Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant

De militaire acties op Java en Sumatra zijn beëindigd. Dat daarmede nog geen definitief einde gemaakt is aan de plunderende en moordende gewapende benden, die voorheen het republikeins gebied terroriseerden en de federale gebieden eveneens tot operatieterrein kozen, is duMelijk. Maar opmerkelijk is een artikel in de Londense „Times", afkomstig van de correspóndent te Djokja, die gewaagt van verbazingwekkende vreedzame toestanden. Het artikel is gebaseerd op eigen waarnemingen. Vreemd, om niet te zeggen belachelijk, doet daar tegenover de berichtgeving aan van de clandestiene republikeinse radio, welke waarschijnlijk op wensdromen berusten. We laten hier het rela'as van beide zijden volgen, zodat duidelijk naar voren komt, welk verschil ontstaat wanneer men een situatie beziet door de bril van de objectiviteit en door die van de subjectiviteit.

„Vrede in Djokja" Onder de titel „Vrede te Djokjakarta" schrijft dan de correspondent van de „Times" uit Djokja: Het was te begrijpen, dat Djokja, tot voor kort hoofdstad van de Indonesische republiek, die 20 millioen onderdanen zou hebben, in zeven uur tijd geheel kon worden bezet door de Nederlanders. De Indonesiërs hadden blijkbaar nooit de mogelijkheid van een actie met parachutisten en luchtlandingstroepen overwogen. Het is moeilijker zich een begrip te vormen van de verbazingwekkende vreedzame toestanden, die thans heersen in de stad, waar gedurende drie jaren de bevolking onderworpen was aan hevige, opzwepende, nationalistische propaganda. De brigade, die Djokja bezette, verloor nog niet een dode per dag. Gedurende de nacht komt nog wel enig schieten van sluipschutters voor en verscheidene nachten geleden drong een gewapende bende door tot het stadscentrum. Maar op alle hoofdwegen rijden zonder onderbreking convooien. De Indonesiërs hebben volop de tijd gehad om hun krachten te hergroeperen, doch tot op heden zijn er absoluut geen tekenen van een aanval van guerilla's, waarmede zij in hun propaganda gedreigd hebben. De kwaliteit en de gesteldheid van het republikeinse leger — het leger was het voornaamste struikelblok bij de onderhandelingen tussen de Nederlanders en de regering—Hatta kwamen tot uiting door het feit, dat gedurende de laatste paar dagen 304 officieren zich overgaven. Iedere morgen zonden de Nederlanders een wagen met een luidspreker uit ,die een tocht door de stad en de buitenwijken maakte en gelegenheid bood zich over te

geven. Velen van degenen, die zich overgaven waren stafofficieren. Een groot aantal meldde zich aan met wapens. Onder hen bevonden zich twee generaaismajoor en een kolonel, die voor de oorlog bediende was. Een andere kolonel, die belast was met de Indonesische technische dienst op het vliegveld, was vroeger arbeider op hetzelfde vliegveld en dankte zijn benoeming eerder aan geografische dan aan enige technische hoedanigheden. Enige van deze officieren worden vastgehouden. Het overige deel is in vrijheid gesteld en moet zich tweemaal per week bij de politie melden. Het schijnt, dat zij volkomen genoeg hadden gekregen van de toestanden in het republikeinse leger. SOEKARNO'S LIJFWACHT. Enig licht werd nog verschaft door het gedrag van de persoonlijke lijfwacht van Soekarno, een elitekorps, dat bestaat uit 50 enthousiaste jongelieden uit het leger en de politie. Blijkbaar op bevel van Soekarno boden zij geen weerstand aan de Nederlandse troepen, die hen en de andere republikeinse leiders arresteerden. De leden van de lijfwacht werden gearresteerd en werden aan het werk gezet bij een Nederlands bataljon. Na enige dagen werden zij in vrijheid gesteld. Een Nederlands kapitein gaf hen een adres van de Welfare en zeide hen, zich behoorlijk te gedragen. Zij gingen direct terug naar hetzelfde bataljon om te verzoeken of fcü daar weer tewerkgesteld konden worden Incidenten als deze geven de bezoeker het gevoel, dat, ofschoon vele Indonesiërs de vrijheid wensen, weinigen het waard vinden daarvoor te sterven. Nederlandse commandanten vertrouwen, dat de pacificatie van de nieuwe gebieden niet moeilijk, noch kostbaar of langdurig zal zijn. Zodra zij hun basis veiliggesteld hebben, verspreiden de troepen zich over het land om rovende benden van exsoldaten en bandieten op te vangen. De grootste van deze benden wordt geschat op een aantal van ongeveer 400 man, hetgeen naar de mening van mijn Nederlandse, militaire zegsman „werk voor een peloton" is. De benden zijn geconcentreerd in het berggebied langs de Zuidkust en op de hellingen van vulkanen, doch Java is een zo dicht bevolkt land, dat, zoals in de afgelopen oorlog bleek, het niet geschikt is voor voortgezette guerilla-strijd. De waarheid is, dat de Engelsen een veel hardere taak hebben om 400 communistische bandieten in Malakka op te ruimen dan de Nederlanders bii hun optreden tegen 400.000 bewapende Indonesiers. Er zal wellicht enige reactie op militair gebied door de Indonesiers gevoerd worden, doch alles wijst in de tegenovergestelde richting en ervaren Nederlandse officieren verwachten dit zeker niet. De plaatselijke bevolking schijnt geen bijzondere angst voor de Nederlandse troepen te hebben. doch zijn absoluut bevreesd deze jonge Nederlanders te zien, die met twee of drie tegelijk, soms onbewapend kuieren in de drukke straten, waar nog de oude anti-Nederlandse leuzen aan de muren te ontcijferen zijn, voorts om te middernacht in een jeep te rijden door de straten van de stad, waar zovele redevoeringen, waar in onversaagde tegenstand werd beloofd, zijn gehouden. # DOOR DE REPUBLIKEINSE BRIL En thans het relaas van de clandestiene republikeinse radio, d.d. gisteren. Indonesische guerilla's deaen verscheidene aanvallen tegen de Nederlandse bezettingstroepen op Java. In de nacht van 5 Januari werd uit verscheidene richtingen een aanval gedaan tegen Malang op Oost-Java, met als voornaamste doel militaire barakken, De spoorlijnen in de omtrek van de stad zijn beschadigd, tevens werden Djombang en Kediri aangevallen. In dezelfde nacht ls het geregelde republikeinse leger de steden Djokjakarta en Soerakarta geïnfiltreerd, waar het de Nederlandse stellingen heeft aangevallen. De radio besluit uit deze aanvallen, dat het republikeinse leger thans een tevoren beraamd offensief tegen de Nederlanders op Java heeft ondernomen. Zij legt er de nadruk op, dat de doeleinden over het algemeen afzonderlijke stellingen zijn en verklaart. dat deze aanvallen tegen de voornaamste steden hoofdzakelijk ten doel hebben het gros der Nederlandse strijdkrachten ter plaatse vast te houden. Tijdens deze operaties, zo voegt de republikeinse radio er aan toe. zijn talrijke Nederlanders gedood en is een aanzienlijke hoeveelheid wapens buitgemaakt. Minister Drees vloog niet over India, Pakistan en Birma. Zoals de minister-president dr. W. Drees gisteren bij zijn aankomst op het vliegveld van Batavia meedeelde heeft de K.L.M.-Constellation, waarmee de reis van Amsterdam naar Batavia werd uitgevoerd, tussenlandingen gemaakt te Malta. Siarjah en Bangkok. Ter verduidelijking van dit bericht deelt de KLM mede, dat de Constellation op haar tocht via deze route buiten het grondgebied van de landen India. Pakistan en Birma om neeft gevlogen. l ïf

(Van onze weerkundige medewerker)

< > Gedurende de laatste 48 lLur z ti n de barometers ook over ons land sterk gestegen, dit onder invloed van de ontwikkeling van een lang*; gerekt gebied van hogelucht druk, dat zich llxans uitstrekt van de Azore rt lot Midden Rusland. Om reden dit gebied zich nog ten Zuiden van ons bevindt, wordt over vrijwel geheel \V .-Europa nog warme Oceaanlucht aangevoerd. Uit de laatste berichten blijkt nu echter, dat ook de barometers over l/sland en Groenland sterk beginnen te stijgen. De eerste dagen zal echter het zachte weer met veel bewolking nog aanhouden, maar omstreeks of even na Zondag, is het niet onmogelijk dal de wind meer naar het Noord-Westen of Noor; den gaat ruimen, waardoor het dan aanmerkelijk kouder kan worden. Een nieuwe vorstperiode kan nog steeds niet in het vooruitzicht worden gesteld. In Moskou o.a. is de temperatuur hoger in Januari dan in de laatste t6 jaar het geval is geweest. Om een beeld te geven van het zachte weer in geheel Europa, geven wij hier enkele temperaturen van gisternacht 1 uur. Moskou + t C., Helsinki + t. Stockholm + 2, Kopenhagen — t. Berlijn — 3, Warschau — i, Praag + i. Parijs + 7 C. Zo men ziet heerst dus in geheel Europa zacht weer, waarin nog steeds geen grolt} veranderingen komen.

Weersverwachting, medegedeeld door het K.N.M.I. te De Bilt, geldig van Vrijdagavond tot Zaterdagavond. Iets meer wind. Meest zwaar bewolkt met later in het Noord -Westen van het land plaatselijk enige lichte regen. Aan de kust krachtige, overigens meest matige Zuid-Westelijke wind. Weinig verandering in temperatuur. Zaterdag 8 Januari: Zon op 8.46 — onder 16.47 Maan op 12.21 — onder 1.42

DE „GROT BEER" keerde gistermorgen met enige vertraging door de mist in Amsterdam terug, met repatriërende militairen uit Indonesië. Enkele uren na de aankomst werd met de debarkatie een aanvang gemaakt.

Een functionaris van de V.N. heeft meegedeeld, dat zowel Egypte als Israe) zich bereid hebben verklaard het vuren te staken met ingang van hedsn te 12 uur. Beide partijen hadden de waarnemende bemiddelaar, Dr. Bunche, hiervan in kennis gesteld. Het bestand zal worden gevolgd door onmiddellijke onderhandelingen tussen vertegenwoordigers der beide regeringen, onder voorzitterschap van de V.N., ovei de uitvoering van de wapenstilstandsresoluties van de Veiligheidsraad van 4 en 16 November. Het voorstel om het vuren te staken kwam uit Cairo aldus de functionaris, en werd doorgegeven aan Dr. Bunche te Lake Success, die er de Israelische regering van in kennis stelde. Israël verklaarde zich met het voorstel accoord. Dr. Bunche verklaarde: ..Ik ben ze ar bemoedigd door deze ontwikkeling en hoop oprecht, dat de beoogde besprekingen tot een blijvende vrede in het gebied zullen leiden". Volgens een woordvoerder van het Engelse ministerie van buitenlandse zaken bevinden zich nog Joodse strijdkrachten in EgypteHet Britse ministerie van buitenlandse zaken heeft een gedetailleerde analyse gepubliceerd van de groei van de Israelische luchtmacht. Het ministerie

schat de sterkte van deze luchtmacht op het ogenblik op ten minste 114 vliegtuigen, tegen ongeveer 40 in Juni j.1., toen de Ver. Naties de leverantie van wapens aan beide partijen in Palestina verbood. In het huidige totaal zijn volgens het rapport van het ministerie begrepen 40 jachttoestellen afkomstig uit Tsjechoslowakije. Ook ander oorlogsmateriaal was door dat land geleverd. Waarnemers te Londen zijn van mening, dat de systematische leveranties van oorlogsmateriaal door Tsjechoslowakije slechts kunnen zijn verricht met medeweten en toestemming van de Sovjet-Unie, die nauw bij de Tsjechoslowaakse industrie betrokken is. Een woordvoerder van het Foreign Office verklaarde gisteravond, dat Engeland zich in verband met deze leveranties niet rechtstreeks tot Tsjechoslowakije heeft gewend. Nu het Britse mandaat in Palestina aan de Ver. Naties is overgedragen, acht Engeland dit een zaak voor de V.N.

De diplomatieke medewerker van „Reuter" schrijft, dat men thans in wijde kring te Londen van mening is — ofschoon hiervan nog steeds geen officiële bevestiging kon worden gekregen —, dat Britse troepen zich op weg bevinden om de Transjordaanse haven Akaba. aan de Golf van Akaba gelegen, te verdedigen en dat de zich in Transjordanië bevindende eenheden van de Britse luchtmacht zijn versterkt. 'Men is ook algemeen van mening, dat de Britse troepen in de Kanaalzone van Egypte, nadat Israëlische strijdkrachten in de afgelopen week op Egyptisch grondgebied zijn doorgedrongen, een verscherpte waakzaamheid in acht nemen.

Geheime bespreking te Karlstad. IN DE WEST-EUROPESE HOOFDSTEDEN worden op het ogenblik vele besprekingen ge\rijd aan het Atlantisch Pact. dat de Ver. Staten en Canada in een militair defensief verbond zal verenigen met de vijf landen van West-Europa. De opstelling van dit Atlantisch Pact, waarvan Churchill getuigde, dat het een geweldig evenement is, gaat thans de eindfase tegemoet en de ondertekeningkan binnen afzienbare tijd worden verwacht. Tussen de zeven landen schijnt reeds overeenstemming te zijn bereikt. Inmiddels blijkt dat ook andere landen zijn gepolst over toetreding tot het verdrag, met name Denemarken, Noorwegen, Portugal, Eire en IJsland, landen, die in de gebieden liggen welke door het Atlantisch Pact worden bestreken of waar zich steunpunten en havens bevinden. welke aan de deelnemers uitstekende diensten kunnen bewijzen. Het polsen van deze landen langs diplomatieke weg zou waarschijnlijk, zo wordt vernomen, de eerste tijd nog geen succes opleveren. Naar verwacht kan worden, zullen de komende weken in het teken staan van drukke diplomatieke besprekingen. Inmiddels hebben de Scandinavische ministers van buitenlandse zaken en de ministers van defensie plotseling en in diep geheim te Karlstad een bespreking gehouden, welke, naar men te Londen aanneemt, is verhaast door een Amerikaanse uitnodiging aan enkele of mogelijk alle Scandinavische landen om deel te

nemen aan een conferentie over een Atlantische Unie. Tijdens deze conferentie zou het antwoord vait de Scandinavische landen besproken zijn op een eventuele uitnodiging tot toetreding tot het Atlantisch Pact, terwijl voorts — — en dat is misschien het belangrijkste punt — de verklaring zou zijn besproken, welke de Noorse minister van buitenlandse zaken de vorige week heeft afgelegd, welke de vingerwijzing inhield, dat Noorwegen zich mogelijk tot het Westen zou , richten in verband met zijn veiligheid. De Noren verdedigden hun wens zich bij het Westen aan te sluiten en tegelijkertijd de Scandinavische eenheid als de „goedkoopste" vorm van verdediging te bewaren. Ofschoon het Noordelijke deel van Noorwegen zou moeten worden prijsgegeven als het van het Oosten uit zou worden aangevallen, geloven de Noren, dat het gehele gebied ten zuiden van Narvik stand zou kunnen houden met de hulp van de Westelijke mogendheden. Hierbij wordt verondersteld. dat Zweden zijn Noordelijke gebieden zou kunnen verdedigen. Een vijandelijk leger, dat NoordZweden met ziin betrekkelijk goede verbindingen zal bezetten, zou ten Zuiden van Narvik de grens kunnen overtrekken en Noorwegen in de rug aanvallen. Welingelichte waarnemers te Stockholm verklaren, dat het spoedige officiële nommuniaué betekent, dat de besnrekingen over een gemeenschanneliike Scandinavische defensie zijn doodielooen. omdat Noorwegen en Zweden van mening verschillen over het doel van een eventueel Scandinavisch militair blok.

(Van een speciale correspondent.) De afgelopen dagen werden in Amsterdam besprekingen gehouden van de uitvoerende raad van de wereldorganisatie van federaties op het gebied van bevordering der geestelijke volksgezondheid, een organisatie, die eerst na de oorlog tot stand kwam en waarvan de uitvoerende raad onder voorzitterschap van de Utrechtse hoogleraar prof. D.H.C. Rümke thans voor de eerste maal bijeen was. Gistermiddag waren wij in de gelegenheid tijdens een persconferentie, bijgewoond door het dagelijks bestuur van de organisatie onder voorzitterschap van dr. Rees uit Engeland, en de uitvoerende raad, waarvan vertegenwoordigers van Amerika, Canada, Engeland, Zwitserland, India en Zuid-Amerika aanwezig waren, kennis te nemen van de doelstelling van deze organisatie. In de landelijke federaties, die

tezamen de internationale organisatie vormen, werken verenigingen op het gebied van de geestelijke volksgezondheid in de ruimste zin des woords samen. Het aantal Nederlandse deelnemende organisaties b.v. bedraagt 38. De afgevaardigden naar de internationale organisatie worden door de federaties aangewezen, geheel buiten de overheidsinstanties om, teneinde politieke beïnvloeding van de besprekingen en te voeren acties zo ver mogelijk uit te schakelen. Slechts dan kan verwezenlijkt worden, aldus verzekerde ons prof. Rümke, dat thans serieus de vraag wordt beantwoord in hoeverre zij, die zich tot dusverre bezig hielden met individuële geestelijke gezondheidszorg, mede kunnen bijdragen tot genezing van de geestelijk zieke samenleving, hetzij onderdelen v daarvan, hetzij het geheel. Er moet een zekere wetmatigheid in de ziekteverschijnselen van de gemeenschap te vinden zijn, die nauw verband houdt met de overal ter wereld in zo talrijke mate voorkomende individuële geestelijke afwijkingen of gebreken. Is deze wetmatigheid eenmaal geanalyseerd, dan zullen wellicht neurologen en psychiaters een belangrijke bijdrage kunnen leveren tot verhoging van evenwicht en weivaart onzer samenleving. De thans plaats vindende besprekingen moeten er toe leiden, dat de wegen worden gevonden, waarlangs deze jonge en met grote geestdrift bezielde organisatie haar doeleinden kan verwezenlijken. De besprekingen in Nederland vinden vandaag tot slot een hoogtepunt in een bijeenkomst te Utrecht, waar de deelnemers en de vertegenwoordigers der medewerkende Nederlandse organisaties kennis kunnen nemen van wat op het gebied van geestelijke volksgezondheidszorg in Nederland reeds tot stand is gekomen.

De toekomst ziet er donker uit voor Nederlands „oliemannen". Iedere stad en ieder dorp kent wel zijn eigen petroleumventers met hun kleine wagentjes of driewielers, die de huisvrouw van hun vloeibare brandstof voorzien. Maar in deze na-oorlogse tijd met zijn verhoogde kosten van levensonderhoud brengt de petroleumventer nauwelijks (en soms zelfs niet eens) een weekloon thuis van f 30 tegen ongeveer f 40 voor de oorlog. Het hoofdbestuur van de Nederlandse Bond van Petroleumdetaillisten „Door Eenheid Sterk", heeft gisteren in Amsterdam bii monde van de voorzitter, de heer B. J. de Winter, er op gewezen, dat de grote petroleummaatschappijen, aan wie na de opheffing der petroleum-distributie door de regering de verdeling van het product over ons land werd toegewezen, thans pogingen in het wtrk stellen alleenzeggenschap te krijgen.„Zij voeren geen onderlinge concurrentie", aldus de voorzitter, „doch nemen ieder middel te baat hun eigen belangen te behartigen en daarbij wor ' ;n die van de kleine petroleumventer verwaarloosd. Die zijn n.1. niet in vaste loondienst van deze maatschappijen, al venten velen van hen met wagentjes, die hun door de maatschappijen ter beschikking worden gesteld. Hoe meer venters, zo redeneren de maatschappijen, hoe meer petroleum er wordt verkocht. Hoe minder venters, hoe beter het individueel voor iedere venter is, zo redeneren de oliemannen. Dit is het kernpunt van de ongelijke strijd tussen de machtige petroleummaatschappiien en de ongeveer 2000 kleine petroleumdetaillisten, die ons land telt". De strijd is voorlopig ten gunste van de maatschappijen uitgevallen.

„Onze bond vraagt van het Nederlandse publiek en van de regering enige aandacht voor en 1 °scherming van onze leden als Nederlandse burgers", zo vervolgde de voorzitter. „Wij hangen geen enkele politiek aan en wij worden sftik voor stuk armlastig, hoewel dat niet nodig is. Veel beter gesalarieerde Nederlanders in loondienst ontvangen kinderbijslag. Wij, als zelfstandige handelaren, niet. Wij hebben de regering gevraagd niet langer toe te staan, dat iedereen, die meende daarin een bestaan te kunnen vinden, bij de grote maatschappijen kan aankloppen, van een wagentje wordt voorzien en petroleum 'gaat verkopen. Dat kan worden verhinderd door het uitvaardigen van een verbod tot petroleumventen zonder een officiële ventvergunning. De centrale overheid verwees ons naar de gemeentebesturen. Bij slechts 20 Nederlandse gemeenten, waaronder Amsterdam en Rotterdam, vonden wij gehoor. Wat in deze beide frote steden kar, moet toch ook kunnen in de andere plaatsen van ons land. In de hoofdstad zijn thans 94 officiële venters. die het uiteraard nog niet ruim hebben, maar voor wie het gevaar thans geweken is van een te groot aantal verkopers. In de meeste andere plaatsen wordt de concurrentie in de petroleumverkoop niet direct door de grote maatschappijen onderling gevoerd, doch over de hoofden van de venters. Begin Fgbruari zal de bond in alle delen van het land protestvergaderingen beleggen. Amerikaans misverstand Lovett prijst Indonesische , Republikeinse regering. De waarnemende minister van buitenlandse zaken der Ver. Staten, Robert Lovett, heeft gisteren ver'klaard, te hopen, dat de Nederlandse regering ,,de huidige gelegenheid zou aangrijpen om een concreet bewijs te leveren van haar voornemens, het wettige streven van de Indonesiërs naar zelfbestuur te bevredigen en dat de Nederlanders een Indonesische regering zouden samenstellen, waarin alle partijen zouden mogen zijn vertegenwoordigd in overeenstemming met haar aanhang en volgens vrije democratische methoden". In een brief aan de voorzitter van de C.I.O., Murray, die er bij de Amerikaanse regering op heeft aangedrongen een spoedig einde van de vijandelijkheden in Indonesië te bewerkstelligen, verklaarde Lovett, „bereid te zijn op iedere geschikte wijze bij te dragen tot de totstandkoming van samenwerking tussen Den Haag en de Indonesische Republiek". Lovett voegde er aan toe, dat „door Nederlandse verzekeringen t.a.v. zelfbestuur de thans • vanzelfsprekend heersende grote bezorgdheid onder de republikeinse leiders en sympathiserenden zou kunnen worden verminderd, het schrikbeeld van een guerilla-actie en sabotage dientengevolge geen werkelijkheid behoefde te worden en de Nederlanders en Indonesiërs samen zouden kunnen streven naar een gemeenschappelijk doel". Tot zover kan ieder Nederlander met Lovetf's woorden accoord gaan. Het volgende getuigt echter weer van misverstand. Lovett prees n.1. de republikeinse regering wegens haar „resolute actie" bij de bestryding van „de communistische opstand tegen haar gezag", die ..op touw gezet was door een in Moskou opgeleide communistische agent". Volgens Lovett had de republikeinse regering „door te besluiten de communistische actie tegen- te gaan en niet te proberen het met de communisten op een accoordje te gooien, te kennen gegeven, dat zij besefte, wat door alle onafhankelijke volken zo goed wordt berepen, dat het internationale communisme, wanneer zij met de lippen het nationalistische ideaal in welk land ook beleed niets anders op het oog had dan het vestigen van een vreemd en tyranniek gezag". Tot zover Lovett. Ieder die kennis nam van het Interessante artikel van onze correspondent te Batavia over het communisme in de Republiek, zal het duidelijk zijn. waarom wij de lof van Lovett op de Republiek als misverstand menen te moeten kwalificeren. — Naar in betrokken kringen te IJmuiden verluidt zal op 1 Februari de prijsstop voor alle soorten vis vervallen.

Indonesië vandaag weer in Veiligheidsraad De Veiligheidsraad zal vanavond opnieuw bijeenkomen ter behandeling van de kwestie Indonesie.

(Van onze correspondent te Parijs.) C*indelijk schijnt het er dan toch van te zullen komen. Na al twee maal te zijn verdaagd, mag men aannemen dat op Januari te Parijs het proces zal worden geopend dar Kravchenko, de schrijver van het vermaarde, in zeventien talen verschenen, boek „Ik verkoos de vrijheid", tegen het communistische weekblad „Les lettres Francaises" aanhangig heeft gemaakt. Van communistische zijde zijn nog wanhopige pogingen gedaan óm een derde uitstel te bewerkstelligen doch ook de twee millioen francs, die als garantie werden geëist ter dekking van reis- en verblijfkosten der vele communistische getuigen, zijn thans door Kravchenko bij het gerecht gedeponeerd. Die som zal hem natuurlijk worden terugbetaald wanneer de Franse rechter de motieven (laster

en belediging) erkent welke de schrijver naar aanleiding van de communistische publicaties heeft geformuleerd. Onder de getuigen worden de namen genoemd van generaal Rodenko, twee Russische fabrieksdirecteuren, een diplomaat, de schrijver-journalist Ilya Eherenburg, een drietal vrouwen die van Russische kant als zijn ex-echtgenoten worden voorgesteld. doch waarvan Kravchenko er twee zelfs bij name niet kende, het Franse parlementslid Grenier, de redacteur van „L'Humanité" Pierre Courtade en de atoomvorser JoliotCurie. De bescherming van Kravchenko, die met een speciaal vliegtuig op 15 Januari in Parijs wordt verwacht, is opgedragen aan Amerikaanse en Franse politie-inspecteurs die bijzondere ervaring bezitten in dit werk. Aangezien er tijden^ het proces Frans, Russisch en Engels zal worden gesproken, heeft men terwille van een vlotte gang van zaken de gedachte al geopperd om van de zolder van het oalais de Trocadero een aantal Walkie-Talkies te voorschijn te halen, dat zijn die wonderdoosjes, waarmee men bij de UNO met succes een Babylonische spraakverwarring heeft bestreden.