1 Veranderingen in d advertentiën ppHpvp a
men steeds op den dag der uitgave vóór 9 uur in te zenden, daar anders niet voor de uitvoering der verandering kan worden ingestaan. DE UITGEVERS.
1 Veranderingen in d advertentiën ppHpvp a
men steeds op den dag der uitgave vóór 9 uur in te zenden, daar anders niet voor de uitvoering der verandering kan worden ingestaan. DE UITGEVERS.
EERSTE BLAD.
Met de soberheid, die de Japanscbe aan voerders steeds in hun berichten kenmerkt hebben zij ook nu weer hun mededeelingen voor de pers bewaard, totdat er resultaten te melden vielen. En welke resultaten? Indien der waarheid niet te kort is gedaan, dan kan de tijding, dat de Talienpas, die voert van het dal van de Taitseho naar Moekden, in handen der Japanners is, een catastrophein het Mantsjoerijsche leger tengevolge hebben, ook zonder dat de Japansche legers verder oprukken tegen de sterke stellingen van Haitcheng en Liaojang. Want generaal Koeroki zal waarschijnlijk door het versterken van zijn stelling in het dal van de Taitseho, voldoende troepen vrijmaken om te kunnen beginnen aan het in bezit nemen van den Mantsjoerijschen spoorweg tusschen Liaojang en Moekden. Indien dan generaal Koeropatkin er niet in slaagt op een of ander punt dat van groot mjgskundig belang is, door de ongetwijfeld iterke stellingen van de Japanners heen te ireken, om hun daarna een beslissende nederlaag oe te brengen, die de Russen in staat stelt len spoorweg weder te bezetten, dan is het len moeilijk op te lossen vraagstuk, hoe het iussisch-Mantsjoerijsche leger den hongerdood of Ie kapitulatie zal ontloopen.
net japaDscue ïegeroesiuur zal wel rekening gehouden hebben met de versterkingen die de Russen uit Moekden zouden kunnen krijgen. Met mogelijke versterkingen uit Kharbin behoeven 1 de Japanners _ geen rekening te houden. Het aantal mannetjes toch, dat met het enkele spoor van de lijn Kharbia Moekden kan aangevoerd worden, is te gering in verband met den spoed waarmede dit vervoer zou moeten geschieden ’ dan dat dit gewicht in de schaal zou legden ■ Bovendien zal binnenkort een deel van den I spooi weg onbruikbaar zijn door de weer voor de deur staande regens, die het lage land in een meer herscheppen. Terwijl de Russen dag aan dag verder terucgeslagen worden, tracht de regeering te Petersburg er den moed in te houden door weglatingen uit Koeropatkins telegrammen en door berichten als het volgende: »Een telegram uit Liau-jang meldt, dat op ly Juh een tl-oep onder bevel van Ilerschelmann een Japansch korps heeft aangevallen en genoodzaakt terug te gaan, met verlies van 200 dooden en gewonden. Generaal Koeroki is ziek en moet op een draagbaar vervoerd worden”. Vooral die ziekte van generaal Koeroki komt telkens weer te voorschijn .. ,. na iedere overwinning die hij behaalt. Hij dicteert tenslotte nog van zijn ziekbed de voorwaarden van overgaaf I De Russen zijn een zenuwachtig ras en daarom was het te voorzien, dat de vermoeienissen en [ ontberingen van den veldtocht vele geestelijke . storingen verwekken zouden. Dit is dan ook , het geval. Een trein met krankzinnigen kwam < te Moscou aan. Dat hun toestand door de reis 1 van 8000 K.M. niet vooruitging, spreekt van c zelf, maar er is mets aan te doen, wantin heel , biberie bestaan geen hospitalen voor dit soort «. lijders. 5 Er is van Conger . den Amerikaanschen gezant r te Peking, een telegram ontvangen, met het * bericht dat de Russen Nioe-tsjwang ontruimd , hebben. z L
Volgens Belgische bladen zou er sprake van ajn, dat Koningin Wiilielmina het volgend
jaar een bezoek zou brengen aan België, door de stad Gent uitgenoodigd tot bijwonen van de inwijding der havenwerken aldaar. Een Belgisch diplomaat verklaarde echter I aan een vertegenwoordiger van le Patriote, dat in Regeeringskringen niets daaromtrent bekend is. En ge begrijpt, voegde hij er bij, dat ineen zaak van zooveel gewicht onze diplomatie de onderhandehngen zou leiden en het uitnoodigen van een gekroond hoofd niet aan een Gemeentebestuur zou overlaten. Honing Leopold is thans ook in oneeni»heid met zijn dochter Clementine geraakt. Volgens de Fransche bladen wil de prinses zich met prins Victor Bonaparte verloven, doch Z. M. wenscht dit engagement niet toe te laten. Hij gelastte de prinses dezen zomer te Laeken te verblijven. De prinses moet van plan zijn langs gerechtthjken weg de toestemming van haar vader af te dwingen, want hoewel meerderjarig, kan zij volgens de Belgische wet niet zonder die 1 toestemming aan de wenschen van haar hart gevolg geven. , i Gabriel Lemeunier, die pastoor was in het \ bisdom Veisailles, heeft zijn geestelijk beroep , vaarwel gezegd en de Katholieke Kerk , verlaten. In de Réveil zet hij uiteen wat hem r tot deze daad heeft gebracht. Christus heeft v slechts gesproken van goedheid, schrijft hij, de i, Keik spreekt slechts van gezag: en daarom h sterft zij. In plaats van de menschen tot elkaar te brengen, brengt zij tweedracht onder de men- ri schen. In plaats van het Evangeliewoord : hebt t, alkander lief, legt zij de menschheid haar dog- .. ma s voor met de bijvoeging: als gij weigert u a :e bukken onder een van deze artikelen, dan 7;‘ :yt gij een verrader, een afvallige, een ketter, ai ioe goed gij overigens uw heele leven rnoo^t ujn. ° a' De Kerk doet zich voor als de ware tolk van ki Ie gedachten van Christus; om een waar Chris- M en te zijn moet men dus de Kerk verlaten, be neent Gabriel Lemen nipr
De ex-pnester houdt staande, dat als de Katholieke Kerk voortgaat de menschheid leerstellingen op te dringen, waarbij de twijfel als een fout wordt aangemerkt, wanneer de Kerk haar dienaren tot blinde gehoorzaamheid blijft dwingen en eisclit dat de priesters al wat niet denkt als de Kerk, zullen minachten, dat de Kerk dan tusschen haar zelf en de wereld een afgrond grhaft, die slechts zal worden gedempt door de ineenstorting van haar eeuwenoude opvattingen. »Uw tegenstanders behoeven u niet meer te bestrijden om u te vernietigen, zij behoeven u slechts uw gang te laten gaan, uw eigen verderf laadt gij op uwe schouders”. Aldus het afscheidswoord van Lemeunier tot de Katholieke Kerk. De Matin is eenige documenten inzake het bisschoppen-incident machtig geworden o a een brief van kardinaal Serafino Vannutelli, van 17 Mei 1.1. aan den bisscliop van Iji.vhI, waarin de prelaat verzocht wordt binnen een maand bij de H. Congregatie der Inquisitie zijn ontslag in te dienen. Mgr. Geay schreef aan den 1 aus, waarin hij Z. II. zijn beste wenschen bij gelegenheid van het feest van St. Pieter overoracht en tegelijk de verzekering gaf van zijn gehechtheid als trouw zoon der Kerk. Daarop mtving hij een schrijven van kardinaal Merry lel Val, d. d. 12 Juli, waarin hij andermaal geommeerd werd naar Rome te komen, nu bmien 14 dagen, om zich voor den H. Stoel te erantwoorden van de tegen hem ingebrachte leschuldigingen. Wanneer hij niet kwam, zou tj ipso fado beschouwd worden als te zijn verallen van alle bisschoppelijk gezag en van alle ïocesaaansche jurisdictie. Mgr. Geay besloot toen 3 vertrekken, maar te Parijs komende, liet hij ich verleiden om even op de Place Beauvan an te loopen. De minister zond hem direct naar jn diocesse terug, verklarende dat hij zich van aar niet mocht verwijderen vóór de Staat van 3 Kerk de gevraagde ophelderingen benevens i noodige voldoening had gekregen. De bisschop eerde naar huis terug, na eerst aan kardinaal erry del Val een aangeteekenden brief te hebm gezonden, waarin hij zijn vergeefsche pong meedeelt en tevens 30,000 francs zendt voor
de Pieterspenning. De kardinaal liet zich daardoor niet vangen, maar schreef andermaal aan mgr. Geay, hem verwittigende dat als hij niet uiterlijk op Woensdag 20 dezer zijn opwachting te Rome had gemaakt, hij zonder nader bericht en wegens het feit alleen van zijn afwezigheid, van alle bisschoppelijk gezag vervallen zou worden beschouwd. De kardinaal raadde hem bovendien aan, met aandacht de apostolische bul licae sedis te lezen. Hij zou daarin vinden de straf en de omstandigheden waaronder geestelijken van de H. Moederkerk die oploopen, wanneer zij meer aan den wereldlijken arm, dan aan de uitspraken der Kerk gehoor geven. De bisschop las de bul nog eens over en vond daarin dat hij in den ban zou worden gedaan, omdat hij zijn plicht, voortvloeiend uit het Concordaat, met nauwgezetheid had vervuld. In de bij zijn bezoek aan Carcassonne gehouden rede, heeft Combea een overzicht gegeven van den staat der binnen- en buitenlandsche politiek. Waar — zoo zeide hij — de binnenlandsche staatkunde elk onpartijdig oordeel tart, is de buitenlandsche een voorwerp van bewondering voor geheel de wéreld. Wij droomen noch van oorlogsavonturen noch van koloniale veroveringen. Maar nooit zijn de eerlijkheid en de oprechtheid onzer diplomatie luider erkend. Raadgevingen, in het belang van den vrede der wereld verstrekt, werden nooit met meer eerbied aangehoord. Wij hebben de eerste scheidsgerechts-overeenkomsten geteekend, wy deden met Engeland de oorzaken voor een conflict met Rusland: onzen bondgenoot, verdwijnen, waarover Engeland zich verheugt. De spreker bracht de reizen in herinnering van Koning Eduard naar Parijs en van president Loubet naar Rome. De natiën, evenals de diplomatie, beschouwen de nieuwe overeenkomsten als daadwerkelijke middelen tot verkrijging van den algemeenen vrede, want, in weerwil der krijgsgeruchten die uit de verte weerklinken, blijft het behoud van den vrede onze eerste behoefte en ons vast voornemen. Uit Genua komt het bericht, dat Wessel, eertijds luitenant in Duitschen dienst, aan de Duitsche regeering is uitgeleverd. Wessel is, zooals men weet, in het laatste jaar veel genoemd in verband met de Zaak-Oreyfua. De Duitsche regeering heeft haar verzoek om uitlevering ingewilligd gekregen onder de uitdrukkelijke voorwaarde, dat Wessel slechts vervolgd zal worden wegens vergrijpen op het gebied van het gemeene recht. Niet als verrader, maar als oplichter heeft Italië hem uitgeleverd Te Genua had hij 15 maanden gevangen gezeten In het Honiagabergiiclie proces is gisterenmiddag vonnis geveld. Alle beklaagden zijn vrijgesproken op het punt van beleediging van den Tsaar en hoogverraad tegen Rusland. Daarentegen zijn wegens het invoeren van in Duitschland verboden geschriften veroordeeld zes beklaagden, die van twee tot drie maanden gevangenis kregen; drie beklaagden zijn geheel vrijgesproken. Onder deze laatste bevindt zich de beheerder van een Koningsbergsch ziekenfonds, Braun, die maandenlang in voorarrest geweest is. De agent van de Berlijnsche Vorwarts kreeg drie maanden. Natuurlijk gaan alle veroordeelden bij het Rijksgerechtshof in hooger beroep, want ook de veroordeeling wegens het invoeren van geschriften schijnt onhoudbaar, daar zij het binnensmokkelen van geschriften wel geheim hielden voor Russische spionnen, maar er tegenover de Duitsche overheid zoo weinig een geheim van maakten, dat zij bijvoorbeeld op briefkaarten met hun naam voluit erover correspondeerden.
De internationale nalacca naclitmerrie schijnt voorbij. In een bijzonderen ministerraad, door grootvorst Alexis en graaf Lamsdorff bijgewoond, werd erkend, dat de positie der Vrijwillige Vloot niet voldoende geregeld en het daarom raadzaam is, wil men de vriendschappelijke betrekkingen met de mogendheden niet verliezen, aan de politieverrichtingen van die schepen een einde te maken. Tengevolge van dit besluit zullen de prijsgemaakte schepen onverwijld vrij gelaten worden en de commandanten van de Petersburg en SmolensTc gelast worden uit de Roode Zee terug te keeren. Men wil de schepen bij de Baltische vloot voegen. Ja de toestand is zoo verbeterd, dat Lamsdorff en de Engelsche gezant te Peterburg een szeer hartelijk” onderhoud met elkaar hadden. Dat er toch nog schepen opgebracht zijn, kpmt eenvoudig voort uit het feit dat de commandanten der Petersburg en Smolensk het besluit van den ministerraad nog niet kenden. Nauwelijks is de kwestie met de Prinz Heinrich en de Scandia bevredigend opgelost, of er doet zich een nog veel dwazer geval voor: het Duitsche stoomschip Lisboa, aan een Oldenburgsche reederij behoorende, dat anders op Portugal vaart, is bij het eiland Hogland in de Finsche Golf door een Russisch oorlogsschip aangehouden, doorzocht, en na een uur oponthoud vrijgelaten. De Lisboa was van Abo naar Viborg op weg, dus tusschen twee Finsche havens! Aangezien zij daar moeilijk oorlogscontrabande voor Japan aan boord kon hebben, vermoedt men dat de aanhouding in verband stond met een onderzoek naar Finsche vluchtelingen of althans iets met den toestand in Finland te maken had. Ook in dit geval is wel een ambtehjk, hoewel meer vertrouwelijk protest van Duitschland te Petersburg te verwachten, daar dergelijke vrijheden van de Russische politie toch niet verontschuldigd kunnen worden met een beroep op den oorlogstoestand in Oost-Azië.
De Berlijnsche souteneur Berger, de verdachte van den moord op de kleine X.nsle llerlin, wordt ook beschuldigd, vroeger te Breslau een g misdrijf gepleegd te hebben. De Breslausche < justitie heeft daarom ook een aanklacht tegen ] hem ingediend. ; ( De beruchte mafTia-lioofiiman Palizzolo, < die door zijn trawanten notaris Cartolo en den 1 landeigenaar Miceli di Palermo uit den weg 1 liet ruimen, is tot groote verbazing en ergernis ' van Rome en Italië door de jury van Florence ] vrijgesproken. De gezworenen te Bologna hadden met prijzenswaardigen moed den bandiet tot 20 1 jaar gevangenis veroordeeld. In dat vonnis was 1 echter een vorm-fout geslopen en derhalve * kwam de zaak in Florence opnieuw voor. i Bij het voorlezen van het vonnis brak het 1 publiek in hoera’s voor de gezworenen uit. ’ Groote jubel-feesten worden ook in Palermo verwacht, waar de aanhangers van Palizzolo een stoomboot huurden om hun afgod naar 1 Napels tegemoet te varen. In fatsoenlijke kringen heerscht echter een ! zeer pijnlijke verbazing. Als voorbeelden van den feilen blanken- j haat der Herrero’s in Duitsch Afrika deelt de } Deutsch Sudwestafri/canische Zeitung mede, dat ] die Kaffers alle halfblanke kinderen in hun mid- , den hebben gedood, en dat ook een blank man die vele jaren onder hen had gewoond en geheel en al sverkafïerd” was, door de zwarten, die j hem vroeger geheel als een der hunnen behandelden, is afgemaakt.
oruuinUMAiN DOOR W. MEIJER—FöRSTER. 28. Ik heb u iets belangrijks mee te deelen maar z u niet lang ophouden.” “Gaat u mee naar boven ? Naar de speelzaal. Charl >3 er en Carlotta en die kerel, die Kalm en Heinrii Dnhring en nog anderen.” “Neen.” . “Waarom niet? Voor het eerst sinds millioene laren heb ik een goeden dag. Allons !” fNeen.*’ In korte, zakelijke termen zette hij den prins zij Plan uiteen. Daarna trad hij op hem toe. Er wa een tijd geweest dat hij van den prins had gehouder «neger, toen deze als jongmensch naar Berlijn kwam te hadden samen gejaagd, gespeeld, gereisd, ze bad oen Samen paarden gekocbt en voor gemeenschappe"Jke rekening op de renbaan laten loopen. Ze warer wel met precies vrienden geweest, maar de prins hai steeds het gezelschap van Brandes boven dat van zijr «lenden verkozen. Dat alles trok Brandes vliegens ‘og voorbij zijn ge*st en met bewogen stem zeide hij • “haten wij aan dat alles een einde maken, prins u, e“kel ,lk maar °ok o- Als u nu tracht nw zaken regelen dan gaat dat wellicht nog.” he prins was bleek geworden. nu‘,uJiad ,U™ 7dep moeten zeseetl> Brandes, slecht} Ï- ® te T?t-, 0ver‘gens> uzelf zou er bet die “U Taren- Ik ben u enorme sommen schuldig neer l,allee“ dan zou kunnen betalen, wanis dat ef U>, We,rkel«k eeus diende' Misschien aa heden het geval, wie weet. En dus, ga mede.” brandes hield hem tegen. regelen !i‘ " Wa* Zegge“ ’ Prjns- ü kunt nw zaken laat T V m‘JU “huldvordermgen buiten rekening trachten dCn, l0°P Va“ jaren en iaren kunt u dan u ik “almil ,htet Zf teruS t«» geven en ik beloof J 'dat ? hten' Lang en gduldig wachten. Wilt üe^hartelijk! ’ ^ Pri“S ?att6 ^ Land ea dr“kte
bent de eenige mensch die het goed met mij meent, bij God, de eenige. Ja, ik beloof het, ik zal uw raad volgen. Ik zal verlof aanvragen en een laar ot zoo naar Rusland gaan. Mogelijk komt alles mg m orde. al zou het ook een wonder zijn.” De rustige, koele man was diep ontroerd. »U weet niet wat ik in de laatste maanden geleien heb, ik, een menseh, die ondergaat en nergens eddmg of uitkomst ziet! O, als het eens gedaan PS! ,™e de cBende eu ik tot rust kon komen 1 Tot ust! »Ga mee, prins, wij zullen ergens een glas wijn aan drinken en dat alles bespreken.” »Ja.” De prins liep de trap op om zijn pet en degen s halen en zijn vrienden goeden dag te zeggen, randes trad naar buiten en zeide zijn koetsier naar ais te rijden. Het onweer brak nog altijd niet los, de regen bad eer opgehonden en de koetsiers der vier of vijf equi»ges die voor de club wachtten, waren bezig de ippen der rijtuigen weer neer te slaan. Brandes liep langzaam heen en weer. Door een woel van bevrediging vervuld, verrezen voor zijn i estesoog vriendelijke toekomstbeelden. Hij voelde 31 frisch en krachtig, de heele wereld lag voor ! m. Om te beginnen zou hij op reis gaan met Kath- 1 en en Konrad. Asn i_i_ i
■ chen en Konrad. Aan beiden Rome laten zien en 1 bnekenland en het gewoel der wereld zou slechts uit ■' de verte tot hem doordringen. , Plotseling stond hij stil. Ja, waar bleef de prins ? v Hij gmg in de vestibule en riep den portier v »ls de prins nog boven P” ' j » Ja.” Weer verliet Brandes het gebouw, schreed langzaam op en neer, maar tafreelen van een heldere, vriéndelijke toekomst ontrolden zich niet meer voor ziin d oogen. J d Opnieuw trad hij binnen. k »De prins nog boven ?” t, »ja.” tk; de ^rap ^p °te Stappen’ twee treden tegelijk liep hij ei Den kleinen speelsalon betredend, die naast de di biljartkamer ziek bevond, bleef hij in de deuropening m staan Het was belachelijk! Daar stond de prini te aan de speeltafel, in beide handen bankbiljetten, die pa ij Buks en rechts op de kaarten wierp. Het was te bo om, Werkelijk, het loonde de moeite niet zioh om da zoo iemand te bekommeren. ge
Hij keerde zich om en ging. Op de trap echter Rgde06116 hlJ generaal Le8rand> die beslag op hem sAb, mijn waarde Brandes ! Goed dat ik u ontmoet. Ik was heden met een paar kameraden te Hoppegarten en heb uw «Coriolan” gezien. Wat een paard' Laat je mets wijsmaken, Brandes, en als de menschen beweren dat het paard van dien -- hoe heet de man ook? — van dien Kalm den Derby wint, dan is dat onzm. Zuivere onzin 1 Twintig jaar heb ik remontepaarden gekeurd, ik heb dus wel recht van spreken.” De oude heer liet hem niet los. »Neen, waarde Brandes, wij drinken samen een glas wijn. Ik kom zoo zelden! ge moogt het niet weigeren,” Toen ze aan een hoektafeltje hadden plaats genomen, voegde de hertog von Glogau zich bij hen. Hij was een man die in het politieke leven een veel ?rootere rol speelde dan op de renbaan, maar natuurlijk interesseerde ook hem de groote vraag: »Wie wint den Derby ?” Er werd een whistpartijtje voorgeslagen en Brandes ion evenmin weigeren als baron von Rosse, die door len hertog als vierde man werd uitgenoodigd. Het was middernacht en het whispartijtje werd levolgd door een hazardspel. Brandes moest onwilleeurig glimlachen. Ja, wien de duivel in zijn klauwen eeft, dien laat hij niet los. Zonder eenige belang- i telling zette hij kleine bedragen op, die verloren i rerden en weer terugkwamen. Verscheidene keeren < nlde Lij ophouden evenals de hertog, die reeds lang < ertrokken was, maar de generaal liet hem niet los. i 'e oude won en was zoo blij met zijn winst als i 3n kmd.
ïJNeen , Brandes, bederf nu mijn amusement niet.” En Brandes die half werktuigelijk speelde, beschouwde fe typen om zich heen, als iemand die een reis om Ie wereld gaat maken en mogelijk niet meer terug somt. Met deze heeren had hij twintig jaar lang verleerd. Met deze kraaiende generaal wiens gedachen zich enkel bezighielden met militairen, paarden n kaarten; met den goedhartigen Heinrich von Düiring die zijn wijn dronk en slechte sigaren rookte, ie zulk een verduiveld idioot gezicht had en toch og hoog uitstak boven de meesten zijner stadgenoo- I sn. Ook de andere clubvrienden liet hij de revue ( asseeren. Daar was graaf von Pletz-Mathien die een < oek over fokkerij had geschreven en terwille van i at boek met eerbied aangekeken werd. Kwam het z esprek op paarden dan was hij de zon waarom men
draaide, om wiens licht men smeekte. Deze lange magere man met een gezicht gelijkend op dat der ötuartz zooals van Dyck ze schilderde, en met ziin hoogst eenvoudige kleeding was boven allen twijfel de belangwekkendste persoonlijkheid. Dan waren er vier of vijf jonggezellen op ver gevorderden leeftijd, die dag op dag hier doorbraehten. Zij tyranniseerden den kok en hadden een open oog voor de minste nalatigheid, die door de bedienden werd bedreven. Zij brachten hun eigen sigaren mede en rookten er een onnoemelijk aantal van gedurende de vervelende middagaren. Hoogst zelden schreven ze een brief, maar maak1“ aaamerkingen zoo er op de schrijftafel de minste deimgheid ontbrak. Voor den nieuweling of den gast was de club met njn behaaglijk mgenchte zalen en zijn pracht en zijn , e“ dragers van de aanzienlijkste namen — een chitterende vertooning; die ze echter maanden en aren bezocht , die sloeg de verveling en de bekrom'enheid uit alle hoeken tegen evenals in de burgerocieteiten, bij Krahwinkel en Posemuckel. len gaapte en gaapte en op zekeren dag had men 7an Tde,i °lub' In de TOorname restaurants er den Linden eet men beter voor denzelfden rijs dan in de club en in elk geval is het daar roolijker en interessanter. Alleen ’s avonds als de aarsen op de speeltafels worden aangestoken, kwam : leven en beweging in de zalen van de club. De ortier stond in zijn beste rok aan de deur, dé belenden schreden onhoorbaar over de mollige tapijten i het hebt wierp helle glanzen op de honderden beeldingen van paarden, die in prachtige lijsten de anden versierden J Twintig jaar was de club het middelpunt van ziin
geweest i Brandes schudde het hoofd als bc greep hij zichzelf niet. Zeker, in dezen kring was hij langzaam omhoog gestegen, hier was hij di riike man geworden, de groote sportman, de eigenaar van de beroemdste renpaarden van heel Duitschland Maar was dit de moeite waard? Loonde het om daar twintig van zijn beste jaren voor te geven i> nw^pH?”8’ “ hebt geW0Bnen! Let u da“ niet op De generaal zeide het knorrig, met een nauwelijks bedwongen ergernis. Driemaal was Brandes’ inzet door onoplettendheid blijven staan, driemaal had de generaal moeten verdubbelen en nu moest bij ten vierde maal den inzet betalen, een bedrag dat verre zijn contanten te boven ging. (Wordt vervolgd.)