EERSTE BLAD,
' Zij, die zich met ï APlllL a. s. op deze
(lölJUANT abonneeren, ontvangen de nog in deze maand verschijnende nummers gratis.
Gescher & Kemper, Vmittstraat, Telefoonnnmmei 95 BREDA. GROOTE KEUZE van TAPIJTEN, Grip- ei Meisl-Stof», BEHANGSELPAPIER Meubels en Keilden. Ingericlit voor het geheel in orde maken van huizen, hötels en gestichten. Franco verzending van stalen en goederen Voor de orders wordt eerst prijsopgave gedaan.
"Advertentie". "Bredasche courant". Breda, 1903/03/25 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000322043:mpeg21:p00001
"Bredasche courant". Breda, 1903/03/25 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000322043:mpeg21:p00001
In antwoord op een vraag; ze.de Uelcassé in «len Senaat dat Frankrijk zijn handen niet van Macedonië zal aftrekken, maar zich niet tot iets zal verbinden zonder dat andere mogendheden meedoen. Bij de beraadslaging over het hoofdstuk van de begrooting dat betrekking heeft op de bezoldiging van diplomatieke agenten, herinnert Clemenceau aan de rede, Zaterdag door Combes gehouden en volgens welke de betrekkingen van de republiek met het Vaticaan nooit slechter waren geweest. Spr. stelt daarom voor den post van Fransch ambassadeur bij het Vaticaan af te schaffen. Delcassé antwoordt dat mets in de betrekkingen met den Heiligen Stoel dien maatregel zou rechtvaardigen. Hij dacht er niet aan. De Senaat vèrwerpt het voorstel van Clemenceau met 182 tegen 82 stemmen. Een duizendtal studenten is te Boedapest aan het academiegebouw bijeengekomen ter gelegenheid van den sterfdag van (..odewijk atotsutii. Zij plaatsten boven op het gebouw een omfloerste Hongaarsche vlag. Vervolgens defileerden zij langs het Nationaal Casino, den Nationalen Schouwburg en andere gebouwen, waar geen vlaggen uithingen en hielden daar luidruchtige betoogingen, die de politie noodzaakten tusschen beide te komen. De studenten dwongen vervolgens de professoren hun colleges te schorsen. Daarop trokken zij naar de Polytechnische School waar eveneens een omfloerste vlag werd geheschen ter eere van Kossuth en toen keerden ze terug naar de academie. Tot besluit hunner huldiging van de nagedachtenis van den Hongaarscheu vrijheidsheld wisten zij niets beters Ie doen dan met steenen te gaan gooien, waardoor verscheiden politieagenten gekwetst werden. Zoodra een aantal Kamerleden van de Kossuthpartij vernamen wat er gaande was aan de universiteit snelden zij daarheen en vermaanden zij de studenten rustig uiteen te gaan «omdat ze hun doel bereikt hadden.” De studenten gaven aan dien wenseh gehoor, maar vereenigden zich ’s middags weer om naar Kossuth’s graf te gaan. Vijf der heethoofden zijn in ai rest genomen. En de arme Frans Jozef, die op verlangen zijner «trouwe Hongaren” nu meer te Boedapest vertoeft dan vroeger en zulke «huldigingen” ter eere van den overleden aartsvijand der Habsburgers moet bij wonen!
Bij de betoogingen van de studenten bij gelegenheid van den sterfdag van Kossuth, zijn er zeer hevige botsingen met de politie voorgevallen. Twee studenten die bij de opstootjes gewond waren, zijn vandaag aan hun wonden bezweken. De studenten gaan nu naar de Kamer om te protesteeren. Alle rebellén die nog in de Kaapkolonie gevangen zitten, worden vrijgelaten. De gouverneur heeft er in toegestemd onverwijld alle staatkundige gevangenen in vrijheid te stellen. Er zijn maatregelen getroffen om ze naar hun woonplaatsen terug te zenden. Een aantal zijn al losgelaten, tegen het einde der week zullen allen vrij zijn. Jn de amnestie zijn ook gekleurde politieke gevangenen begrepen, die bij verschillende opstanden betrokken zijn geweest. President Castro heeft na voorlezing der presidentiëele boodschap zijn ontslag ingediend. In de nachtzitting van het Congres werd eenstemmig besloten .de ontslagaanvrage van president Castro niet aan te nemen. Zondag weid dit besluit den president medegedeeld. In zijn Zaterdag aan het congres medegedeelde boodschap zegt president Castro, zijn aftreden aankondigend, dat toen hij weigerde zich te onderwerpen aan de afpersingen van Engeland en Duitschland, er in vereeniging met de opstandelingen krachtige pogingen zijn aangewend om hem, ten val te brengen. Nu de souvereiniteit van de natie niet langer bedreigd woidt, heeft Castro besloten af te treden. Zijn geweten verwijt hem niets, zijn eenige wenseh is, Venezuela welvarend te zien. Castro echter heeft geantwoord, dat hij bij zijn besluit wenscht te blijven. President Roosevelt heeft verklaard zijne benoeming van Dr. Crum (een neger) tot ontvanger der havenrechten te Charleston te handhaven. Hij blijft dus in functie in afwachting van wat in de volgende zitting der Wetgevende Vergadering te zijnen opzichte zal worden be sloten.
Er is een vredelievende schikking tot stand gekomen te Montevideo. De stand der partijen is vrijwel dezelfde als voor het uitbreken van de onlusten. Er heerscht algemeene vreugde. Een Havas-bericht uit Montevideo zegt dat Uruguay een diplomatiek vertoog gericht heeft tot Brazilië, wegens den inval in Uruguay, door benden uit Rio Grande, die met de opstandelingen heulden.
"Algemeen Overzicht.". "Bredasche courant". Breda, 1903/03/25 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000322043:mpeg21:p00001
aan ae r-oiyiecnmscne scnoien in x rankrijk moet zulk een mate van africhting en overlading heersehen, dat één op de dertien leerlingen krankzinnig wordt. «Passer au treizième” is onder de studenten dezer inrichtingen een uitdrukking voor «zijn verstand verliezen”. La Gazette médicale de Paris meent, dat alleen de assistenten der ziekenhuizen en de candidaten voor het professoraat, die allen geheele reeksen van vergelijkende examens moeten afleggen, zich een begrip kunnen vormen van den zielstoestand der polytechnici. Trouwens, ook van de assistenten worden er nagenoeg evenveel krankzinnig als van de polytechnici. Het te Berlijn verboden stuk «Maria von Magdala” van Paul Heyse blijft Duitschland en Oostenrijk bezighouden. In Oostenrijk is het niet verboden, maar een te Presburg aangekondigde voorstelling heeft toch niet plaatsgehad, omdat leden der clerrcaie partij den directeur 400 kronen hadden geboden, indien het stuk niet werd gegeven. Te Olöenburg daarentegen wordt het op verzoek van den groothertog juist op Palmzondag gegeven! Betsy Perk te Arnhem viert 26 dezer haar 70n verjaardag. Zij is de stichtster van Arbeid Adelt en op het gebied der vrouwenbeweging is zij lang voorgegaan Op haar jaardag wacht haar een hulde van vele Nederlandsche vrouwen. De 'Huisvrouw bevat een uitvoerig artikel over haar, met levensbeschrijving en portret.
Volgens de Tribuna hebben- twee Italiaansche ingenieurs, Turchi en Brune geheeten , een uitvinding gedaan, die het mogelijk maakt tegelijkertijd langs eenzelfden draad te telegrafeeren en te telefoneeren. De Italiaansche minister van posterijen stelt groot belang in deze uitvinding. De natuurkundige Ruhmer heeft een stelsel voor draadlooze telegraphieuitgedacht, waarmede in tegenwoordigheid van vele vertegenwoordigers, van het departement van marine bij Berlijn proeven zijn genomen. Het nieuwe stelsel maakt het, naar men verzekert, onmogelijk dat derden de gewisselde telegrammen opvangen. Dit opvangen geschiedt door middel van parabolische spiegels; alleen de stations die in de straalrichting van de spiegels zijn gelegen, kunnen de seinen opvangen. De proeven moeten goed gelukt zijn. De Commissie tot wetenschappelijk onderzoek van Suriname heeft van den heer A. J. van Stoekum, leider der Saramacca-expeditie, een telegram ontvangen, luidende: »Hendrik~top bestegen ; prachtig uitzicht voor metingen.” Hoe streng Mevrouw Wagner waakt voor haar uitsluitend recht tot opvoeren van Richard Wagner’s opera »Persifal”, daarvan heeft men ook hier nog onlangs de bewijzen gezien, bij de concertuitvoering van dat werk te Amsterdam. Maar nu heeft de nieuwe directeur der «Métropolitan-Opera”, te New-York, de heer Conried, de kunstwereld in beroering gebracht, door aan te kondigen, dat hij in ’t aanstaand seizoen te New-York Wagner’s «Parsifal” zal opvoeren, wat Mevrouw Wagner ook daartegen moge zeggen of doen. Hij beweert, op grond van het advies van voorname rechtsgeleerden, dat de rechten, waarop Mevr. Wagner zich beroept, niet geldig zijn in Amerika. Hij is niet bang voor een proces en hij wil in ’t volgend jaar, bij de tentoonstelling van St.-Louis, het beroemde werk van Wagner opvoeren voor Europeanen, die niet naar Bayreuth konden gaan.
"Wetenschappen en Kunst.". "Bredasche courant". Breda, 1903/03/25 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000322043:mpeg21:p00001
DOOR CORNÉLIE NOORD WAL. 37. «Gunst, maak je maar niet zoo druk, ik dacht er niet zoo gauw aan,” zei Jet, bedaard een slijk— randje aan heur japon bekijkend, zoodat het geheele gezelschap tot staan kwam in die drukke straat. «Neen, je bent altijd zóó van je eigen vervuld.” »Ock, Dóra, Dóra!” vermaande Juste zacht, «ze vraagt het immers nu Ik zal veelmaal de complimenten voor je doen, is het goed, Jet?” besloot ze vriéndelijk. Want tusscheubeide had zij medelijden met Jet, die toch niet kon helpen dat ze zoo’n bekrompen verstand bad. «Och, was er maar meer goedheid en verdraagzaamheid,” dacht Juste, «hoeveel botsingen zouden er worden voorkomen; wat voor genoegen kan er toch bestaan in hatelijkheid? Maar hoe moeilijk is het om niet driftig te worden als papa en Gerard zoo onrechtvaardig zijn en kan papa dan verlangen, dat ik op alles wat hij zegt, maar als een automaat ja en amen knik, wanneer ik héél anders denk?’ want Justes gedachten dwaalden onwillekeurig af naar iets dat haar het naast aan ’t hart lag. «Gaan jullie mee, even in dien garen-en-bandwinkel?” vroeg Jet met uitnoodigend gebaar. Soms ging Alex uit goedhartigheid wel met haar mee om de beuzeiachtigste aankoopjes te doen en nu wilde ze, dat Charles ook meeging om klosjes garen uit te zoeken. Maar Charles, die aan zulke dingen gruwelijk het land had en al zijn bekomst had gehad door het strijkgoed, en toch veel liever Shakespeare las dan Jets gelaatsuitdrukkingen, bedankte voor de klosjes garen, terwijl zijn mond zich verdacht plooide Jet drong vreeselijk aan, want ze wilde altijd dat iedereen baar zin deed, maar Charles sprak van «bergen werk en gauw naar buis” en vluchtte met een haastig afscheid: «Adieu dames, veel genoegen. Treesje, gaat zeker mee?” «Ja, wij zullen haar thuisbrengen!” zei Juste en Dora gaf Trees een kus, want op die kón ze niet kwaad zijn, Trees was een harer weinige uitverkorenen. «Man kan des Guten zu viel haben,” dacht Charles zich voortspoedend.
ELFDE HOOFDSTUK. Annie’s lieftalligheid. En inmiddels was de heer Gerard de Schenk onuitsprekelijk geërgerd over het gebrek aan liefheid in mejuffrouw Thérèse Margaretha Lande. Wat was dat nu voor een aanstellerij en zotheid; dat: hém-ontwijken, dat schuw-angstig-tot-hem-opzien als hij haar aansprak, om dan te kleuren als een papaver. «Moe, laat ik maar geen lessen meer nemen van meneer boven!” zei Trees op een dag nadenkend. Ik wil het liever niet,” «Nu hartje, mij wél, Bevalt ’tje niet langer?” «Neen moe, och!” zij trok haar mondje samen en schudde het hoofd en wendde het gezichtje van moe’s onderzoekenden blik af. «Ik vind het ook beter van niet!” kwam grootma tusschenbeide. Ik zal het meneer wel zeggen, Trees.” Grootma was nooit zoo voor die lessen geweest. «O, als ’t u blieft, grootma!” Zij keek naar de oude vrouw met zooveel dankbaarheid , dat deze haar verwonderd aanstaarde. «Wat! Trees die van blijdschap gedanst had als zij meneer boven iels mocht brengen, veranderde van dag tot dag zoo? Wat had liet kind nu? Zij keek naar het voorovergebogen blonde kopje, Trees] zat ijverig ie haken en Deuriede een liedje waar Nol altijd de trappen mee opkwam: Du lieber Mond, du lieber Stern , du bist so nah etc.: «Ze is op den leeftijd om grillen te hebben!” dacht de oude mevrouw, «ze zegt niets en wij zullen niets vragen: als ze iets heeft wat baar hindert, is ze een veel te openhartig kind om het te verzwijgen Van den zomer moet ze maar weer eens naar Sckeveningen.” «Ik begrijp niet boe je er ooit lust in had zooveel te leeren, Trees!” verklaarde haar broertje toen hij, uit de school komende, haar besluit vernam, o Ben je niet blij dat je het nu niet meer hoeft te doen? Bah die nare thema’s en grammaires!” «’t Gaat nogal!” zei Trees, denkend aan de heerlijke uurtjes, die zij moest missen. Maar Bartha had haar later nog eens goed op het hart gedrukt dat het ongepast was lessen te nemen van meneer boven; en iets doen dat ongepast was Trees kleurde er van . . . dat zou ze nóóit. «Ik zou ook wel graag minder leeren, hernam Gusje, met weerzin de boeken uit zijn tasoh nemend. «O, voor jou is ’t wel gezond!” zei Tiue lachend. «Jij bikt voor zes en leert voor een halven, Pas op
hoor, ventje!” Zij streek hem over het korle haar. Hij was een stevig, klein kereltje met roode, bolle wangen, een paar flinke knuistjes en een gezonden eetlust; al te gezond volgens grootma, die angstig toezag met haar matige behoeften van eene oude vrouw! als Gusje om twaalf uur vijf boterhammen met kaas en roggebrood naar binnen speelde; en ’s middags een bord groenten en vleesch met aardappelen, waar hij geheel achter verborgen was, maar zich manmoedig doorheen werkte Gerard noemde hem: «Henk junior.” Het poëtische van Gusje’s uiterlijk was geheel weg; hij was nu ook al groot, al negen en dronk koffie, en snoefde op de knikkers die hij de jongens had afgewonnen en bewoog zich al in een eigen wereldje vol miniatuur eerzuchtjes en wrokjes en vriendsekapjes. Hij sprak nu minachtend over het lange haar dat hij vroeger gedragen: «Moe, ajakkes, ik zag er toch niet uit als een meisje ?” De verontwaardiging van Gerard, toen zijn lessen zoo eensklaps werden afgezegd, kende geen palen. Hij sprak er zelfs tot Annie over. Dat deftige, stijve schoolmaïtres-air van die grootmoeder die hém durfde afdauken! .... Den geheelen weg, dien bij met Anuie aflegde, zijn arm gestoken door de hare, hun hoofden vertrouwelijk bij elkaar, met de pretentieuse onafhankelijkheid van een geëngageerd paar, dat niets om de buitenwereld geeft, en waarvan de dame noode even groet aan en de heer noode den hoed afneemt voor kennissen, die zoo vervelend zijn hen juist tegen te kómen — dien geheelen weg, moest Annie hooren over die Lande’s. Eindelijk waren zij thuis, Annie natuurlijk met een cadeautje in de hand. Zij gingen in het salon, waar niemand was, «Ik begrijp je ni t . . zei ze bits, zich iu een stoel werpend, «waarom blijf je toch bij die menseken? Als je mij een groot pleizier wilt doen blijf je er niet . . . Dan ging je er dadelijk weg.” «Och . . . .” bij had weer spijt, dat hij iets gezegd had, maar het verdroot hem ook zoo van die Lande’s .... «och! oude gehechtheid . , . neen, dat doe ik nu waarlijk liever niet. Waarom zou ik er weggaan? Er is hoegenaamd geen réden . . . .” hij woud zich op . . . «hoegenaamd niet, Annie. De menschen zouden opkijken als gek ... en Trees . . hij trommelde tegen het raam aan. «O, ja, Tréés, natuurlijk, dat vlashoofd moet er weer bijkomen. Hoe kun je toch zoo idioot zijn zooveel van dat domme burgerkind te houden? Alle jongelui vinden Trees mooi en dwepen met haar,
omdat ze met iets dwepen moeten, al is ’t ook met een bezemsteel ... ’tis een ziekte, precies als mazelen en verkoudheid. De een erft het over van den ander. Dat was eerst die malle Nol met zijn versjes: zij was levende poëzie en de poëzie leefde in haar . . . wat dét mag beduiden is te geleerd voor mij . . .” vinnig aan haar japon plukkend. «O, begin je weer op Nol, wat heeft die nu weer gedaan? Eeuwig ga je aan op mijn vrienden, ééuwig en erfelijk.” «Dat is omdat de vrienden er naar zijn.” «Er bestaat geen beter kerel op den heelen aardbodem dan Nol en ik geef dertig andere lui cadeau voor hem, aan wien ze maar hebben wil.” «Behoor ik soms ook tot die lui?” smalend, en het cadeautje met een pruilmondje en een smak op een tafeltje gooiend. Hij zei niets, en bleef tegen het venster tikken; iets, dat haar zeer irriteerde. Woedend keek ze naar hem. Kibbelarijen waren in dit engagement aan de orde van den dag, maar hébben wilden zij elkaar. Wacht, zij zou hem eens tergen: «Zoo’n naar lomp model, die Trees, wat een taille!” «Kom, kom Annie je overdrijft . . .neen, je bent bepaald héél onrechtvaardig. Ze heeft een allerliefst figuurtje, en ze is een allerliefst kind. Je kunt van haar nog geen taille verwachten als van een volwassen dame zooals jij, toch nog met bewonderden blik. «Vergelijk je mij, Annie richtte zich hoog op, in haar nauwsluitend groen fluweelen costuum, «bij dat kind? Je zorgt zeker voor haar oorsetten . . .hoeveel hééft ze . . . taille acht en zeventig of zoo iets? Ze is een lomp, onbeschoft, verwaand nest, een kind om op te schieten. Bij jullie lijken ze wel niet wijs om zooveel werk van haar te maken ... Ze dringt zich bij jou in, ze is een intrigant Wel! . . . Gerard had bijna gevloekt, zoo kwaad werd bij op zijn ideaal. Kleine Trees, lieve, kleine, onschuldige, zachte Trees, wier gewillige voetjes voor hem vlogen, wier rappe handjes zoo menigen steek voor hem gedaan hadden, te hooren betitelen als lomp, onbeschoft, en intrigant was méér, véél méér dan kon hij verdragen. (Wordt vervolgd)
"KLEINE TREES". "Bredasche courant". Breda, 1903/03/25 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000322043:mpeg21:p00001