I Voorraad Voorraad I I Loodarsenaat I WtiF Jffiü. B-K-L f-B-BSESS ______ Dl ____3_k BBMM ■__&___■ __B__ _______ r_ÏS^P?!_3_ •;"";,{. é_h £*3__Sh I i (vrAAII RpHMy ■—r-gffi) *_W* FHf BK PP Wmm t_PfTti^_i *_? $_y _ 'Jffjffijfll-BBi ____-_. H_f_r __B_k _[___ ______ mms__e__B _____■ H nu__ ■____ ________ _____ ___■ 1 in woorraad bi j 1 1 Voorraad Voorraad I Geen Stadie behoeft te worden onderbroken door overlijden van den vader, indien deze zioh tijdig heeft gewend tot G. J. M. KOPPEL, Tebing Tinggi 15
De Sumatra post
- 02-01-1915
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- De Sumatra post
- Datum
- 02-01-1915
- Editie
- Dag
- Uitgever
- J. Hallermann
- Plaats van uitgave
- Medan
- PPN
- 045042624
- Verschijningsperiode
- 1889-1942
- Periode gedigitaliseerd
- 1898-1942
- Verspreidingsgebied
- Nederlands-Indië / Indonesië
- Herkomst
- KB 1634 B1
- Nummer
- 1
- Jaargang
- 17
- Toegevoegd in Delpher
- 18-11-2014
Advertentie
Advertentie
1 MEDAN. TEL. No. 106. I &h9----!iE____Bß-__b_H-_9-_s__l^ IBrons Ruw-Olie IWegwalsen I Ruston Proctor Locomobielen I Kromhout. |. Motoren- Ruston stoom" . I Fafnir Benzine-Motoren. Proctor machines I Brooke Ketels I Thornycroft Scheeps- Straat" I IBoulton & Paul i Locomotieven. I Scrioos -Vlotorßn I c.MH! * Arbenz Vrachtautos* I Evinrude | I TELEFOON No. 106. 70,1 ____WÊWÊÊWË_9fëÊ!o- __S-HH______-_____H______________H
Mengelwerk. Brieven van Buiten.
Wanneer je een goed Jaar c*oor 't bmd van de Beloes en' de Attonis gedoold en geschommeld hebt, dan denk je, overigens in alle bescheidenheid, dat je niet alleen de rimboe, maar vooral de rimboe van de eeuwige onpfi'ijkheid, van 't naik-toeroen-sadja, behoorlijk liebt leeren kennen en dat je in 't opzicht; van klauteren en dalen niets meer te ondervinden hebt, aldus Brammetje in de „Loc . Ma* wanneer je dan op. een blijden morgen de baai van Endeh binnenstroomt en je ziet achter de blikken huizen en de dichte klappwbosseben dsdeljjk de zwaarbegroeide goenoeng grillig en kantig hóóg de lucht in g*an «! le z,el achter dieo eeraten goenoeng weer een tweeden, en achter dien tweeden weer een derden en achter dien derden nog een Heel nsje - de een al grilliger en hoekiger, scheever en stijler en vooral bóoger, dan det, ander - dan bearijp ie J»n Fuselier als hij liores het zwaarste en ongenaakbaarste patrouillegebied van Heel onzen smaragden gordel noemt. 't Is hier geen land van koedas en bekassis, tenzij je langs de nieuw-getraceerde wegen eu langs de de kust blijft —en vooral 't lend achter Endeh is niet voor vierhoevijen geschapen: zelfs tweebeenigen, die niet toerah en orang goenoeng geboren werden, hebben dikwijls meer dan meuschelijke 'jioeite, niet alleen om vooruit te komen, maar foral om hals, armen, beenen en de rest van 1 brooze menscbenhnlsel niet hopeloos te fetter te valien. 't Land is groener, minder dor dan de vale gpenoengs van Timor; bijna overal dichte en jieestal maar op goed geluk geplante klapperjosscheu, bijna overal boomen en dichten plantengroei. Al 't volk rondom Endeh leeft H-n de klapperteelt, die er als volkscultuur bestaat —en als de Makassar-boot moet kojnen, schommelen overal voor de aanlegplaats ,je hoog met coprab beladen prauwen van de Chineesche handelaars en is het den heelen (Jag in de Chineesche kamp wegen eu pakken en stapelen van de coprah, die de bevolking aandraagt. En zoodoende n ook 't leven voor de toerahs geen zwaar of moeilijk — de klapperboomen groeien van zelf en even van zelf groeien de klappers weer aan die boomen. En als de klappers rijp zijn, haalt de toerah de vruchten uit zn boomen en stapelt ze op voor zn kamponghuis, om ze dan, na 't primitieve indrogingsproces, rustig naar den Chinees te dragen en er 't geld op te strijken, dat ook alweer voor hem als zoodanig bijna geen waarde heeft, tenzij hij wat meer met bapa kompenie in aanraking is geweest. Natuurlijk is de toerah lui en smerig, ongewat schen en ... brutaal. En hij heeft zoo zn eigen begrippen van arbeid en arbeidsvoorwaarden. Een djoeroebasa — cok hier zijn die merkwaardige kruisings-producten inheemsch — deed me een schoon verhaal. Vooraf zij gezegd, dat een djoeroebasa hier eigenlijk een nog merkwaardiger verschijnsel is dan ginds in 't snd van den Lakaan en den Lakiri. Want Vis je van plan bent voor een dag ot wat de ■oenoeng in te gaan, terwijl je als verstandig huitenmenscli nog geenerlei begrip hebt van al de dialecten en dialect jes, die in den goenoeng gesproken worden, dan vraag je aan „'t civiel" een djoeroebasa, die den eveneens 'ei vielen prijs van een soekoe per dag verdient. En dan zie je 's morgens, nadat je in onmachtige wanhoop eerst een paar uur op je koelies gewacht hebt—ik heb nog geen enkele Endehnees , ontmoet, die haast had, tenzij op 't voetbalveld langs de pantei (a) — een factuurtje arriveeren enfin, ces factuurtje, dal je levendig djoeroebasa Petrus of Gabriel herinnert. Een kostelijk schoft je», dat een mondjevol MaleJßcb spreekt, een afgelegden hoed en dito militaire jas en broek di aagt, dat nergens den weg, maar vermoedelijk overal waf te gappen weet, dat door een van dienstijver blakenden djoeroetoelis op den pasar is ingehuurd en absoluut geen enkele andere aantrekkelijke eigenschap bezit, dan dat hij geen Christen, maar wel ijverig Mohammedaan W. Alzoo was ook deze djoeroebasa. En toen dit exemplaar nergens deu weg wist en de toean zich daarover natuurlijk krachtig verwenderde, verontschuldigde de groote man zich beleefd: ,de toean moest het niet kwaljjk nemen, maar djoeroebasa was eigenlijk maar een bijbaantje voor hem*. Feitelijk was bij politie-oppasser, maar als nu zn klappers rjjp werden en geplukt moesten worden, dan vroeg hjj ontslag en leverde geboterbiesde jas en broek weer in. Daarna ging hij naar zn klapperkebon, behartigde zn cultuur-zaken en wanneer alles iv orde was, ging hij weer naar den toean „Skebber" (l) en vroeg andermaal voort veelomvattende ambt van „oppas" in aanmerking te mogen komen. Hij moest dan wel eens een tijdje wachten, maar had^ al oppassende, zooveel Ifeteisch geleerd, dat lijj in die vrije dagen •tenminste uu en dan een paar soekoes als 'djoeroebasa kon verdienen. s,H_", meende de toean, die dienzelfden dag driemaal verdwaalde en een dikke twee uur te laat in 't bivak kwam, dank zij den oppas, die geen djoeroebasa en den djoeroebasa, die geen oppas was. En hij herdacht weemoedig den grooten Kobus en Loewan Bere, 'ex-sergeant van de pradjoerits — r. i. p. 1) pantei ss kust, strand. 2) skobbor— civiel-gezaghebber.