Alle couranten — en de Nederlandsche niet het minst natuurlijk — staan vol over de stappen door onze regeering gedaan ten einde een eervolle vrede mogelijk te maken. Er gaan geruchten genoeg over hetgeen de Nederlandsche regeering nu eigenlijk gedaan heeft; maar zooals altijd moet zoo iets eerst eenigen tijd geheim blijven en lekt er niets van uit. Het eenige waaruit iets is op te maken is hetgeen dr. Leyds gisteren te Parijs verklaarde aan een redacteur van de Patrie, De gezant heeft tot dezen gezegd: Ik ben gekomen tot een diplomatiek stilzwijgen, maar ik kan u verklaren, dat het onjuist is, dat de gedelegeerden van de Transvaalsche en Vrijstaatsche regeering de bemiddeling zouden gevraagd hebben van de Nederlandsche regeering ten opzichte van den Zuid Afrikaanschen oorlog; dat het onjuist is, dat zij Dr. Kuyper zouden hebben belast met het doen van vredesvoorstellen. Men heelt gesproken van voorwaarden, aan het onderzoek der Engelsche regeering onderworpen, om den vrede te verkrijgen. Dat kan niet zijn. Er zijn niet verscheidene voorwaarden. Er is er maar eene, waarop de oorlog zou eindigen, en die eene kent de Engelsche regeering voldoende. De overige gissingen en uitlatingen zullen wij laten voor wat ze zijn en afwachten tot er meer vertrouwbare en zekere berichten komen. Van het oorlogsterrein komen weinige berichten, maar wat er komt is niet ontmoedigend. Uit de rapporten van lord Kitehener blijkt weer voldoende dat nog steeds een utopie blijft over de aanstaande capitulatie te denken, De edele lord verklaart wel, dat er de vorige week 426 mannen buiten gevecht zijn gesteld, zoodat er nu maar 1874 over zouden zijn, als men al zijne cijfers wilde gelooven, maar hij zal waarschijnlijk nooit het getal gevangenen, die onophoudelijk ontsnappen in rekening brengen, De vorige week zullen de versterkingen der Boeren aan ontsnapte en vrijgemaakte geïnterneerden — men denke aan Beyers te Pietersburg — grooter zijn geweest, dan het getal, dat zij aan gesneuvelden, gewonden en gevangenen hebben verloren. De Daily News schat zelfs het aantal Boeren, die door Beyers zijn bevrijd, op 1000. Zoo’n kleinigheid vergeet Kitehener, en elke week zou hij van dergelijke skleinigheden” kunnen verhalen. Hij bekent — op zijn Engelsch natuurlijk — verder een ernstig echec, waarover wij tot nu toe niets hebben gehoord. Het moet omstreeks 20 Januari gebeurd zijn bij Rietvlei, in den Zuidwesthoek van Transvaal, in welk gevecht een detachement van een Engelsche colonne werd omsingeld, 13 dooden en gewonden kreeg, terwijl 41 werden gevangen genomen. Merkwaardig dat Kekewich er een paar dagen te voren een patrouille van 13 man verloor; die streek heette reeds voor goed gepacificeerd! Voorts blijkt, dat de Engelsche operaties in den Vrijstaat niet het minste succes hebben. De Wet is geheel vrij in zijne bewegingen. Terwijl de Engelsche colonnes hem denken ingesloten tusschen blokhuizen en hem daar druk vervolgen, verrast hij de Yeoman buiten dat terrein, zooals onlangs bij Lindequeesspruit, bij de Vaal, waar de Yeoman eenige zwarte maaiers escorteerden.
Bredasche courant
- 31-01-1902
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- Bredasche courant
- Datum
- 31-01-1902
- Editie
- Dag
- Uitgever
- W. van Bergen
- Plaats van uitgave
- Breda
- PPN
- 421095903
- Verschijningsperiode
- 1814-1941
- Periode gedigitaliseerd
- 11 april 1814 - 1814, no. 13 (16 april) - jrg. 150, no. 110 (11 mei 1940) ; jrg. 150, no. 111 (22 mei 1940) - jrg. 151, no. 417 (15 okt. 1941)
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- Stadsarchief Breda
- Nummer
- 14
- Jaargang
- 111
- Toegevoegd in Delpher
- 21-01-2019
Transvaal.
Algemeen Overzicht
De Times, sprekende over Balfour’s mededeeling, zegt; Er is geen aanleiding om aan te nemen, dat de mededeeling van deNederlandsclie Regeering wat haar inhoud betreft van meer gewicht is dan andere ongemachtigde voorstellen op hetzelfde stuk. Zij komt natuurlijk van een bevriende regeering, een regeering, tegenover welke wij — gelijk wij herhaaldelijk zeer duidelijk getoond hebben — geneigd zijn in betrekking tot den strijd in Zuid-Afrika een vrijheid te gunnen die wij stellig nooit zouden toestaan aan andere. Het antwoord van de ministers zal, vertrouwen wij, even duidelijk en flink als hoffelijk en vriendschappelijk wezen. De Standard merkt op : Balfour’s mededeeling was in bewoordingen van weloverwogen soberheid vervat. Het zou voorbarig zijn van onderhandelingen te spreken, voor wij weten wat de ware aard is van de stukken, uit den Haag overgezonden. De gevluchte Krugerieten nu te erkennen zou een onvergeeflijke dwaasheid en zwakheid wezen.
De Daily News zegt: Het is niet mogelijk uit Balfour’s bestudeerd officiëele taal op te maken, of’ het kabinet op de Nederlandsche nota heeft geantwoord, maar de natuurlijke gevolgtrekking is, dat het dat gedaan heeft. En zoo ja, dan is het vooruitzicht op den vrede nog ver, want de gedachtenwisseling zou niet zoo plotseling gesloten worden, als zij stof leverde voor verdere diplomatieke handeling. De Standard verklaart, dat alle onderhandelingen met de Boeren-leiders in Nederland, met de Kruger- en Leyds-kliek onmogelijk is. Engeland kan alleen onderhandelen met de aanvoerders der oorlogvoerende Boeren in Zuid-Afrika zonder ruggespraak met de Boerenleiders in Europa. Daarentegen zegt de Daily News: Engelands lichtvaardige verwerping van een Nederlandsch vredevoorstel ware misdadig. Het blad vertelt dan breedvoerig welke stappen tot den vrede het onlangs zelf deed, overeenkomstig Rosebery’s program van Chesterfield. Het vaardigde mr. Roosegaarde Bisschop naar Nederland af, om de Boeren-leiders te polsen over het openen van vredesonderhandelingen, op de navolgende grondslagen: ten eerste zouden Transvaal en Vrijstaat zelfstandig worden naar het voorbeeld van Canada; vervolgens zou de militaire bezetting door Engeland niet onredelijk gerekt worden; ten derde volledige amnestie voor de republikeinen en de rebellen; ten vierde, subsidie van Engeland voor den herbouw der hoeven en de hervatting van het boerenbedrijf. Roosegaarde Bisschop sprak met de voornaamste Boeren-leiders in Nederland, uitgezonderd president Kruger, dien zij het overbodig vonden te gaan spreken aangezien de president machteloos is. De Boeren-leiders overwogen de voorstellen, maar de Daily News verklaart de uitkomst van hun overwegingen niet te kunnen meedeelen. Lord Lansdowne, minister van buitenlandsche zaken, ontving gisteravond ettelijke gezanteD in bizonder gehoor. De Internationale Arbitragebond heeft aan de Engelsche regeering geseind om het Nederlandsche vredevoorstel te steunen. Bij de beraadslaging over het adres van antwoord in het Lagerhuis stelde Boland een amendement voor, waarin geprotesteerd werd tegen het optreden der regeering op Malta, vooral met haar proclamatie, die de vervanging van het Italiaansch bij de rechtbanken door het Engelsch verdedigde. Chamberlain verdedigde breedvoerig de houding der regeering. Hij gewaagde daarbij van de ontstemming, welke de proclamatie in Italië gewekt had. Hij betreurde het, dat iets de goede betrekkingen, die er altijd tusschen de twee landen bestaan hadden, zou verstoren, waar hun belangen in vele gevallen overeenstemmen. De minister bood aan, de proclamaties in te trekken, als hij daarmede het gevoel van ontstemming in Italië kon wegnemen. Na eenig débat werd het amendement ingetrokken. Naar het Berliner Tageblatt verneemt, worden er op het oogenblik voor het Engelsche leger in Oosi-PruUen groote aankoopen van paarden' gedaan. Dat paardenras wordt bij het Engelsche legerbestuur zeer gewaardeerd, omdat die lichte, taaie en vlugge dieren voor den oorlog in Zuid Afrika bizonder geschikt zijn. Bij een Berlijnsche firma moeten er 10,000 stuks besteld zijn. Daarvan zijn er tot nog toe duizend verscheept. Aanvankelijk gingen deze paarden in kleine zendingen tot vijftig stuks over Hamburg naar Londen. In den laatsten tijd gebeurt de verscheping te Rotterdam, waarheen de paarden in grooten getale meest in extra-treinen verzonden worden. Het Tageblatt acht dit opkoopen van paarden met Duitschland’s onzijdigheid onvereenigbaar, en vraagt of de regeering er van weet en welke maatregelen zij tot handhaving van Duitschland’s onzijdigheid denkt te nemen. Dinsdag las in den Rijksdag ter beantwoording van de interpellatie van het centrum over de houding van den Bondsraad tegenover de Jezuietenwet, Posadowsky als vertegenwoordiger van den rijkskanselier een verklaring voor, waarin gezegd werd dat in breede kringen van de Protestantsche bevolking, op grond van geschiedkundige herinneringen, tegen het weder
toelaten van de Jezuieten orde levendige bezorgdheid gevoeld wordt, en dat die bezorgdheid tamelijk diep in het volksgemoed wortelt. Bij den strijd van meeningen tusschen Protestantsche i en Katholieke kringen over de Jezuietenorde, kunnen de regeeringen van de verschillende staten eerst na rijpelijke, lange overweging een besluit nemen in zake de voorstellen, die den bestaanden wettehjken toestand willen veranderen. ( Het is te verwachten, dat de verbonden ' regeeringen nog in den loop van de loopende i zitting over de hangende kwestie een beslissing zullen nemen. Uit het antwoord van de regeering valt op te , maken, dat er aan intrekking van de wet ook nu nog niet te denken valt. Een te New York vertoevende vertegenwoordiger der Colamliiaansclie liberalen zegt vernomen te hebben dat een liberale strijdmacht onder Soto, de conservatieven , aangevoerd door Tranjaver en den jezuiet Espana, verslagen heeft na een bloedig gevecht bij La Cruz, op 50 KM. ten zuiden van Bogota. Een groote hoeveelheid wapens en schietvoorraad en verscheiden kanonnen werden buitgemaakt; Espana sneuvelde.
Binnenland.
Een onderhond met minister Kuyper en den heer A. F. de Savornin Lobman. Een medewerker van de Temps, die onlangs een onderhoud had met dr. Kuyper, onzen minister-president, en den heer A. F. de Savornin Lohman, deelt omtrent hetgeen hij in een niet officieel gesprek uit den mond van dr. Kuyper hoorde, het volgende mede; Dr. Kuyper zeide: Ik ben te Parijs, Brussel en Londen geweest. Dat is volkomen waar. Maar wat betreft de stappen, die ik zou hebben gedaan of beproefd bij verschillende Staatslieden, met het doel het terrein te verkennen, dat is zuivere fantasie. Zeker is, dat waar ik mij ook, bevind, ik nimmer de zaak der Boeren uit het oog verlies, maar het is niet minder duidelijk, dat gegeven mijn positie als verantwoordelijk minister, ik gehouden ben met het oog op de internationale politiek, de meest strikte reserve inacht te nemen.... Ongelukkigerwijze ben ik een man, wiens gezicht men overal kent en het is voldoende bij de tegenwoordige omstandigheden, dat ik maar even het topje van mijn neus in de een of andere buitenlandsche hoofdstad laat zien, om onmiddellijk de verbeeldingskracht van de journalisten zich aan de meest belachelijke veronderstellingen te zien overgeven. En dat nog wel, ondanks de grootste zorg, die ik aanwend om alles te. vermijden, wat zou kunnen leiden tot fantastische verklaringen omtrent mijn afwezigheid. Ditmaal heb ik, gelukkigerwijze, tijdig dezen Britschen canard kunnen kortwieken. Maar dat is niet altijd gemakkelijk. De heer Kuyper, voegt de correspondent er aan toe, spreekt op een vaderlijken toon, zonder zalving. Hij onderstreept zijn verklaringen met een »zie je?” »begrijp je?”, dat het midden houdt tusschen het Fransche »vous tu?” »tu comprends?” en jvoyez vous?” en »vous comprenez ?” Het is een quasi familiaar tutoyeeren, dat iemand na drie minuten op zijn gemak zet. Toen ik hem vroeg om zijn oordeel over mogelijke interventie van het Hof van Arbitrage in den Anglo-Boerenoorlog, ried dr. Kuyper mij aan om jhr. A. F. de Savornin Lohman eens te gaan opzoeken , den oud-minister van Binnenlandsche Zaken,* lid der Tweede Kamer, en een der vier Nederlandsche gedelegeerden bij het Haagsche Arbitrage Hof. Ik begaf mij naar den heer de Savornin Lohman die mij allereerst wees op de onmogelijkheid van een officieele interventie van het Hof van Arbitrage dat hij vergeleek bij een jury, waarvan de leden, individueel, niets vertegenwoordigen, en niet het minste initiatief kunnen nemen. Hij zei ook, dat de Boerenrepublieken, daar zij niet vertegenwoordigd waren op de Vredesconferentie, tevergeefs een beroep zouden doen op de clausules van het internationaal arbitrageverdrag. De heer Lohman betreurt de uitsluiting der Boeren-Republieken — althans van de ZuidAfrikaansche republiek, de Transvaal — van de Vredesconferentie, eene uitsluiting, die door Engeland bewerkt was. Maar hij oordeelt, dat de Nederlandsche regeering wijs gedaan heeft, ten spijt van deze uitsluiting, gastvrijheid aan te bieden aan de conferentie, die anders misschien in het geheel niet bijeengekomen was. Beter een half ei dan een leege dop. Wat sommige handelingen der Engelschen in Zuid-Afrika betreft: vernieling van hoeven, concentratie van non-combattanten, gevangenneming van leden van ambulances enz., hierover zei de heer Lohman: Het is mij onmogelijk om een oordeel uit te
spreken over dingen, die ik eenmaal, — zeer weinig waarschijnlijk helaas I maar toch niet onmogelijk — geroepen zal zijn te beoordeeien in mijn kwaliteit als lid van het Hof van Arbitrage. Verder deed de heer Lohman zich kennen als iemand, die veel verwachtingen had van het Hof. Vooral zou het groote diensten kunnen bewijzen aan kleine naties en bij kleine geschillen. Maar het Hof is onmachtig wanneer het een staat ontmoet, die vast besloten is een anderen staat op te eten. Wat de executies van Boerenleiders aangaat, van Louw, Lotter, Scheepers en misschien spoedig ook Kritzinger, in dit opzicht is de heer Lohman minder gereserveerd. Hij qualificeerde ze als smoorden”. Hij gelooft niet, dat de Boeren maatregelen van represaille zullen nemen. Maar hij gelooft ook niet aan de zegepraal der Engelschen. Over den waarschijnlijken uitslag van den oorlog zei de heer Lohman: Indien ik geloof moet hechten aan de berichten uit Engelsche bron, zou ik zeer pessimistisch zijn. Maar zij liegen zoo duidelijk , dat ik geneigd ben tot optimisme. Maar het is zeer moeilijk van hier den toestand daar te beoordeeien. Wij weten ten slotte niet meer dan wat de Engelschen ons willen zeggen. Export Maar Japan. De Vereeniging tot Bevordering van den Nederlandschen Export te ’s-Gravenhage deelt mede, dat de gerechtelijke vervolging in Japan voor vreemdelingen eene moeielijke, kostbare en dubieuse onderneming is geworden, sedert de consulaii’e rechtspraak is afgeschaft. De buitenlandsche koopman moet den Japanees de aanklacht en alle daarop betrekking hebbende stukken in de Japansche vertaling doen toekomen, en zich door een advocaat laten vertegenwoordigen. Ook wanneer de vreemdeling het proces wint, moet hij zijn advocaat betalen, daar het Japansche civielprocesrecht geene bepaling bevat tot veroordeeling der verliezende partij in de proceskosten. Dientengevolge zijn bij kleinere vorderingen de gerechtskosten vaak hooger dan het bedrag in quaestie, zelfs wanneer het proces een voor den buitenlander gunstig verloop heeft, te meer daar de advocaten geheel vrij gelaten worden in de bepaling van hun honorarium. Met betrekking tot den uitvoer van Japan kan gemeld worden, dat Engeland in December jl. niet alleen te lijden had door de gevolgen van den Zuid-Afrikaanschen oorlog, doch ook eene niet gering te schatten concurrentie ondervond van Japansche artikelen, als speelgoed, suikerwerk, en vele andere Kerstmisartikelen. Onder de uit Japan geïmporteerde artikelen bevonden zich ook in Tokio gedrukte kalenders met veelkleurige afbeeldingen uit het Japansche leven, en voorzien met Engelschen tekst. Nederland en Engeland. In het Engelsche Lagerhuis heeft Balfour gezegd, dat er geen voorstel tot vredesonderhandelingen ontvangen was van iemand, die gemachtigd was uit naam der Boeren te spreken. Maar Zaterdag-avond laat was er een mededeeling ingekomen van de Nederlandsche regeering. Die mededeeling werd nu overwogen. Zoo spoedig mogelijk stelde de regeering zich voor een afschrift van die mededeeling en het antwoord van de Engelsche regeering ter tafel te leggen. * * « Gelijk uit het verslag van de vergadering van de Eerste Kamer blijkt, heeft de minister van binnenlandsche zaken, bij afwezigheid van den minister van buitenlandsche zaken, op een vraag van den heer Pijnacker Hordijk gisteren in de Eerste Kamer gezegd, dat de verklaring van minister Balfour in het Engelsche parlement met de waarheid overeenkomstig is. Doch de minister meende dat de internationale beleefdheid medebrengt, aan de mededeeling geen openbaarheid te geven voordat zij van de zijde der Engelsche regeering publiek is gemaakt of althans het antwoord aan de Nederlandsche regeering is medegedeeld. * * * Naar op zeer goeden grond kan verzekerd worden, is de Zuid Afrikaansche deputatie ten eenenmale onbekend met den inhoud van het schrijven, dat de Engelsche regeering van de Nederlandsche ontvangen heeft. De werkstaking bij de firma Tan Heek & Co. De minister-president heeft aan de beide betrokken partijen voorgesteld het geschil aan een scheidsrechterlijke uitspraak, te onderwerpen. Uit goede bron verneemt men, dat de firma de aangeboden bemiddeling weigert. Weer een nieuwe Bond. Voor vijf cents per week kan men lid worden van een nieuwe Bond, tot welks oprichting gepasseerden Zondag te Zaandam besloten is. Hij heet Kommwnistenbond en het pogramma luidt als volgt: 1. De Kommunistenbond erkent als socialisten allen die overtuigd zijn, dat het persoonlijk eigendom van productiemiddelen schadelijk is en dringend behoort vervangen te worden door gemeenschappelijk eigendom dier middelen. 2. De Bond verklaart te streven naar het kommunisme, wat bestaat in gemeenschap van arbeid en gemeenschap van gebruik volgens de formule: bieder geeft naar zijn kracht, ieder ontvangt naar zijn behoefte.” 3. De Bond onthoudt zich van het meedoen
aan verkiezingen en van politieke aktie in ’t algemeen, zonder deze te bestrijden. 4. Naast de zuivere beginselpropaganda acht de Bond tot zijn werkkring mede te bëhooren o.a : a. het bevorderen van vakorganisatie; b. het bestrijden van het militairisme; c. het bestrijden van dogmatiek kerkgeloof; d. de drankbestrijding; e. de ontwikkeling des volks zoo ruim en veelzijdig mogelijk te bevorderen. 5. Zij, die bovenstaand program onderschrijven en den leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, kunnen lid van den Bond worden. Een der bestuursleden is dë voormalige onderwijzer P. M. Wink, te Gorinchem. Beeldspraken. De Stichtsche Courant zegt dat een ambtenaar bij de stenografie in den Oostenrijksche Rijksdag dezer dagen in een voordracht een aantal merkwaardige voorbeelden heeft aangehaald van de zonderlinge beeldspraak, welke hij bij het aanhooren' van parlementaire redevoeringen had opgeteekend. Wij laten eenige volgen. Dezen zwaren steen, die ons allen op het hart ligt, moeten wij ons toch eindelijk eens van den hals schuiven. Mijne Heeren! Gij moet deze zaak niet enkel beschouwen van het standpunt van het heden, maar ook in het licht eener duistere toekomst. Centenaarzwaar drukt op de pers het oog der wet. Deze grief is eene oude zeeslang, die al jarenlang in deze zaal weerklinkt. Denkt aan de Boeren, die aan den rand van den bedelstaf zijn gebracht. Ziedaar het punt, waarop de oppositie telkens haar stokpaardje berijdt. Een ministerieele portefeuille bekleeden, dat is heel gemakkelijk; maar de kunst is haar uit te oefenen. Een belangrijke tak van den landbouw is de paardenteelt, waartoe ik de eer heb te behooren. Onze kiezers hebben ons hier afgevaardigd, opdat wij hun lief en leed bevorderen. Enz., enz. Bossche Carnaval. De Bosscher correspondent van het Hblad schrijft: ’t Was als een donderslag bij helderen hemel de oproeping van de leden der »Oeteldonksche club” ter spoedeischende vergadering Op gisterenavond, ter bespreking van .... het niet doorgang hebben van den carnavalsoptocht. Men schoolde bijeen, en de vraag, de eerste die men, elkaar ontmoetende, deed, was: »Wat hebben we nu aan de hand; zal de optocht niet doorgaan?” Men begreep er niemendal van 1 Stel je voor! onze »Oeteldonksche club'’, onze »Raod van Elf”, ze zouden niet klaar zijn met een optocht, als de carnavalsdagen in’t land waren! — ’t Was èl te gek! Wat we gisterenavond om negen uur nog niet wisten, was ons een kwartier later wel bekend, en ’t is te echt Oeteldonksch en te typisch canavalachtig om ’t niet héél eventjes wereldkundig te maken; er was gebrek aan .... deelneming 1 Verbeel je , gebrek aan deelneming in Oetddonk voor een carnavalsoptocht! En hoe kwam dat? Gewend aan te véél deelneming, waren de liefhebbers in de meening, dat alle plaatsen reeds waren bezet! Als dat nu niet echt Oeteldonksch is, dan weet ik er niemendal van! Maar vóór de klok van half tien koud was, wist de »Raod van Elf” niet meer, hoe allen te plaatsen, die zich voor den optocht toen hadden aangemeld. Van niet doorgaan was en is geen sprake méér; integendeel, ’t zal een optocht worden »noch nicht dagewesen!” Trijsteltingen-Militiewet. Belanghebbenden bij vrijstellingen van studenten in de godgeleerdheid, van geestelijken, van ordebroeders enz. worden gewezen op het volgende, dat van bevoegde zijde aan het Centrum wordt medegedeeld: In de aanvragen tot vrijstelling moet niet meer verwezen worden worden naar art. 127, maar naar art. 113 der Militiewet, en niet meer naar art. 68 van het Koninklijk Besluit, maar naar art. 83 van het Koninklijk Besluit van 2 December 1901, Stbl. n°. 230. Mooie bestelling. Aan de Nederl. Fabriek van Werktuigen en Spoorwegmateriaal te Amsterdam is de bouw opgedragen van 10 zware tenderlocomotieven, elk wegende meer dan 50.000 K.G,, voor de Hollandsche Spoor. Het geheele aantal sedert de oprichting der locomotiefafdeeling afgeleverde en in aanbouw zijnde locomotieven bedraagt nu reeds 87 stuks. Hoe groot is een millinrtl. Wanneer men eene groóte kist had gehad, in welke men, van Christus geboorte af elke minuut een frank had geworpen, dan zou men nu bijna een milliard bijeen hebben. De milliardste minuut na de geboorte van Christus zal komen den 28 April. Toch. Te Den Hoek (Limburg) werd Dinsdag-avond de landbouwer Diederiks, die, door de duisternis misleid, in een sloot geloopen was, toen hij er zich had uitgewerkt, door een stoomtram gegrepen en overreden. Hij was onmiddellijk dood.
Een unicum. Gaat er bijna geen dag voorbij, of er wordt aangifte bij de politie gedaan, dat van deze of gene het een of ander is weggenomen, eergisteren deed zich het zeldzame geval voor, dat een bewoner van de Da Costakade te Amsterdam aan de politie mededeeling deed, dat bij hem in het trapportaal van zijne woning een bedrag aan bankpapier was neergelegd. Een milde bepaling. Het personeel der werkplaatsen voor draagbare wapenen aan de Hembrug is door den minister van oorlog verblijd met een besluit waarbij bepaald is, dat, zoowel bij afwezigheid door ziekte als voor het geval, dat afwezigheid noodzakelijk is door ziekte of sterfgeval van familieleden, de uitbetaling van het loon doorgaat. Inbraak en poging tot moord. Woensdag-nacht heeft er een bijzonder brutaleinbraak plaats gehad bij den horlogemaker P Westendorp in de Groote Houtstraat te Haarlem. Tegen 4 uur werd de zoon wakker van het aanslaan van den hond, doch daar deze dit wel eens meer doet als er katten in den tuin zijn, ontgaf hij dit zich, totdat op eens de hond uit de keuken kwam vliegen en , een deur openspringende, de kamer binnenvloog. De zoon opende toen de oogen en zag op den hoek van de kamer een kerel zitten met een lucifer in de hand, die hij dadelijk uitdrukte. De flinke jongen bedacht zich niet lang, vloog het bed uit, gooide de portes brisées open en maakte alarm door te roepen dat er inbrekers waren en vloog zelf op den kerel af, die, opstaande, tot tweemaal een revolverschot op den zoon loste, waarvan een kogel dezen rakelings langs het hoofd ging. Daarop nam de kerel de vlucht door de keuken , tuin, over een muur de Peuzelaarsteeg in. Hoewel achternagezet, was hij niet te grijpen. Bij onderzoek bleek, dat hij was binnengekomen door een poort op de Ged. Oude Gracht. Daarna was hij gekomen in den tuin van de buren, had daar een ladder ontvreemd en zoo het dak bereikt van den heer Westendorp. Dit had hij geheel moeten omloopen om een raam aan de voorzijde te bereiken, dat hij met zeep had ingedrukt. Op den zolder gekomen, moest hij nu eerst langs de slaapkamer van mr. De Geer, die bij den heer Wh inwoont, toen langs die van de dochter des huizes en zoo is hij gekomen op de slaapkamer van den heer Wh; waar lucifers zijn ontstoken, doch waar het gouden horloge dat voor de hand lag, blijkbaar niet is gezien. Vandaar is hij naar den winkel gegaan het geheele huis door. Er wordt niets vermist. De zoon beschrijft den inbreker als een schraal kereltje met blonden snor en bleek gelaat, hij had een zwarte pet op. De politie die dadelijk gewaarschuwd werd, doet natuurlijk ijverig onderzoek.
Wetenschappen en Kunst.
De première van Heyermans’ nieuw stuk 1 »Ora et Labora”, is vastgesteld op Zaterdag 1 ' Februari a. s. 1 Vrijdag 31 Januari is de Hollandsche Schouwburg ge loten wegens generale repetitie. De opgravingen te Tirugad, het Algiersche Pompeji, hebben in het afgeloopen jaar wederom de stoutste verwachtingen overtroffen. Onder de belangrijkste vondsten wordt o. a. vermeld een stadspoort, waardoor de oorspronkelijke uitgestrektheid van het oude Thamugas weer nader bepaald kan worden , een prachtig huis toebehoord hebbende aan zekeren Sextius, een openbaar badhuis, een kleine heidensche tempel en een christelijke basiliek met drie schepen uit 1 het Byzantijnsche tijdperk, om niet te spreken van de talrijke inscripties en kleine voorwerpen van allerlei aard. ♦ In de reeks Moderne Essays zur Kunst u. ] Litterator (uitg. Gose & Tetzlaff, Berlijn) is verschenen sMultatuli, van S. Lublinski” , met Dekker’s portret.
Leger en Vloot.
De Minister van Oorlog heeft den chef van den generale staf opgedragen, volledige voorstellen te doen omtrent een te nemen grondige proef met zoogenaamde speurhonden , ten einde te kunnen beslissen over de al dan niet-invoermg. Bij den Minister van Oorlog bestaat het voornemen, de cursussen bij de regimenten infanterie tot opleiding van officier op te heffen en daarvoor in de plaats te stellen per divisie infanterie één cursus. Door bedoelde reorganisatie zou het aantal dezer instellingen van 9 tot 3 worden teruggebracht. Door den Minister van Oorlog is bepaald, dat gedurende dit jaar bij eenige korpsen van het leger, ter vervanging van de thans bestaande modellen, een proef zal worden genomen met tricot onderbroeken en borstrokken ; deze proef zal een aanvang nemen, nadat de miliciens der lichting 1902 onder de wapenen zullen zijn gekomen. Ten behoeve van den oud-wachtmeester J. Kossen, van het 1ste reg. veldartillerie, die wegens lichaamsgebreken den dienst zonder pensioen moest verlaten, is door de onderofficieren van het Nederlandsche leger ƒ 809 92 bijeengebracht en door den Nederlandschen Bond van oud-onderofficieren / 64.60, waarvoor Kossen zal verpleegd worden in het Sanatorium voor longlijders te Davos.
RECHTZAKEN.
De evangelist te Zlerikzee. Krachtens bevelschrift van de arrondissementsrechtbank te Zierikzee is de evangelist, A. Weltevreden , oud31 jaar, beklaagd van brandstichting opnieuw naar de openbare terechtzitting verwezen, met bevel van gevangenhouding. Ambtshalve is den beklaagde als raadsman toegevoegd mr, A. J. F. Fokker. Een predikant gerehabiliteerd. De Rotterdamsche rechtbank veroordeelde eene 23 jarige dienstbode, in dienst bij den predikant der Ned. Herv. Gemeente A. v. Geest, te ’s Gravesande, die van den predikant had rondverteld, dat hij zijne jeudige tante kuste en haar op onbehoorlijke wijze aansprak, tot f 10 boete, subs. 10 dagen hechtenis.