Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant

(Van onze parlementaire redacteur). Dicht' drommen belangstellenden omringden gistermiddag op het Binnenhof de Ministersingang Tan de Tweede Kamer. Het teken dat weer grote gebeurtenissen in de politieke arena werden verwacht. Het lot van Indonesië en ons Koninkrijk stond in de waagschaal en zo waren de tribunes stampvol en was het percentage opgekomen Kamerleden opvallend groot. De rede van Minister van Maarseveen, minister van overzeese gebiedsdelen ad interim, over het Regeringsbeleid in de naaste toekomst, was zeer duidelijk, n.1. het vasthouden aan de door dr. Van Royen gegeven verklaring ten aanzien van de resoluties van de Veiligheidsraad. Ingrijpen van de Veiligheidsraad in de interne souvereiniteit is voor de Regering niet te verdragen en niet te dulden, zei Z.Exc., welke verklaring grote indruk maakte op de Kamer.

Minister Van Maarseveen verklaarde dat er over de te volgen politiek inzake Indonesië onbegrijpelijke misverstanden waren gerezen, die onverwijld moeten verdwijnen. Het brandpunt vormt de houding van de Nederlandse Regering ten opzichte van de resoluties van de Veiligheidsraad van 28 Jan. Hierover zei de Minister, dat de Regering zal blijven volgen de gedragslijn door dr. van Royen in de Veiligheidsraad uiteengezet. Op dit punt bestaat er tussen de Kamer en de Regering grote overeenstemming. Spr. verklaarde, dat de bezetting van de Republikeinse gebieden moest plaats hebben om orde en rust te handhaven. Ten koste van grote ofIers heeft ons leger deze voorwaarden geschapen en onze soldaten verdienen hiervoor de dank der gehele wereld! Buiten Nederland heeft men zich hiervan geen voldoende rekenschap gegeven. In grote lijnen is de politiek van Nederland miskend. De inwendige rust in Indonesië moet gehandhaafd blijven. Een breuk met de Veiligheidsraad zou alleen mogelijk kunnen zijn over de vraag hoe dit moet worden bereikt. Dit is een procedure kwestie. De Republiek moet tot het inzicht komen, dat het een goede weg inslaat als het met de Federalisten samenwerkt, door orde en overleg te komen tot een souverein Indonesië. De Ned. Regering is bereid met de Republiek en de Federale Reg. samen te werken om tot een Interim-Regering te komen. Tot heden is echter van een bereidheid

van de Republiek niets gebleken. Zij verlangt een vrije terugkeer naar Djokja om daar het bestuur wederom uit te oefenen. Iedereen die hier onbevooroordeeld tegenover staat, aldus Z.Exc., zal moeten toegeven dat hier het onmogelijke der Nederlandse Regering wordt verlangd. Alleen als de Rep. leiders willen meewerken aan hun aandeel in de Ver. Staten van Indonesië kan aan hun algehele Vrijheid worden meegewerkt. Dat de Commissie voor Goede Diensten wordt ingeschakeld heeft geen bezwaar. Een andere kwestie wordt het als zij zich met de gebieden gaat in laten die tot de deelstaten behoren. Dit is een aanmatiging van de Veiligheidsraad, welke niet is te verdragen en niet te dulden, omdat het hier de inwendige souvereiniteit betreft.

De Min. steunde verder het standpunt van Dr. van Royen over het te buiten gaan door de Veiligheidsraad van zijn bevoegdheid. Met dr. Beel zal worden nagegaan, in hoeverre de gevangen Rep. leiders kunnen worden vrijgelaten en dit niet in strijd is met vrijheid en orde. De resoluties van de Veiligheidsraad zouden chaos in Irtdonesie veroorzaken. 't Huidige kabinet neemt hetzelf- • de standpunt in als destijds Min. Beel, dat wij Indonesie niet aan zijn lot zullen overlaten. De Volken daar zullen ons daar dankbaar voor zijn. Wij hebben een taak te vervullen, al zouden wij daarbij ten onder gaan, maar de Regering moet zodanige leiding geven, dat ons volk niet ten onder gaat. In beginsel gaat de Regering met het plan-Beel voor een versnelde souvereiniteit accoord en wil zelfs spreken van de Republiek van de Ver. Staten van Indonesie. Als de partijen dit willen en ook de Commissie van Goede Diensten, zal eventueel in Nederland een Rondetafelconferentie kunnen worden gehouden. Het is niet nodig dat eerst met de Republiek overeenstemming wordt bereikt, welke positie zij zal innemen. In volle vrijheid en volle openhartigheid wil de Regering de Republiek gelegenheid tot overleg geven. Daarom is het goed, dat dr. Beel hier thans is voor nader overleg. De noodzakelijke eenheid wordt hierdoor bevorderd. Vervolgens kwam de minister op detailpunten. De minister zei, dat nog niets is gebleken van de juistheid der klachten van het Vrouwen Comité over duizenden gevangenen in Republikeinse kampen. Voorts verklaarde de minister dat alles is gedaan om het buitenland voor te lichten; ook Pandit Nehroe kreeg van onze gezant alle inlichtingen. Vervolgens heeft Min. Götzen nog enige detailzaken behandeld en gezegd, dat de Ver. Staten van Indonesie een ambtenarencorps zal krijgen uit Indonesische staatsburgers saamgesteld. Nederl. ambtenaren zullen voorlopig blijven assisteren en voor hun zal er een afvloeiingsregeling komen. Voorts deelde hij nog mede, dat het ontwerp inzake duurtetoeslag op Ind. pensioenen gereed zal zijn en dat het de bedoeling is deze regeling terugwerkende kracht te geven. De Kamer zal Vrijdag antwoorden. Onder minimale belangstelling ging de Kamer zich op de late middag bezig houden met het w.o. betreffende het opmaken van akten van overlijden van vermisten. Het gaat hier om 120.000 gevallen van verdwenen Joden en andere vermisten in oorlogstijd, waarvan 80% uit A'dam. Het werd in de Kamer al te optimistisch gevonden, dit in 2 jaar af te doen, waardoor de Rechterlijke macht overbelast zal worden. Het wetsontwerp werd z.h.st. goedgekeurd.

Mr. J. H. VAN MAARSEVEEN.

— De heer C. J. de Voogd uit Hoek van Holland is bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd door de Zuid-Hollandse Maatschappij tot redding van Schipbreukelingen gehuldigd. Gedurende 20 jaar heeft hij in de reddingsploeg van deze maatschappij meer dan 100 mensenlevens gered. — Door het springen van de linkervoorband reed gistermiddag een met sinaasappelen beladen vrachtauto te Wassenaar tegen een boom. De bestuurder, de 27-jarige P. Groeneveld uit Schagen, liep zo -ernstige verwondingen op, dat hij vrijwel onmiddellijk overleed. — Het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch veroordeelde mr. L. W. J. Marggraff uit Vught tot een geldboete van ƒ 20.000.— subsidair 6 maanden hechtenis wegens het verzwijgen van vijandelijk vermogen ad ƒ 450.000 aan effecten. Buitenland. — De Veiligheidsraad heeft gisteren het verzoek tot het lidmaatschap van de V.N., dat door de ,volksdemocratische regering van Korea" (Noord-Korea) was ingediend, afgewezen met 8 tegen 2 stemmen, bij één onthouding. Vóór stemden de Sovjet-Unie en de Oekraine. Argentinië onthield zich. — Te Rio de Janeiro is een massale protestbetoging gehouden in verband met het proces tegen kardinaal Mindszenty. President Dutra met zijn geheel kabinet, leden van het congres en van het corps diplomatique namen aan de betoging deel. Winkels en overheidsbureaux waren des middags gesloten. Onder leiding van de aartsbisschop van Rio de Janeiro, kardinaal Camara trok een optocht door de straten. Daarna sprak de kardinaal de aanwezigen toe. — De Curtiss Wright Corporation, die vliegtuigen en machines bouwt, meldt, dat geleerden, die in dienst zijn van de Amerikaanse regering, in het geheim werken aan een „ruimteschip", dat met een snelheid van bijna 16.000 K.M. per uur door de stratosfeer zou vliegen.

Weersverwachting, medegedeeld door het K.N.M.I. te De Bilt, geldig van Donderdagavond tot Vrijdagavond. Wat meer bewolking. Voor het Noorden van het land: Morgen toenemende bewolking maar overwegend droog weer. Matige vooral langs de Waddeneilanden krachtige wind tussen Zuid-West en Zuid. In de namiddag iets minder zacht. Voor het Zuiden van het land: Droog weer met enkele overdrijvende wolkenvelden. Zwakke, later matige wind uit Zuidelijke richtingen. Weinig verandering van temperatuur. Zon op 7.50 — onder 17.59 Maan op 0.00 — onder 9.48

Op de zitting van het proces Kravchenko van gisteren deelde mr. Izard mede, dat Kravchenko, die aan een maagzweer lijdt, niet aanwezig kon zijn. Mr. Izard beloofde het hof om dit weekeind het oorspronkelijk manuscript van Kravchenko's boek „Ik verkoos de vrijheid" over te leggen: Hij zeide dat hij foto-copieën zowel aan de rechters als aan de verdediging ter beschikking zou stellen, hetgeen door de Franse wet geëist wordt. Kravchenko zal Dinsdag weer aanwezig zijn.

Getuigen, die de vrijheid verkozen Mr Izard en mr. Heiszmann protesteerden krachtig tegen de herhaalde beweringen van de verdediging, waarbij alle verplaatste personen, getuigen van Kravchenko, bestempeld werden als „verraders en collaborateurs van de Duitsers". ■ ■ Mr. Izard: „Wij zijn er van overtuigd, dat alle Russische burgers, die de vrijheid hebben gekozen voorkomen op de Sovjetlijst der oorlogsmis^vervolgens wordt mevr. Gornienka ontboden, die gedurende 25 jaar het ambt van bibliothecaresse in een grote fabriek te Dnjepnopetrowsk waarnam. Eerst vertelt zij, hoe zij door de Duitsers werd gevangen genomen en naar Duitsland gedeporteerd waar zij bij een boer werkte. Vervolgens geeft zij een lange lijst van f^brièks directeuren, die bij de werden aangehouden. Zij kent Krav chenko sedert 1925. „Hij was een ernstige autodidact, die dikwijls naar de biliotheek kwam om te studeren, zegt zij. „Zijn foto verscheen dikwijls in de plaatselijke bladen." . De volgende getuige is nievr. Kasiinska, arts Zij spreekt Oekrains. Zij verhaalt uitvoerig haar lijdensweg als „ontheemde". Bovendien geeft zij de redenen aan, waarom zij na de Duitse capitulatie niet naar haar land is teruggekeerd. „Wij hadden angst", zegt ze met nauwèlijks hoorbare stem. Mevr. Kasjinska geeft in korte zinnen een beeld van de hongersnood in de Oekraine en verhaalt, welke rol de Sovjet-studenten toen hebben vervuld, die moesten deelnemen aan het binnenhalen van de oogst. Vervolgens wordt Trisroebrof. een bouwkundig ingenieur die thans in

een kamp voor ontheemden in Duitsland verblijft, gehoord. Hij verklaart de familie Kravchenko en inzonderheid Victors oudste broeder, zeer goed te hebben gekend. „Het gezin Kravchenko vormde een goed samenhangend geheel, waarin Victor zeer geliefd was." zo zei hij. Trigoebof bevestigt gehoord te hebben. dat Victor Kravchenko komsomol is geweest, wat door de verdediging steeds met klem is tegengesproken. Romanof, een vriend van Kravchenko, verzoekt enige vragen te mogen stellen. „Hoe zag Constantin Kravchenko er uit?." vraagt Romanof. „Hij was van middelgrote gestalte, antwoord Trigoebrof, had kastanjebruin golvend haar, en droeg bijna steeds een kastanjekleurig pak, want in Rusland heeft men niet veel kleren. Hij was steeds glad geschoren, wat in Rusland ook zelden voorkomt." Mr. Wurmser toont zich verontwaardigd. De voorzitter merkt op, dat men nog niet zolang geleden in Frankrijk ook niet over al te veel kledingstukken beschikte. BERKENSAP EN DENNENAALDEN. Te 17 uur wordt de zitting hervat en dadelijk wordt Basil Luzna, een Oekrains slotenmaker, die thans in Duitsland woont, als getuige gehoord. Hij weidt eerst uit over zijn jeugd, die hij doorbracht bij zijn ouders, die een kleine hoeve met 7 ha. land hadden. „In 1930 werden wij naar Volagda gedeporteera. en er opgesloten in een kamer, die niet groter was dan deze hier, maar waarin zich zesmaal meer mensen bevonden. Onze kinderen zijn dood. Wij iiadden niets anders te eten dan berkensap en dennenaalden. Ik ben ontsnapt en heb de Oekraine kunnen bereiken. Daar heb ik een verschrikkelijke hongersnood beleefd en gezien hoe mensenvlees werd gegeten en boeren gefusilleerd

werden, omdat zij het vlees aten van een paard, dat zij hadden opgegraven. Kort voor de oorlog werd ik aangehouden in verband met een samenzwering, die het opblazen van de electriciteitsfabriek van Knvoi Rog op het oog had. In werkelijkheid had ik aan geer. enkele samenzwering deelgenomen en nu nog weet ik niet, waar zich die fabriek bevindtIntussen brak de oorlog uit en trad ik in dienst bij de spoorwegen. . De getuige legt dan uit hoe nij door de Duitse invasie werd verrast en in 1943 naar Duitsland werd gezonden. „Het Sovjet -regime", zo roept hij uit, „heeft ons de vrede beloofd en heeft ons voortdurende klassenstrijd gebracht. Het heeft ons brood geroofd en bracht ons honger. Het beloofde ons werk en gaf ons concentratiekampen. Het is nog veel slechter dan wat Kravchenko heeft geschreven. Een tyran is gevallen. Hitier, en het volk heeft gezien wat Dachau en Buchenwald was. In Rusland bestaan nog honderden Dachaus en Buchenwalds". (Zie vervolg pag. 3) Sptonnageproces te München. Het eerste na-oorlogse spionnageproces in de Amerikaanse zone van Duitsland is gisteren onder grote geheimhouding te München begonnen. Het proces is het eerste van een serie van vijf. waaronder een tegen een Tsjechoslowaakse organisatie, die in Duitsland zou hebben gespionneerd. De identiteit van en de beschuldigingen tegen de enige beklaagde, die gisteren terecht stond, zijn niet bekend gemaakt. Zelfs de militaire politie mocht niet bij de rechtszitting aanwezig zijn. Het vonnis alsmede alle getuigenissen zullen aan een hoger orgaan worden voorgelegd voor eventuele openbare bekendmaking. De president van de militaire rechtbank verklaarde, dat de gevallen twee, drie en vier openbaar zullen worden behandeld, geval vijf zal echter op dezelfde wijze worden behandeld als dat van gisteren. Joegoslavië mag zijn eisen laten horen. De plaatsvervangers van de ministers van buitenlandse zaken der Grote Vier, die te Londen over het Oostenrijkse vredesverdrag confereren, hebben er gisteren in toegestemd een verdere uiteenzetting van de Joegoslavische eisen te vernemen. Verleden week waren Engeland, Frankrijk en de V.S. tegen een desbetreffend Sovjet-voorstel.

DE HOGE VERTEGENWOORDIGER van de Kroon in Indonesië, Dr. L. J. M. Beel is gistermiddag in gezelschap van de directeur van zijn Kabinet, Dr. P. Koets, met de K.L.M. Constellation „Cura?ao" op Schiphol aangekomen. De ministers Mr. J. R. H. van Schaik en S. L. Mansholt in gesprek met Dr. Beel en Dr. Koets (v.l.n.r.)

Even voor drie uur gistermiddag landde op Schiphol de K.L.M.-constellation „Curacao" met aan boord dr. L. J. M. Beel, Hoge Vertegenwoordiger van de Kroon te Batavia en de directeur van zijn kabinet dr. P. Koets. Zij werden verwelkomd door de ministers mr. J. R. H. van Schaik, S. L. Mansholt en prof. dr. F. J. Th. Rotten. Direct na aankomst heeft dr. Beel tegenover de journalisten een verklaring afgelegd: „Ik ben naar Nederland gekpmen voor besprekingen met de regering en kan dus moeilijk een verklaring afleggen over de politieke situatie van dit ogenblik. Wanneer de resultaten van deze besprekingen zullen zijn wat ik er van verwacht, dan hoop ik in het begin van de volgende week, voor ik naar Batavia terugkeer, een bevredigender verklaring af te leggen.

Nochtans gaf dr. Beel de gelegenheid enkele vragen te stellen. Het besluit van de Unocommissie voor Indonesië om de Veiligheidsraad te adviseren de datum voor het instellen van een interimregering te verschuiven van 15 Februari naar 1 Maart was hem nog niet bekend. Zijn commentaar was „zeer gunstig". Uiteraard werden dr. Beel vragen gesteld over de geruchten van de laatste dagen omtrent zijn ontslagaanvrage en de alom heersende begrippen over de stemming in Batavia. Dr. Beel zei letterlijk: „Begrippen als „hopeloos" komen niet voor in mijn woordenboek. Zo er sprake zou zijn van mijn aftreden, dan was ik niet naar Nederland gekomen voor besprekingen. Wacht u maar rustig af " A ■ Dr. Beel verklaarde, dat de militaire situatie bevredigend geacht kan worden. Ook de houding van de bevolking in het algemeen is volkomen in overeenstemming met de verwachtingen. Hij roemde de nauwe en prettige samenwerking met zijn civiele zowel als met zijn militaire staf en zeide voorts dagelijks overleg te plegen met de voorzitter van het B.F.O., met wie de samenwerking eveneens zeer prettig is. Vlak voor zijn vertrek was de heer Merle Cochran te Batavia gearriveerd. Mondeling overleg was niet meer mogelijk geweest, maar wel had dr. Beel schriftelijk contact gehad met de Amerikaanse diplomaat. Men was overeengekomen, uitvoerig van gedachten te wisselen zodra de heer Beel weer in Batavia zou zijn teruggekeerd. Op een vraag of de Hoge Vertegenwoordiger van de Kroon zich onmiddellijk naar Den Haag zou begeven om nog een deel van de zitting der Kamer mee te maken, antwoordde hij lachend: „Neen, ik ga eerst even naar huis. Morgenochtend om tien uur zal ik mijn besprekingen met de regering aanvangen". Ten slotte werd nog gevraagd of dr. Beel iets kon vertellen over het contact met de republikeinse leiders. Hierover wenste hij zich niet uit te laten. Dr. Beel zei slechts dat geregeld contact bestaat tussen het B.F.O. en de republikeinen. Republikeinse noodregering op Java? Ondergrondse Indonesische bronnen maakten gisteravond volgens een United Press-bericht uit Batavia de formatie bekend van een ondergrondse republikeinse regering op Java, samengesteld uit vier republikeinse ministers en verscheidene officieren van het republikeinse leger. Het Javaanse nood-regime zou reeds in radio-contact staan met de republikeinse nood-regering welke haar hoofdkwartier op Sumatra heeft. De formele naam'van de Javaanse afdeling is „Commissariaat van de nood-regering van de republiek Indonesië". Als leden werden o.a. genoemd minister van Binnenlandse Zaken dr. Soekiman. minister van justitie dr. Soesanto Tirtoprodjo, minister van voedselvoorziening Kasimo en de minister van Jeugdwerk en Wederopbouw Soepeno. Deze leden van het republikeinse kabinet waren er in geslaagd uit Djokjakarta te ontsnappen ten tijde van de Nederlandse politionele actie.

De Noorse minister van buitenlandse zaken, Lange heeft gisteravond met zijn regering beraadslaagd. Minister Lange voerde ook besprekingen met de speciale parlementaire commissie, die zijn rapport over zijn missie in de Verenigde Staten bestudeert. In politieke kringen te Oslo wordt voorspeld, dat een nieuwe Sovjet-Russische iet te verwachten is. Volgens onbevestigde geruchten, welke te Oslo de ronde doen, heeft de Sovjet -Russische ambassadeur minister Lange op korte termijn om een onderhoud verzocht. Het meest dringende probleem, dat tijdens de gisteravond gehouden vergadering van het Noorse kabinet werd besproken, was ongetwijfeld dat betreffende het antwoord dat moet worden gegeven op de nota, waarin de Sovjet-Unie Noorwegen aanbiedt een niet-aanvalsverdrag te sluiten.

DE SOVJET-RUSSISCHE GENERAAL RUDENKO, die in het proces Kravchenko in Parijs als getuige optrad. Na zijn verklaringen verliet hij onder protest de zitting.

Morgen zal de regering met een nadere verklaring over haar Indonesisch beleid komen. Terecht wil ze eerst met dr. Beel, de Hoge Vertegenwoordiger van de Kroon spreken Niettemin heeft minister van Maarseveen gisteren reeds op zeer duidelijke wijze het standpunt van onze regering uiteengezet over de Indonesische politiek en de inmenging van de Verenigde Naties. In verband met de onverwacht sterke verklaring van de regering bij monde van minister van Maarseveen is, naar onze parlementaire redacteur hedenmorgen berichtte, algemene verwondering gewekt, waarom minister Sassen eigenlijk is afgetreden, daar het toch bekend is, dat hij vooral een sterke politiek wenste. Onze parlementaire redacteur verneemt uit politieke kringen, dat het in het bijzonder zijn verzet geweest is in het kabinet tegen de nieuwe bevoegdheden van de Commissie de • Verenigde Naties in Indonesië (Unci) als ingaande tegen onze souvereiniteit, welke de voornaamste oorzaak was van zijn ontslag. Uit tactische overwegingen wilde het kabinet hem niet openlijk in zijn standpunt ten opzichte van de Unci volgen. Door de sterke critiek vooral uit Indonesië over de besluitloze houding van de regering is deze gisteren krachtiger uit de hoek gekomen dan werd verwacht. Morgen zal in de Tweede Kamer, na het heden te houden overleg tussen het kabinet en dr. Beel dus nog een nadere verklaring worden afgelegd, maar reeds nu is er een belangrijke opluchting gekomen, door de verzekering, dat Nederland niet van plan is inbreuk op het beginsel van de interne souvereiniteit te dulden, de Indonesische bevolking niet aan haar lot zal overlaten en de resolutie van de Veiligheidsraad slechts zal uitvoeren voor zover zij verenigbaar is met de verantwoordelijkheid van Nederland voor recht en orde en veiligheid. Over dit laatste zullen we morgen waarschijnlijk nog wel wat naders horen.

De rede van minister van Maarseveen in de Tweede Kamer heeft in Nederlandse politieke kringen te Batavia een belangrijke mate van opluchting gebracht. Met belangstelling wordt thans uitgezien naar ae regeringsverklaring op Vrijdag a.s. Sultan Hamid had met instemming kennis genomen van de verklaring, dat Indonesië niet aan zijn lot zal worden overgelaten en ziet eveneens met belangstelling de verklaring van Vrijdag tegemoet. Het „Bataviaas Nieuwsblad" van heden schrijft onder de titel „klaarheid", over de verklaringen van minister Van Maarseveen o.a., dat aan de onzekerheid, die nu al zo lang heeft geduurd, een einde is gekomen door de verklaring, van minister van Maarseveen. Het zijn alle kloeke en klare woorden, die geen ruimte tot misverstand laten aangaande de bereidheid der regering om de consequenties harer daden te aanvaarden. De passage, gewijd aan de betekenis van het plan-Beel laat nog enkele vragen open, doch het antwoord daarop zal eerlang wel worden vernomen. „De Nieuwsgier" van hedenochtend publiceert onder de titel „opheldering" een hoofdartikel, waarin eveneens wordt opgemerkt, dat de verklaring van minister van Maarseveen in vele kringen met voldoening zal worden ontvangen. Het politieke perspectief is aanmerkelijk verbeterd. Aldus „De Nieuwsgier". De Indonesische kwestie in de Veiligheidsraad. Het gevraagde uitstel verleend De Veiligheidsraad heeft gistermiddag onverwacht besloten de kwestieIndonesië op de agenda te plaatsen. De Veiligheidsraad besloot zonder stemming het door de Commissie voor Indonesië verzochte uitstel te verlenen. Rusland heeft „krachtig bezwaar gemaakt" tegen een uitstel van 15 dagen, als door de Commissie verzocht, bij het uitbrengen van rapport over de situatie in Indonesië. De Sovjet afgevaardigde, Malik zei dat de Nederlandse regering in geen enkel opzicht had getoond de in Januari aangenomen resolutie van de Veiligheidsraad op te volgen. Malik werd gesteund door de afgevaardigde van Egypte. Sir Alexander Cadogan, de Engelse afgevaardigde, verklaarde zich voorstander van het gevraagde uitstel. De datum 15 Februari was geen tijdslimiet, die voor de Nederlandse regering was gesteld, doch betrof uitsluitend de Commissie, zei hij. Canada was het hiermede eens. Malik zeide hierop, dat sir Alexander klaarblijkelijk niet geïnteresseerd was bij de tijdslimieten, die door de Veiligheidsraad voor Nederland waren gesteld. „Hij is altijd bereid de Nederlandse agressie te steunen", aldus Malik. Hierna werd, zoals gemeld, zonder verdere discussie en zonder stemming besloten het uitstel te verlenen. — Op de „Waterman", het bekende troepenschip, scheepten zich gisteren te Rotterdam 1400 militairen in. Onder hen bevinden zich 250 leden van het K.N.I.L. en 75 man van de Luchtstrijdkrachten. De overigen zijn van de Koninklijke Landmacht, voornamelijk van het garnizoen te Bergen op Zoom.