Eerste Blad.
in DoltscMand is de kogel door de kerk. — Het tweemanschap Von HindenburgBrünlng heelt de democratie ka Duitschland tegen haarzelf in bescherming moeten nemen. — Duitschland straks practisch geregeerd door middel van de dictatuur. — Zal de ontwapeningsconferentie in 1932 te Weenen worden gehouden? — Tljdsbezwaren van Duitschland. — Het spreekt van een schuiven-op-de-lange-baan. — Zal Hongarije de Sovjets erkennen? — Parijsche „onthullingen” over de besprekingen van Litwinof, — In Rusland duren de arrestaties voort — Zelfs uitgeweken Russen bedacht voor het behoud van het veege lijf. De Duitsche rijkspresidenit Von Hindenburg heeft de hem door de rijksregeerlng voorgelegde noodverordening tot saneering van de staathuishouding en Idle financiën op grond van art. 48 van de rijksgrondwet onderteekend, eni tot afkondiging in het staatsblad doorgezonden. Daarmede treedt volgens art. 48 § 2 der grond' wet een belangrijk en omvangrijk samenstel van wetten in werking. De kogel is dus Idloor de kerk! Het tweemanschap Hindenburg-Brüning heeft de democratie in Duitschland tegen haarzelf in bescherming moeten nemea Want het parlementaire stelsel is bij onze Oosterburen vastgeioopen, wegenis het absoluut telkiort aan verantwoordelijkheidsbesef bij de Economische partij, waardoor aan rijkskanselier Brlining de meerderheid in den Rijksdag ontviel. Als eerste stap op Idlen weg naar de gezondmaking wordt nu het bekende art. 48 van de Grondwet toegepast, d. w. z. wordt Duitschland practisch geregeerd! door middel van de dictatuur! IMaar het parlementaire stelsel wordt niet geheel buiten werking gesteld, want de Rijksdag heeft toch nog de beslissing in handen. Daarom eischte de rijkskanselier Woensdag in zijn verklaring aan' den Rijksdag, dat de noodverordening voor Zaterdag wordt afgedaan. In zijn motiveering wees hij erop, dat idle economische toestand een zoo spoedig mogelijke afhandeling eischte. Van een behandeling van de nieuwe noodverordening in de begrootlngscommissie ge lijk in Juli plaats had, kon geen sprake zijn. Hoewel het haast niet is aan te nemen, dat de Rijksdag morgen de noodverordening zal verwerpen, blijft de mogelijkheid bestaan, dat overwegingen van partijpolitiek den doorslag zullen geven boven ’s land® belang. Dat zou echter de volledige politieke! chaos beteekenen. Evenals de gemeente Berlijn en eenlge andere groote steden reeds onldler rijkscontrole zijn gesteld, zal het gehcde Duitsche volk dan slechts met de ijzeren vuist geregeerd kunnen worden. Een volk-ln-wanhoop, zooals het Duitsche volk reeds genoemd is, is murw voor de dictatuur. Alle voorteekenen wijzen er op, dat het wel een® dien kant zou kunnen opgaan. Het Duitsche volk is innerlijk al met een fatsoenlijke en behoorlijk gecamoufleerde dictatuur verzoend. Het zou hevig pruttelen wanneer Brüning den rijksdag weer een» ontbond om met art. 48 verder te regeeren, maar het zou toch een zucht van verlichting slaken wanneer het zoo ver kwam. Brlining is zich daarvan natuurlijk ook bewust en voor hem is het slechts zaak bet psychologisch goede moment te kiezen om met twee vaste knuisten in te grijpen in de verwarring. Weet hij dat goede oogenbllk te Mezen, dan kan hij zich de lulde vervloekingen en Idle stille zegeningen van het heele land verzekerd zjjnl * * * Misschien zal1 de ontwapeningsconferentie ln 1932 te Weenen worden gehouden. We zeggen misschien, omdat et tegen plaats en tijd bezwaren rijzen. Van welken aard de plaatselijke bezwaren zijn wofdt niet gemeld, doch de tljdsbezwaren liggen voor idle hand. Duitschland vindt dat dit opnieuw een schuiven-op-de-langebaan beteekent en wil de conferentie reed» in November van het volgend jaar zien bijeenkomen overeenkomstig het uitgesproken verlangen van de Volkenbondsvergadering zelve. n.1. dat die „zoo spoedig mogellik” zal geschieden. Maar „zoo spoedig mogelijk’* is zeer relatief, vooral wanneer men rekening houdt met die resultaten, verkregen door de ontwapeningscommissie, die als een voorbereiding voor de conferentie moet worden beschouwd. Deze commissie is aan het einde gekomen van hare vergaderingen en heeft — geheel overeenkomstig de wijze waarop zij alle andere vraagstukken behandelde —■ nog een® toet beeld te zien gegeven van een gevoelen omtrent een voorstel-Cecil dat beoogde de beperking der luchtmactot niet slechts toe te passen op net materiaal dat in dienst is, maar ook op volledig toegeruste militaire reserve-toestellen, die staatseigendom zijn. Niets redelijker dan dat; het werd dan ook aangenomen met 9 stemmen (o.a. die van Nederland), maar toch nog met 8 tegen. Van de acht tegenstemmers oordeelde Duitschland het niet ver genoeg reikend, terwijl de Fransche groep natuurlijk vond dat het veel te ver ging. Deze laatste zag tegenover zich opk Italië en de Ver» Staten. Tot het allerlaatste toe houdt dus de oneenigheid, men zou kunnen zeggen: de groepsoneenigheid, aan1. Onder deze omstandigheden ligt er iets bijzonder kinderachtigs in het verspreiden van dik-tendentieuze berichten uit Parijs, volgens welke Amerika èn op financieel èn op economisch èn ook op politiek gebied zou gaan samertwerken met Frankrijk tegen de „malcontente” landen: Duitschland, Italië en de Russische Sowjet-republieken, en partij zoude kiezen ten gunste van de onveranderlijkheid der naoortogs-verdragen, m.a.w. Frankrijk’® zienswijze te Genève zou steunen» Stimson, de Amerir kaansche Staatssecretaris van Buitenlandsche Zaken' heeft deze valsche voorstellingen aanstonds als zoodanig in bewoordingen, die aan duidelijkheid niets te wenschen overlaten, gesignaleerd tegenover de vertegenwoordigers der Amerikaansche pers. De verspreidere der berichten hebben met hun manoeuvre den medevoorstanders hunner denkbeelden een slechten dienst bewezen. Want door Stimson’» — noodzakelijk geworden — scherpe verklaring zal de verhouding tusschen' de Ver. Staten en Frankrijk er zeker niet op verbeterd worden. Maar Frankrijk rekent Immers op eigen kracht (zijn financiën en goud-voorraad verkeeren in zeer bevredigenden toestand, heeft Tardiieu nog dezer dagen verzekerd, zoodat het wel niet langer bij Amerika zal behoeven te bedelen om schrapping of vermindering zijner oorlogsschulden tegenover de Yankees), het Is alleen wat verdeeld In eigen boezem, zelfs lm den boezem der regèering, zoodat Tardieu’s positie nog altijd ietwat bedreigd wordt. Doch voor Tardteu een ander, waarschijnlijk geen „internationaal!”, geen revisionist (voorstander der herziening van het VersalHestractaat) geen Bitandist. En dit laatste te minder naarmate Duitschlamdf» politieke toestand zich consolideert. • # • Men kan niet loochenen, dat de Itallaansche diplomatie de laatste jaren een buitengewone be drij vigheid aan den dag heeft gelegd. Te Parijs wekt deze activiteit groote zorg en men wordt er zenuwachtig door. De bezoeken dier Russische en Turksche minister» van buitenlandsche zaken aan Italië, die ommiddellljk op elkaar volgden, hebben te Parijs vooral onrust verwekt, omdat over de concrete oogmerken van hun besprekingen met die Itallaansche regeerlng door, de fascistische pers weliswaar zeer talrijke, maar fneer of minder onwaarschijnlijk Ipendie combinaties zijn verspreid, Te Parijs was aanvankelijk sprake van een Duitsch-Italiaansch-Russisch blok, waarvan men de totstandkoming waarschijnlijk en geloofwaar dig achtte. Maar de „Paris Midi”, die goede betrekkingen onderhoudt met dc toonaangevende kringen in Frankrijk, wil, zoo lezen wij in het „U. D. , daarvan niets weten en verklaart thans — op grond van „volstrekt betrouwbare” inlichtingen -~ in staat te zijn het resultaat dier besprekingen!, die tusschen Grandt, Litwinof en Roes] dl zijn gevoerd', te kunnen precteeeren. Litwinof s bezoek aan Milaan zou allereerst twee concrete, te Moskou sinds lang nagestreefde, doeleinden hebben gegolden: In de eerste Elaats de erkenning van de sovjets door de ongaarsche regeerlng. Door de bemiddeling der Itallaansche regeenng zou Litwinof te dezer zake thans bepaalde toezeggingen hebben verkregen. Italië heeft bij het aanfcnoopen van diplomatieke betrekkingen tusschen Moskou en Boedapest te meer belang, omdat de positie van Rusland op den Balkan daardoor steviger wordt. Bovendien moet Litwinof erin geslaagd zijn de on derhan delingen, die een Russische marinemissie reed» enkele maanden geleden heeft Ingeleld, tot een goed einde te brengen: op grond van deze besprekingen zou Italië zich hebben verplicht op een paar oorlogswcrven voor Rusland een eskader groote en middelgroot» scheep»eenheden te construeerem, welke bestemd zijn voor de .Zwarte Zee. Belde overeenkomsten moeten beschouwd wordien als een onderdeel van de omsingelingspoUtlek, die Italië met froo> te hardnekkigheid 09 dien Balkan voert. Ook
toet onderhoud met Roesjdi bey moet zich in dezelfde lijn hebben bewogen en bij deze laatste besprekingen moet het voornamelijk zijn gegaan om1 het sluiten van een driemogendihedenovereenkomst tusschen Rome, Angora, en Athene, waarvoor het pas onderteekend© GrieksehTurksehe vriendschapsverdrag de voorwaarden moet hebben geschapen. Het lijdt geen twijfel, of dit accoord is tegen Joegoslavië gericht. De beide Balkamnogendiheden, die met Frankrijk zijn verbonden, Roemenië en Joegoslavië, zijn nu volkomen ingesloten door een blok van staten, waarbij Rome een leidende positie inneemt, een blok, waarvan de politiek aanstuurt op de herziening van de verdragen van 1919. De berichten omtrent een Duitsch-RusstechItaliaansch samengaan zijn op het «ogenblik misschien nog voorbarig, maar het Franscne blad neemt niettemin als zeker aan, dat Rusland en Italië niets onbeproefd zullen laten om Duitschland in hun kring op te nemen en zoodoende de coalitie te verwerkelijken van de landen, welke belang hebban bij een herziening van de tegenwoordige politieke orde in Europa. De Pari» Midi geeft, naar het „U. D.” aan de Vpssische Zeitung ontleent, uiting aan de hoop, dat Duitschland niet mee zal dben aan dit gevaarlijke spel, omdat — aldus het blad — het buitengewoon te betreuren zou zijn, wanneer twaalf jaren na het sluiten van den vrede de noodlottige politiek van het z.g, Europeesche evenwicht, die de voornaamste schuld is geweest van de bloedige botsing in 1914, zou herleven. De Paris Midi, die Italië daarvoor verantwoordelijk stelt, schijnt inmiddels over het hoofd te zien, dat Frankrijk reed» onmiddellijk na het einde van den oorlog door zijn bondgenootschappen met Polen en de Kleine Entente, die idle „omsingeling” van Duitschland beoogden, den eersten stoot daartoe heeft gegeven. • • • In Rusland duren de arrestaties van intellectueelen, „verraders” der Sowjet-republiek, nog steeds voort. Zelfs die socialisten, welke zich onvoorwaardelijk met het bestaande regiem hebben verzoend, ontkomen niet aan de Gepoe. Nog talrijker zijn de gearresteerde sociaal-revolutkmnairen, waaronder veel mannen, die in het eerste jaar van het bestaan van het Sowjet regiem van Lenin hebben medegewerkt. Het vervolgen® regiem-Staln woedt in al zijn hevigheid. Geen wonder dat zelfs uitgeweken Russen al» Trotzky in den vreemde op hun hoede zijn, bedacht voor het behoud van het veege lijf.