hopende tot 19 Augustus,
Zooals reeds gemeld is, bevatte het gerucht betreffende het heengaan van den Minister van Oorlog in Duitschland, Generaal Von Bronsart Von Schellendorff, waarheid ; het aftreden wan dezen verdienstelijken Minister is een feit geworden, en in de Reichsanzeiger komt de ontslagverleening voor om redenen van gezondheid. Tegelijkertijd wordt bij dit besluit de Minister benoemd tot Generaal-adjudant. De Kolnische Zeitung wijdt aan Generaal Von Bronsart een lang artikel, waarin zij haar leedwezen uitspreekt over zijn aftreden en ronduit zegt, dat de oorzaak van zijn aanvraag om ont* slag niet was gelegen in zijn gezondheidstoestand — want die is voortreffelijk, zegt zij — maar in de militaire bijregeering van het militaire kabinet de 3 Keizers. Dat het uitstellen van de hervorming van het militair strafrecht van geen invloed is geweest op het heengaan des Ministers, acht de Kolnische Zeitung daarom zéker, wijl deze hervorming in elk geval door den Rijkskanselier den 18den Mei 11. zeer stellig is toegezegd en de indiening van een daartoe strekkend ontwerp is aangekondigd tegen den herfst. De Minister heeft dus blijkbaar de nederlaag geleden in zijn strijd met militaire kabinet. In den laatsten tijd kon men in vérband met dien strijd allerlei berichten in Duitsche bladen vindan. Allereerst schijnt het vast te staan, dat de commandeerende Generaal-, Von Schlichting en Von Bluaie, beiden uitnemende legeraanvoerders en over* tuigde voorstanders van de hervorming van het militaire strafrecht, niettegeno staande het protest van den Minister van Oorlog en tegen zijn uitdrukkelijken ' wil, gepensionneerd zijn. Even weinig nam men den wensch des Ministers in aanmerking, toen men den chef der
centrale afdeeling van het Ministerie van Oorlog, Generaal-Majoor Haberling, uit het Departement naar den actieven dienst overbracht — en zoo zün er nog tal van voorbeelden op te noemen. Vroeger was het militair kabinet, naar de Kolnische Zeitung doet uitkom men, eenvoudig een afdeeling van het Ministerie en stond het als zoodanig onder den Minister van Oorlog; later had echter een scheiding plaats otn uitsluitend persoonlijke redenen. Gene» raal Von Albedyll, gedurende vele jaren chef van het militaire kabinet, had een diensttijd achter den rug, die aanmerkelijk langer was dan dien van zijn superieur, den Minister van Oorlog. De wensch om dezen Generaal op zijn plaats te behouden, verder ook de bekende ongeneigdheid van Keizer Wilhelm lorn van oude medewerkers te scheiden, werd oorzaak, dat men ci* genlijk eenig en alleen voor Generaal Yon Albedyll persoonlijk de nieuwe zelfstandige positie van het militaire kabinet creëerde. Toen Generaal Yon Albedyll zich na jaren in het particuliere leven terugtrok, liet men echter de zaak onveranderd en de exceptioneele positie van het roililaire kabinet werd een vaste positie. De Kolnische Zeitung meeat nu, dat een zoodanige toestand niet proefhoudend is gebleken; want een instelling, die een zoo erkend bekwaam Minister als Yon Bronsart Yon Schellendorfï noopt om zijn ambt prijs te geven, kan niet vrij van blaam zijn. Zij zoekt echter daarbij de fout minder in da personen dan in inrichting zelf, welke dualistisch is, co dualisme acht het blad ge» vaarlijk in bet leger, waar strenge tucht en centralisatie een hoofdvoorwaarde zijn. De opvolger van Generaal Von Bronsart Von Schellendorf is, zooals reeds gemeld werd,deLuitenant-Generaal Von Goszler, die reeds vroeger aan het Departement van Ooi log werkzaam is geweest.
—Volgens officieele berichten,zija met het beste gevolg negenendertig oorlogsschepen van de manoeuvreerende vloot in dertig uur door het Keizer- Wilhelmkanaal gevaren, waaronder de grootste pantserschepen vao het type Brandenburg. Deze proefneming neemt, zegt de Nord-deutsche Allgemeine Zeitung, de laatste bedenkißgen weg betreffende de veiligheid en geriefelijkheid van het kanaal De Köln Zeitung verzekert echter, dat de doorvaart der grootste pantserschepen niet zonder nadeelige gevolgen voor den kanaaloever is geschied en op sommige plaatsen groote af kalvingen hebben plaats gehad.
De troonrede, waarmede de zitting van het Engelsche Parlement gesloten werd, begint met de verklaring dat de betrekkingen tot de andere mogendheden steeds vriendschappelijk blijven. Daarna wordt van de Donggola-expediUe gewag gemaakt. De voornaamste passage heeft betrekking op den toestand op Creta. De Koningin vermeldt dat strikte onzijdigheid tegenover de Turksche Regeering en de opstandelingen door Engeland betracht werd, maar dat in vereeniging met de andere mogendheden getracht werd een verzoening tot stand te brengen door het voorstel, om een stelsel van besluur in to voeren, waarmee zoowel Christenen als Muzelmannen zich konden vereenigen. Verder spreekt de Koninigin de hoop uit, dat de rebellen in Zuid-Afrika spoedig gebruik zullen maken van het aanbod van verschooning, door de Engelschen gedaan. Eindelijk worden de voornaamste wetten vermeld welke, in deze zitting zijn aangenomen.
— De Koninklijke commissie van onderzoek naar de werking der vaccinatiewetten, in 1886 benoemd, heeft eindelijk verslag uitgebracht. Zij verklaart zich voor handhaving van de strafbepalingen op nalatige ouders enz, maar oordeelt, dat zachter en omzichtiger toepassing in het belang van de goede zaak zou zijn en geeft verschillende wijzen aan de hand om hen, die te goeder trouw en uit overtuiging hun kinderen niet willen laten vaccineeren, niet op gelijken voet té behandelen mot degenen die dit uit louter onverschilligheid en zorgeloosheid verzuimen. Onder de bestaande wet, zegt zij, kan iemand die in tamelijk goeden doen is, ook herhaalde boeten gemakkelijk betalen, en ziet de arme zijn have verkoopeu en zich zelf naar de gevangenis zenden, omdat hij dit niet vermag. Echter zou de commissie wenschen dat maatregelen, om aan bet vervolgen van te goeder trouw van het verwerpelijke der vaccinatie overtuigde ouders een einde te maken, voorshands tijdelijk, b. v. voor een vijftal jaren, werden genomen. In geen geval behooren personen wegens deze overtuiging tot gevangenisstraf veroordeeld, naar het oordeel der commissie langer als misdadigers te worden behandeld.
— Nauwelijks van zijn reis door Bretagne te Parijs teruggekomen is de President der Fransche Republiek een tentoonstelling te Rouaan gaah bezoeken en van daar met de torpedo-adviesboot Saint Barbe, van zijn dochter vergezeld, over QuillebBüf naar Ha/^re wedergekeerd. Het.^artgig gint J^J langs Hontleur en 'werd door de hienigte, op het hoofd aldaar verzameld, toegejuicht. —Te Ghalons aan de Marne is onder voorzitiing des Ministers voor Onderwijs, Rambaud, een gedenk* teeken onthuld ter eere van wijlen President Carnot. Het bestaat uit een borstbeeld op een hoog voetstuk, door groepen zinnebeeldige figuren omringd. — Zooals altijd op den geboortedag van Napoleon I hebben de Bonapartisten den 15ea Augustus druk gebanketteerd, getoost, gedanst, en de republikeinsche bladen steken daarmede den draak. Het feest is ditmaal door iels bijzonders gekenmerkt in zooverre zekere Patrice Gondam;ne De La Tour (vermoedelijk een grappenmaker) Prins Victor heeft ken/u's gegeven, dat bij de ware Bonapartische traditiën wil hernieuwen, zich al va.t »Keizer van het Westen" noemend. Die heer zegt op te treden in naam eener «belangrijke groep" Bonapartisten en plebiscitairen. Hij schijnt tegenover de aristocratische Bonapartisten de democraten onder hen te willen vertegenwoordigen. Dat de eendracht onder hen te wenschen overlaat, blijkt ook hieruit, dat te Bordeaux twee afzonderlijke feestmalen gehouden zijn.
In het bekende kamp te Eisenbom bij Malmédy hebben sedert eenigen tijd schietoefeningen plaats, waarvan de Belgische bladen zekeren ophef maken. Naar men uit Brussel aan de Parijsche Temps schrijft, heeft naar aanleiding daarvan de Minister van Oorlog bij hejf Duitsche gezantschap aldaar inlichtingsn ingewonnen, *aar*>p hem o. a geantwoord moet zijn, dat die plaats voor het kamp gekozen werd, omdat de grond er goedkoop was en allerminst met het oog op een mogelijken inval iv België, ingeval van oorlog, aangezien de wegen van Malmédy naar de Belgische grens voerend, hetzij in de richting van Luxemburg of in die van Luik, voor militaire transporten allerongeschiktst zijn en Keulen voor zoo« danigen inval een oneindig beter uitn gangspunt wezen zou. De Belgische Minister, zegt de berichtgever der Temps, heeft zich met de verstrekte inlichtingen volkomen voldaan verklaard.
Aan den gemeenteraad van Zürich in Zwitserland is een officieel verslag uitgebracht over de ongeregeldheden, die daar in de laatste dagen der maand Juli hebben plaats gehad. Daarin wordt herinnerd dat, wanneer in de laatste jaren mishandelingen voorkwamen met messen, in de meeste gevallen Italianen de daders waren. Gedurende het afge« loopen jaar zijn in het derde district niet minder dan 1800 arre.taties door de politie gedaan, wel een bewijs dat zij waakzaam is, zegt het rapport. De ongeregeldheden in den nacht van 25 op 26 Juli moeten opgevat worden als de uiting van toorn over het dooden van een Züricber. Bij de tumulten en het vernielen van eigendommen door het volk, is de politie zeer werkzaam geweest. De toegebrachte schade wordt totaal op 9000 francs geschat. Merkwaardig is de mededeeling in het rapport dat op een der avonden ook de vrouwen steenen wierpen naar de politie en straatlantaarns door haar werden stuk geslagen.
De Prins van Napels, de Italiaan" sche troonopvolger, is te Cettinje aangekomen en met veel geestdrift door de bevolking ontvangen. De Prins hegaf zich eerst naar het paleis van den Kroon • prins Danilo en bezocht later Vorst Nicolaas, die hem aan den ingang van zijn paleis opwachtte. Er was een speciale eerewacht opgesteld, en de militaire kapel speelde het Italiaansche volkslied. Gelijk men weel, is er sprake van een huwelijk met een der dochters van Vorst Nicolaas. —- Zooals aangekondigd was, is de Generaal Raratieri werkelijk gepensionneerd en bij de reserve ingedeeld. De Tribuna beeft inzage ge'iad van een brief des Generaals aan een zijner vrienden, waarin hij het voornemen te kennen geeft om zijn ontslag te nemen als lid der Kamer en voortaan in alzondering te leven. Hij verlangt dat men zoo weinig mogelijk van hem spreke. i .—-—■—______________■__________.—_._— _ -
De Russische zaakgelastigde, Von Giers heeft thans officieel aan de Frao-che Regeering medegedeeld, dat de Czaar, de door den President der Republiek hem gedane uitnoodiging aannemend, in het begin van October - Pargg zal komen. Hij zal met zijn
D' voorzittj 4*l c -m-schrilende U>iamerciéele en iiA-»_:-iriëele vereenigingen te Parijs, hebben aan de syndicale kamers een circulaire gericht, bijdragen vragend om de Czaar en zijn Gemalin een kunstwerk aan te bieden.
In Bulgarije i 3 een ministerieele crisis uitgebroken. De Minister van Oorlog Petraff ca de Minister van Koophandel Natsjowits hebben hun ontslag gevraagd, eü het is zeer waarschijnlijk, dat het geheele Ministerie des Heeren Stoïloft hun voorbeeld zal volgen. Het Kabinet van den Heer Stoïloff, dat met zooveel geduld en zelfverloochening ac vet zoening of, zooals men in Bulgarije liever zegt, de »ver«* giffenis'' van Rusland wist voor te bee reiden, dat de deputatie met een krans naar het graf van Alexander 111 zond, den overgang van Kroonprins Boris tot het orthodoxe geloof bewerkte, voor Vorst Ferdinand den weg naar Peters» burg baande —■ dit Ministerie is, naar het .chijnt, no? altijd te zeer Bulgaarsch en te weinig Russisch geweest en daarom moet het geheel of ten deele heengaan. Zoo iets kon men verwachten, nadat weder eenconsul van Rusland te Sofia was aangesteld en na eenige veel*, beteekenende gebeurtenissen der laatste maanden. Al heeft Bulgarije na de verzoening niet «officieel" de hand van den bevrijder te gevoelen gekregen »offi«> cieus" is Rusland's invloed wel degelijk te bemerken Eerst trachtte men uit Rusland aan de zelfstandigheid der Bul* gaarsche Kerk een einde te maken en het Ministerie van den Heer Stoiloff moest alle krachten inspanden om dit --^ao te bouden. Spoediing4aarop .gaf Rusland te kennen, dat het gaarne de officieren die de samenspanning tegen Alexander Van Battenberg op touw hadden gezel, weder in het B^gaarsche leger zou aangesteld zien, hun de in Rusland doorgebrachte jaren als dienst-» tijd toerekenend, zoodat hun diensvolgens de rang van Generaal diende vero leend te worden. Ook daartegen verzette zich het Ministerie van den Heer Stoïloff, met name de Minister van Oorlog Petroff, wien deze z. i. voor het land en het leger beleedigende eisch zeer tegen de borst stuitte. Voorloopig schijnen echter zij, die zich met hem hiertegen verzet hebben, de nederlaag geleden te hebben. Daarom is het niet verwonderlijk, dat de Heeren Petroff en Natsjowits als eerste offers vallen. Niettegenstaande de Heer Natsjowits de portefeuille van Koophandel bekleedt, had bij nog grooten invloed in het Kabinet, waarin hij, naar men zich kan herinneren, vroeger Minister van Buitenlandsche Zaken en de ziel der Regeering was. Hij is er altijd tegen geweest om de gehoorzaamheid jegens Rusland te ver te drijven. Uit Pretoria komt bericht, hoe het gerucht dat de Transvaal een verdrag met een andere mogendheid zou hebben gesloten, officieel is tegengesproken. Het Hg' geenszins in de bedoelingen der Republiek, de bepalingen van de bestaande conventie te schenden. Volgens de Daily Telegraph, heeft de Transvaalsche Volksraad een resolutie aangenomen, waarbij aan 5000 personen, die de wapenen hebben opgevat om de republiek te dienen, tijdens en na den inval van Jameson het stemrecht is verleend. Mevrouw Bryan, doctores in de recho ten en medewerkster van haar man als advocaat, schijnt ook in den verkiezingsstrijd over het presidentschap der Vereenigde Staten vrijwat invloed te zullen oefenen. Men was het oneens over de keuze van het hoofdkwartier en nu moet zij hebben uitgemaakt, dat dit te Chicago zal zijn, en dit in overleg met den befaamden Gouverneur van Illinois Allgeld en het niet minder befaamde öenaatslid voor Carolina, Tillman.
Men wil in bedoelde keuze een bewijs zien, dat de zilvermannen bet tiebben opgegeven de Oostelijke Staten vopr hun zaak te winnen en nu bun krachten op de Midden-Staten willen samentrekken.
"De Nederlandsche Mail. Algemeen Overzicht,". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1896/09/17 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010294408:mpeg21:p001
"De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1896/09/17 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010294408:mpeg21:p001
Ik heb vóór mij liggen het vierde jaarverslag der Semarangscbe Ambachtsschool, loopende over het schooljaar 1895—1896 De inhoud van dat verslag toont aan dat er goed wordt gewerkt en dat de resultaten niet ongunstig zijn- Doch hierover wensch ik nu niet te handelen. Alleen over bylage vier van het verslag, te vinden op pagina tweeëntwintig en drieentwintig : naamlijst der contribuanten op ultimo Juni 1896. Deze lijst bevat in het geheel vijfenvijftig contribuanten. Van deze zijn er eenentwintig te Semarang gevestigd en zeven ervan zyn : een vereeniging (Loge), maatschappy of ban» delsfirma. Vijf contribuanten behooien tot de bestuursleden der ambachtsschool, en er schieten slechts negen particuliere, te Semarang wonende, contribuanten over, die niet direct iets met de schoM te maken hebben. Ik wil alleen naar aanleiding dezer cijfers vragen: Heeft hiermede Semarang werkelijk alles gedaan wat het doen kan voor zyn ambachtsschool ? Is met dat luttel aantal co _- tribuanten het kunnen van Semaraogs inwo nets reeds uitgeput, of hapert het alleen aan belangstelling ? En doet. in het laatste geval, het bestuur wel alles om die belangstelling op te wek ken ? Negen particuliere contribuanten voor heef Semarang, Tjanii incluis, voor een inrichting die zooveel steun noodig heeft en verdient, ik vind het wel wat min. Mogen er, na lezing van dit stukje, velen wordea {.evonden die het óók te min vinden, en die daarin verandering gaan bren* gen door tlink in hun weivoorziene beurs te tasten I Georgos.
"Ingezonden Stukken. De Semarangsche Ambachtsschool.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1896/09/17 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010294408:mpeg21:p001
Eigen Hulp.
Met belangstelling en verrassing las de ondergeteekende het ingezonden stuk, voorkomende in De Locomotief van 27 Augustus jl., onderteekend »Een X-Straler" en de daarop gevolgde repliek van Mr. C. Th. Van Deventer, opgenomen in De Locomotief van 28 Au» gustus jl. Mjjn verrassing was des te grooter omdat ik als commissaris der Semarang.che Bazar van af de oprichting onafgebroken tot heden, meende volkomen op de hoogte te moeten zijn van een zoo ingrijpende maatregel als de conversie der Bazar in een andere naamlooze vennootschap, terwyl my hiervan, toen ik de stukken las, nog niets bekend was. Bij nader onderzoek bleek mg, hoe de Heer E. t' Sas, directeur der Semarangsche Bazar, geheel buiten welen of voorkennis zijner commissarissen, aan de firma Van Buuren en Co. alhier de converteering der Semarangsche Bazar had opgedragen. Met niet minder belangstelling en verbazing las ik nu ook het prospectus van de door de firma Vao Buuren & Go. en mijn ambtgenoot Mr. G. Th. Van Deventer ainbevoleo onderneming. Dat prospectus, hoewel by duizenden exemplaren verspreid, was my niet toegezonden en kon ik.alleen door tu.-schenkomst vaa derden ter inzage krygen. Wellicht begrepen de auteurs van dat prospectus, zeer terecht, dat ik na mijn ruim zevenjarige ervaring, als commissaris met de Semarangsche Bazar opgedaan, toch geen aandeelen zou nemen in de geconverteerd. Bazar Eigen Htilp. Hoe het z\j, de cijfers duizelden mij voor de oogen, toen ik in het prospectus las, dat over het eerste halfjaar 1896 met de tokozaak »Semarangsche Bazar" een bruto winst was behaald van f 22731. Ik begreep er niets van, ook niet van de overtuiging der onderteekenaars van het prospectus, dat door uitbreiding der tokozaak in het winstcijfer nog veibeteiing zou kunnen komen. Ik had toch ruim zeven jaren lang den directeur der Semarangsche Bazar waargenomen, wanneer hij mij op de jaarljjksche a/gemsene vergade** ringen met «en bedrukt gezicht verzekerde dat in het afgeloopen boekjiT geen winst was gemaakt, maar verlies was geleden, ten bewjjze waarvan bij my de balans en de winst» en verliesrekening voorlegde, die ik dan ook onderteekende met diep medelijden voor den man, die zoo nutteloos zijn tyd en vlyt verspilde, en zonder oaderzoek, omdat de direcv teur eenig aandeelhouder was en ik hem vertrouwde. Ik viel dus letterlijk uit de wolken toen ik in het prospectus mocht lezen, dat er in ééo half jaar tyd met de Semarangsche Bazar bru'o f 22731. winst was germakt of netto f 8084.16, zooals in een mij op mijn verzoek toegezonden winst* en verliesrekening en balans stond genoteerd, la dit nu, dacht ik, het begin van de zeven vette jaren, na zeven magere dito's, toit f maar hoe durven dan de onderteekenaars van het prospectus Eig e» Hulp het te onder* schryven dat bij onderzoek van de boeken van. den Heer t' Sas hun gebleken is, dat mét de tokozaak ïSemaraogsche Bazar" aanzienlijke winsten (sic) worden behaald. Wellicht, denk ik, zijn alleen de boeken over bet eerste halfjaar 1896 door hen onderzocht en zijn de boeken der vorige jaren met*een Schieamm drüber ter zijde gelegd, maar in dat geval is ' het toch noodig, dat het prospectus eenigszins nader worde toegelicht, ten einde a. s aandeelhouders geen onaangename verrassingen of teüeurstelltngen te bereiden. Ocdergeteekende zou bet na zyn ruim zevenjarig commissariaat van de Semarangsche Bazar niet gaarne willen onderschrijven dat hetgeen door den Heer t' Sas buiten zyn inventaris en zyn debiteuren zal worden ingebracht een waarde vertegenwoordigt van f 115003. Dat dit bedrag onevenredig hoog is. tegenover een ree-Ie inbreng van f 110000.— is zóó duideiyk dat het geen nader betoog behoeft. Dat de Heer t' Sas dit bedrag in aandeelen en niet in contanten krijgt, doet niets ter zake. immers de aandeelen die de Heer l' Sas krijgt en die, welke de a. s. aandeelhouders koopen, geren bun respectievelyken eigenar .n gelijke rech» ten, dezelfde rente, hetzelfde winstaandeel en drukken bygevolg even zwaar de winst-en verliesrekening. Nu beweert Mr. Van Deventer wel, dat het feit dat de Heer t' Sas «an de door hem te verkrygen aandeelen een gedeelte zoekt te plaatsen, iets is dat met de wyze van oprichting der zaak niets te maken heeft, maar 'och, meen ik, sullen de aspirant-aandeelhouders er rekening mede moeten houden, dat de Heer t' Sas het recht heeft, onmiddellijk tweeduizend zyoer aandeelen van de hand te zetten en dat het zeer begrijpelijk is dat f 225000 m aan* deelen die de Heer t' has ijj^t, benniet hetzelfde belang ioboez-imen als de f 25000. , welk bedrag de Heer t' Sas ingevolge de concept statuten van Eigen Hulp verplicht is gedurende drie jaren in aandeelen le houden. Mr. Van Deventer beroept zich eindelyk tegenover den »X Straler" op de overtuiging der onderteekenaars van het prospectus t. o v. de mei Mgen Rulp te behalen winsten. Volgens dat prospectus zou die overtuiging berusten op een oaderzoek der boeken van den Heer t' Sas, maar muien dit juist is, spreekt ondt>rgeteekende hier zyn overtuiging uit, dat de boeken der Semarangsche Bazar van af de oprichting tot 1896 geheel buiten beschouwing zijn gebleven. Volgen, mijn opvatting leeft »X-Stra_er" zeer terecht gewaarschuwd tegen een licht» vaardige deelname in de op te richten zaak, al gebruikt hij wel wat vreemd de uitdrukking gronders voor «oprichters." Mjr. E. C. Godée. Semarang, 17 September 1896.
"De Samarangsche Bazar en da op te richten Naamlooze Vennootschap". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1896/09/17 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010294408:mpeg21:p001
loopende tot 19 Augustus.
Een comité is in de hoofdstad opgericht dat zich ten doel stelt, bij de kroning van Hare Majesteit de Koningin een boekwerk te doen verschijnen, dat de geschiedenis van bet Oranje-Huis zal vermelden. Een prijsvraag zal worden uitgeschreven, om een zoo nauwkeurig mogelijke beschrijving te waar* borgen; alle Nederlandsche schrijvers en letterkundigen worden derhalve in de gelegenheid gesteld mede te dingen. Verschillende professoren en geschiedvorschers van naam zuilen verzocht worden als juryleden op te treden. Ook zal aan verschil* lende bekende Nederlanders, zoowel op wetenschappelijk, politiek, letterkundig als artistiek gebied, verzocht worden .het boekwerk met een bydrage in proza, poëzie of wel illustratie te willen vereeren, opdat bij de aanbieding aan Hare Majestiet op den dag der kroning een zoo grootsch mogetyke uitgave het licht aanschouwe. De commissie van uitvoering bestaat uit de Heeren Ph. Van Gelder, voorzitter, Dirk Osseman, secretaris, en Jan Van Pokkum penningmeester. — Men schryft aan de Amst. Ct. uit 's Gravenhage: Toen de Generaal Van Der Heyden begin van dit jaar zijn zeventigsten jaardag vierde, by welke gelegenheid ook eenige journalisten tegenwoordig waren, die Bronbeek tegelijkertijd eene opnamen, werd door de vertegenwoordigers van Het VaderUnd, het Handelsblad en ook van de Amsterdamsete Courant geklaagd over de slechte verwarming van het Koloniaal Militair Invaiidenhuis Bronbeek. Met genoegen kan ik u nu mededeelen dat de Minister van Koloniën de geideu voor een centra] e verwarming van Bronbeek op de begrooting zal brengen, zoodat spoedig met het werk eeo aan-ang zal worden gemaakt. — Men meldt uit Haarlem : Op de receptie bij den R. K. bisschop die zyn vijftigjarig priesterschap, vierde, kwamen verschillende kitholieke Kamerleden, boo;_e geestelijken, de waarnemende burgemeester van Haarlem, verschillende katbo* heke vereenigen en corporation hun opwachting maken. — De gepensionneerde schout bij nacht K A. Stakman Bosse is overleden. De overledene ving zyn loopbaan bij de Zeemacht aan als adelborst op de Koninalyke MTer zake zijner verrichtingen bij de expeditie tegen de zeeroovers op het eitand ?ailoos in December 1860, verwierf hy zich een eervolle vermelding; in 4869, nadat hy het «erekruis met de gesp voor Boni bekomen had, gevolgd door een bijzondere tevreden» heidsbetuiging des Konings voor deexpeditie tegen Samalangen. In 1890 werd den toen- - maligen kapi'ein ter zee het ridderkruis van den Nederland chen Leeuw geschonken. Op de algemeene begraafplaats te 's Gravenhage werd den 18an Augustus in den familiegrafkelder bygezet het stcffelyk overschot van den gependonneerden schout bij • nacht K. A. Stakman Bosse. Een deputatie uit de vereeniging het Eereteeken voor belangryke kiijgsverrichtingen, wachtte met de banier de aankomst van der. atoet op en begeleidde het stoffelijk hulsel van haar eerelid naar de groeve, waaromheen zich een zeer breede schare actief dienende en gepensionneerde marine-autoriteiten en gepensionneerde hoofd- en verdere cfficieren van Zee- en Landmacht geschaald hadden. — Aan een particulier schrijven uit \okohama, ontleent het Vaderland, dat sedert de aankomst van onzen Minister-Resident en van den vice-Consul er weer eenige levendigheid is ontstaan by de Hollanders. Ook schynt de HollandscKe handel zich weder voor Japan (e gaan interesseeren; althans twee kooplieden uit Nederland zijn te Yokohama aange komeo, waarvan éen op zyn doortocht relaties aangeknoopt had met een huis (van onbekende nationaliteit) om Hollandsehe ïma__uf act uren te importeeren, terwijl de andere zich te Yokohama vestigt eveneens tot het aacknoopen van handelsrelaties. De correspondent .chryft, dat hy er het beste van hoopt. Maar het is bijv. twintig jaren geleden, dat Hollandsehe manufacturen in Japan aan de markt kwamen en sedert hebben Duitsche en Engelsche goederen een verbazende populariteit gekregen, zoodat het zeer moeilyk zal zyn het verloren terrein te herwinnen. —- Volgens door de Itaüaansche Trtóuna ontvangen bericht uit Massaua, is de «commissie "van onderzoek, in zake de opbrenging, van de Doelwifi, door de Begeeriog benoemd byeengekoaen en heeft zij den kapitein, de -eb-epsoffichren en de bemanning van het schip in verhoor yenomen. Officieel is nu vastgesteld dat zich 2477 kisten met geweren aan boord bevonden, waarvan sommige 13, andere 20 en de rest 30 geweren bevatten; samen ten getale van 50.000. Verder wai en er 2221 kisten patronen en 162 kisten sabels aan boord. Gelijk men weet, werd in de Italiaansche bladen medegedeeld, dat dior onze Regeering by het uitvaren van de Doelioijk een waarschuwing naar Rome gezonden was. Het Amst. Hbld. schrijft daaromtrent hel volgende: »Naar wy uit goede bron vernemen, is dit laatste juist. Niet alleen het Italiaansche maar ook het Spaansche Gouvernement kreeg van oe _en Minister van Buitenlandsche zaken de kennïFgeving, dat een Nederlandsch schip met wapenen en ammunitie Maassluis voor .en onbekende bestemming had veilateu. Beide Regeeringen konden dus haar maatregelen nemen Toen het schip eenmaal in de Middella_d.:che Zee was, mocht Spanje echter aannemen dat de lading niet naar Cuba werd gedirigeerd. > Reeds is gemeld-zoo luidt het bericht verder—dat de Doelwijk aan de Rotterdamscbe beurs verzekerd was vrij van molest. Het blykt thans, dat ook nog het molest afzonderlijk gt&saureerd was en wel te Londe 3 terwjjl volgens hen die het weten kun* nep, ook de waarde van het schip in klinkende munt was gedeponeerd, zoodat, wat ook bet lot van de Doelwijk moge .yn, de reedery fi.acc ièel althans geen schade lydt." Uit Rome wordt geseind dat aldaar den 13iea een telegraam uit Ma.saua is ont« vangen, volgens hetwelk na onderzoek der lading gebleken is, dat het geheele aantal gew.ren aan boord van de Doelwyk 50,000 bedroeg. — Men meldt uit Haarlem: Door verschillende bladen is medegedeeld, dat de door den Raad ie Amsterdam ontslagen onderwijzer, Den Hartog, zich tot Gedeputeerde Staten en desnoods tot den Minister van Binnenlandsche Zaken zou wenden met verzoek, het ontslag-besluit niet goed td keuren. Tot ca toe is hiervan niet gebleken, althans bij Gedeputeerde Staten is een zoodanig verzoek niet ingekomen. Dit college heeft de stukken, op de zaak betrekkelijk, om advies gesteld, in handen van den inspecteur van het lager onderwys, die heeft geadviseerd het ontslag te handhaven omdat zyn. inziens daartoe terecht is besloten en de wet in deze geen andere straf dan ontslag kent. — De geestelyke broeder N. die onlangs van uit Vaals naar Den Bosch werd overgebracht omdat hy verzuimd had te voldoen aan de oproeping tot het maken van inspectie, is thans ingedeeld by een der compagnies te 's-Hertogenboach. Gebleken is dat de Heer N., die geruimen tijd in Amerika vertoefd heeft, er heel onschuldig is ingeloopen, iets wat trouwens ook blykt uit zyn eigen aanmelding, zoodra hy vernam niet voldaan te hebben aan zijn verplichting. — Een jong officier van het eer.le regiment Infanterie te Assen zal wegens wangedrag voor een raad van eer moeten verschynen. — Het gerechtshof te Amsterdam heeft heden de vonnissen der rechtbank bekrachtigd, waarby Samson wegens beleedi^ing van den kapitein Mac Leod tot één maand en Lodewijks wegens uit fluiten der Koninginnen lat drie maanden gevangenisstraf veroordeeld werden. — Uit V Graven hage wordt gemeld, dat de aanleiding tot het verleenen van gratie aan den gepensionneerdén kapitein van het Indische 'eger, Van Vulpen hierin zou gelegen zij >, dat de in vryheid gestelde, die vóór zijn veroordeeling wegens verduistering van effec ten van zyn schoonmoeder, steeds geweigerd had te openbaren waar hy de stukken ver* borgen had, na het ingaan van zijn straflyd aanwyzirgen moet hebben gedaan, waardoor de geldtrommel ontdekt is en de waarder, zonder dat daaraan iels ontbrak, aan de eigenares of haar rechthebbenden konden worden teiuggegeven. <-— De officier, te Antwerpen gearresteerd, over wien allerlei geruchten liepen, dat hij tot het Ocst-lndische leger behoorde en wegens afdreiging was aangehouden, blykt niemand anders te zyn dan de iuitenant-kwartiermeesler B. D. Jochero, .ndertyd te 's Gravenhage by trommelslag ingedaagd, en by niet verschijning velbannen, eo thans wegens verduistering door de Belgische Re geering aan de Nederlandsche Justitie u tge« teverd.
—De juwelier Ed Voorzanger te Amsterdam, heeft zyn betalingen ges'aakt. De Heer Voorzanger is president der Amsterdamsche juweliersvereeniging. Te ruim vier ure in den nacht van 15 op 16 Augustus terwyl de bewoners in rust jagen, brak een zeer felle brand uit in de tapperij van R Kuypers aan de Boompjes te Rotterdam. In een beneden achtervertrek ontstaan, grepen de vlammen snel om zch heen en zetten terstond het taplocaal in lichie laaie, waardoor den tapper en zijn gezin de weg langs de trap werd afgesneden. Met de zijnen, zóó als zij het bed uitge% sprongen waren, «nelde hij naar een balkonnetje aan de eerste verdieping, in de hoop van daar uit, de straat le bereiken. Zij verkeerden in levensgevaar.
U.t hun hachelijken toestand werden zy verlost door den ko-üshushouder, D. W. Van Doodewaard en anderen de een ladder tegen het brandende huis plaatsten waarlangs nu het in angst verkeerendegezin in veiligheid gebracht werd-
Onheilspellend woedde intujschen het vuur verder, en door een lantaarn of luchtkoker langs de achterzijde van het hu;s loopend, kregen de vlammen vrij spel en deelden zij zich in zeer korten tijd aan alle verdieping gen van het hooge hu s mede. Reed. te half vijf stond het gehe .le gebouw van onder tot boven in volle vlauo. Alle bewoners waren nu evenwel in veiligheid en de buren gewaarschuwd.
Het bovenhuis wordt bewoond door den heer John Obl.nschlager, agent van buitenlandsche huizen.
De brandweer rukte van alle zjjden aan met handbrandsputten, stoomspuiten en stoombootjes van den havendienst, om terstond het vuur te bestrijden en te be« Houden wat mogelyk was. Het vuur scheen echter te spotten met die pogingen tot blussching. Uit alle verdiepingen sloegen de vlammen met woeste kracht, een ondragelijke hitte afgevend en weldra sloegen zij ook over op eeo achter het brandende perceel gelegen pakhuis, hetwelk zich tot de Scheepmakershaven uitstrekt.
Van dit pakhuis waren de zolders in gebruik bij den Heer A. Den Hoed, die er een grooten voorraad vlas had opgeslagen. Het lienedengedeelte van ditzelfde pakhuis was in huur by de firma E. P. Claus en Cj. en diende tot berging vau margarine, darmen, huiden enz. Net zoodra had het vtas vlam gevat, of de vlammen speelden over de zolders, zetten alles in vu ir en geen kwartier later sloegen ook hier de vlammen door het dak heen.
Aan blusschen viel niet te denken; alleen kon men nog trachten verdere uitbreiding te voorkomen. Vaa de zijde der Sche.pmakerthaven wierpen de stoombootjes »Havend'enst I" en «Gemeentewerken" een e.iorme hoeveelheid water op de vlaszolders, daarin trouw ter zyde gestaan door stoon-en handbrandspuiten die bovendien aan de Boompjeszyde» de handen vol hadden. En toch breidde het vuur zich nog verder uit. Van het vlaspakhuis sloegen de vl.nomen over op het zolderraampje van p_nd no. 54 in de Boompjes, bereikten daar den zolder en deelden zien aan de derde verdieping mede. Hier woont de conciërge van dit pand, G. Schrö« der met zyn gezin, terwyl de andere ver-, diepingen en het benedenhuis in gebruik zyn als. kantoren by de firma's Leo i. Andriess-». Ortt en Co. (Oberm.ndiger natuurlyk koolzuur) en de Holland American Colton Oil Company. Achtereenvolgens waren nu al in werking ge*. steid de handbrandspuiten 6,4,3,1, 7,20,5, 8, de s'oomspuiten van het Oostelijk en Westelijk stoomgemaal, en de stoombootjes van «Gemeente werken". «Havendienst 1 en 2" die alle te zamen een enorme hoeveelheid water in de brandende huizen wierpen. Langs de trappen, van de kantoren, overal waarmaareen uitweg was, baande het water zich in luwe massa's een weg, alle papieren, kantoorboeken, meubelen en wat niet al meer bedervend of in een papperige mass- omzet» tend
Byna vyf uren aan één stuk wierpen de spuiten onder de leiding van den eerstaanwezenden hoofdman, den Heer Milders, hun water onverdroten in de vuurmassa's vóór men met zekerheid kon constateeren dat het gevaar voor uitbreiding geweken was. Het was te 9j uur in den voormiddag, dat de eerste han 'brandspuiten inrukten, doch ook toen nog bleven alle stoomspuiten in werking. Ongeveer een uur daarna rukten ook deze successievelijk in, waarna men met eenige op de waterleiding geschroeide slangen gereed bleef om, waar hel noodig mocht blyken, (en dit was vcornamelyk op de vlaszolders), water te geven. Eerst nu kreeg men een juist overzicht over de aangerichte echade. De tappery van Kuypers met diens woning en de daarboven gelegen verdiepingen, bewoond door den Heer John Onlenschlager, zyn geheel uitgebrand; zoo ook de vlaszolders van den Heer A. Dea Hned met het dak van dit pakhuis; voorts het dak en de zolder van pand n°. 54 in de Boompjes, waar de genoemde kantoren gevest gd zjjn. Wat in deze hnizen niet door het vuur is ten onder gegaan, is door de enorme waterschade zoo goed als onbruikbaar geworden. Op de vlaszolders was naar schatting ongeveer 25000 a 30000 steen vlas geborgen, een waarde van circa evenveel guldens ver» tegenwoordigende. Dat ook de firma Claus & Co. groote waterschade beKep, behoeft niet gezegd; het vuur spaarde evenwel haar vetwaren. Hoe groot da hitte was tijdens den brand, blijkt hieruit, dat het lood van de aangrenzende daken grootendeels was gesmolten en in allerlei grillige gedaanten langs de muren was geloopan. De geheele Zondag werd er aanbesteed om de vlaszolders te ruimen ; hel vlas bleef voortdurend smeulen en vlamde bij het loswoelën telkens weder op. Geruimen tyd vertoefden de burgemeester, de directeur der gemeentewerken, de hoofdcommissaris van politie, de commissaris van politie J. W- G Strang en de havenme ster op het terrein van den brand. Peha've de verschillende spuiten was ook de reddingsbrigade reeds vroegtijdig in de Boompjes aanwezig, zoomede alle hooiden der brandweer. De schade is aanzienlijk. Te tien uren in den voormiddag werd naar het ziekenhuis gebracht de werkman der gemeente, levers spuitgast. Van Meurs, wonende Goudscheweg 1405, die een ge; deelte van een ladder, tegen de tappenvan Kuypers geplaatst, op het hoofd kreeg en ernstig verwond werd. Een groot geluk mag het heeten, dat het pakhuis, grenzende aan de vlaszolders, ge; spaard bleef. Hierin toch was een viy aanzienlijke hoeveelheid koolzuur voorhanden, zoodat by het vlam vatten van deze bergplaatsen de onheilen niet te overzien waren geweest. Assurantie dekt grootendeels de ecbade. Van den koffiehuishouder B. Kuypers verbrandde o. m. een bedrajr van f 600 aan bankpapier. De Heer A. D.n Hoed is voor zijn vlas verzekerd bij de volgende maatschappijen: Amsterdamsche Brand A ssur.-Compvan 1790 f 8700 The Palatine ksur.-Comp ...» 10,000 Ltoyl Beige. » 14,000 London Assur. Corporation. . . > 22,000 Brandverz-Maatschp. »De Nederlanden", te Zutphen . . » 12.000 Aachen Leipz. Vers. Act. Gesellschaft» 3000 Totaal f 69,700. Een deel van het vlas is door den brand beschadigd, het water, tot blussching gebezigd, heeft echter de grootste schade aangericht. De achterzolder van het pand, met een vrij grooten voorraad zaad, heeft niet geleden. Ruw geraamd is de schade wellicht op 50 a 60 pet. te stellen. In het geheel zal de schade aan gebouwen en goederen, daaronder begrepen de huizen aan de Boompjes, 50 tot 60,000 gulden bedragen.
"Nieuws uit Nederland,". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1896/09/17 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010294408:mpeg21:p001