwerpen, gevraagd f 350 in het fonds te mogen storten, ten einde daardoor naderhand recht op crematie te verkrijgen. Hoewel dat geval niet in het bijzonder geregeld is, meende het bestuur, daar hieruit geenerlei ricico voortspruit, en deze storting meer is te beschouwen als het te voren deponeeren van het bedrag der storting na overlijden, de gestelde vraag bevestigend te mogen beantwoorden. De Vereeniging telde over 1903 582 gewoneen 22 buitengewone leden, te zamen 604, tegen 659 in het vorig jaar. Goedgekeurd wordt het voorstel van 't hoofdbestuur, om het batig saldo der algemeene kas over 1903 (bedragende f 450.80) over te brengen op nieuwe rekening. Mede werd goedgekeurd een voorstel van het hoofdbestuur, om ook voor het jaar 1904 de beide in art. 39 van het algem. reglement bedoelde credieten, ter beschikking van 't dagelijksch bestuur tot het verleenen van tegemoetkoming in de kosten van het vervoer van lijken naar de lijkovens, te bepalen op f 200 ieder. Daarna kwam aan de orde het voorstel van 't hoofdbestuur, om over te gaan tot den bouw van een crematorium, met opdracht aan het hoofdbestuur tot voorbereiding van dien bouw. Na breedvoerig debat, waarbij 't houden van 'n crematorium vooral als propagandamiddel werd verdedigd, wat andere sprekers bestreden, werd met 17 tegen 2 stemmen besloten tot den bouw over te gaan. Als plaats voor de algemeene vergadering in 1905, had 't hoofdbestuur voorgedragen Utrecht of 's-Gravenhage. De vergadering koos Utrecht. Daarna had de verkiezing van zeven leden van het hoofdbestuur plaats, van wie drie voor algemeen voorzitter, algemeen secretaris en algemeen penningmeester uit de te 's-Gravenhage wonende leden moesten gekozen worden. De tegenwoordige algemeene voorzitter, de heer Pijnacker Hordijk, stelde zich niet meer herkiesbaar. Tot bestuursleden werden gekozen de heeren dr. J. de Vrij, te 's-Gravenhage, tot algemeen voorzitter; dr. Ph. K. van Lissa, algemeen secretaris; mr. J. D. Verbroek; algemeen penningmeester; dr. J. Vroesom de Haan te Rotterdam, dr. H. de Vries te Amsterdam, mr. J. A. van Gilse te Arnhem, en dr. van Lidth de Jeude te Leiden. Na afloop werd een boottocht door de havens gemaakt, aangeboden door de Rotterdamsche afdeeling en vereenigde men zich ten slotte aan een gemeenschappelijken maaltijd. Onder voorzitterschap van den heer C. W. Gombault, Amsterdam, is gisteren te Utrecht eene algemeene vergadering gehouden van de Pensioenvereeniging van burgerlijke Rijksambtenaren.
Het aantal afdeelingen is gestegen tot 38, met een totaal van + 6000 gewone 'en ongeveer 900 verspreide leden. In de plaats van den heer J. E. Erdman 2zn„ die bedankt had, werd als lid van het bestuur gekozen de heer mr. J. W. Mulder, president der rechtbank te Alkmaar, terwijl de heeren H. J. Lamoraal Wichers, ontvanger der directe belastingen te Amsterdam, en L. J. C. Poppe, kommies der directe belastingen te Doetinchem, als bestuursleden werden herkozen. Bij de bespreking van hetgeen door het bestuur is verricht ter bevordering dat de renten van het surplus in het Pensioenfonds van weduwen en weezen van burgerlijke rijks-ambtenaren, zullen worden besteed tot verhooging van de weduwenen weezenpensioenen dier ambtenaren merkte de voorzitter nog op, dat de pensioenvereeniging niet er tegen is, dat onderwijzers en hunne weduwen pensioen krijgen, doch dat deze pensioenen genomen zullen worden uit gelden, die bijeengebracht zijn door anderen voor anderen. Te Utrecht is onder voorzitterschap van den heer W. A. H. Kerkhoff te Amsterdam, eene buitengewone vergadering gehouden van den Nederl. Bond van post- en telegraaf beambten „De Post". Aanwezig waren 41 van de 87 afdeelingen. Besloten werd dat het hoofdbestuur eene memorie aan de Tweede Kamer zal richten, daarin verzoekende eene goede promotie- en salarisregeling voor het personeel der P. en T. in te voeren. Op voorstel van de afdeeling Nijmegen werd besloten te verzoeken, bij vacatures aan een hulpkantoor den solliciteerenaen brievengaarders de voorkeur te willen geven en hun tegen een billijke huur eene Rijkswoning te verschaffen en brieven- en telegrambestellers zooveel mogelijk te benoemen uit de postboden. Omtrent een voorstel om te trachten voortaan na 30 dienstjaren hetzelfde pensioen te verkrijgen als thans na 40 dienstjaren, werd besloten dat het hoofdbestuur dienaangaande gegevens zal verzoeken aan het Centraal Bureau voor de statistiek. Betreffende deze zaak zullen verder de afdeelingen Amsterdam, Rotterdam en den Haag een commissie vormen, welke tevens samenwerking zal zoeken met andere organisaties, in verband staande met de posterijen en telegrafie. Aan den Minister van Financiën zal verzocht worden het pensioen voortaan drie maanden vooruit uit te betalen. Over een voorstel van de afdeeling Amsterdam om de volgende bondsvergadering op twee werkdagen te doen houden en in verband hiermede aan den directeur-generaal der posterijen en telegrafie het verzoek te richten hiertoe gelegenheid te geven zal een referendum beslissen. Onder voorzitterschap van mevr. A. S. Tijdeman—Verschoor van 's-Gravenhage, is gisteren te Utrecht eene algemeene vergadering gehouden van den Bond van Leeraressen bij het Huishoudonderwijs. Deze vergadering was Zaterdagavond voorafgegaan door eene andere, waarin slechts strikt huishoudelijke zaken ter sprake gebracht zijn. Na eene inleiding van mej. M. J. Huisinga van Groningen werd besloten tot de oprichting van een informatie-bureau voor huishoudsters. Mej. N. J. Huisinga en mej. A. Nijhoff, beiden van Groningen, zullen voorbereidende maatregelen treffen om tot de totstandkoming van bedoeld bureau te geraken. Een voorstel van mej. H. M. S. J. de Holl, namens de leeraressen in strijken en opdoen der wasch, om vanwege den Bond een algemeen examen voor dit vak in te stellen, werd aangehouden tot een volgende vergadering. („N. R. C.") De „St.-Ct." nr. 225 bevat het verslag omtrent het in Nederl.-Indië gehouden examen ter toelating tot de Cadettenschool in Nederland in 1904. Aan dit rapport ontleenen we het volgende: „Over het algemeen waren de uitkomsten van het mondeling ex. in de Fransche en Engelsche taal onbevredigend. Meerdere adspiranten gaven hierbij blijk zelfs geen begrip te hebben van de allereerste beginselen der spraakleer. Ook de uitspraak in het Fransch en Engelsch liet zeer veel te wenschen over."