GEBEDEN IN STERVENSGEVAAR. Een Eeiw. Heer Pastoor heeft voor ons een populaire handleiding opgesteld voor leeken, welke iemand kunnen bijstaan, die in stervensgevaar verkeert. Z. E. heeft hiervoor geschreven bijzondere aeten van geloof, hoop, liefde en berouw, ook van volmaakt berouw, en enkele vragen en korte verzuchtingen. Reeds vóór eenigen tijd hebben wij de E.E. H.H. AALMOEZENIERS van het leger met deze kerkelijk goedgekeurde uitgave in kennis gesteld en wij mochten van hen bewijzen van instemming ermede ontvangen. Enkelen van hen hebben het geschiiftje onder de militairen verdeeld. Voor verplegers en verpleegsters en hospitaalsoldaten kan het van groot nut worden. • Omdat ook in gewone omstandigheden in elk gezin door plotselinge ongevallen stervensgevaar kan ontstaan, wordt ons geraden, het geschriftje algemeen verkrijgbaar te stellen, tegen matigen prijs. ## Na VOORUITBETALING in postzegels of per postwissel leveren wy het, vier bladzijden, groot 19 bij 12% c.M., op stevig papier, a 2 Cent per stuk, a 71/- ets. per 5 ex., alO ets. per 10 ex., a2O ets. per 25 ex., a 75 ets. per 100 ex., a f 2.50 per 500 ex. en a f 4.25 per 1000 ex. Boekhandelaren genieten het gewone rabat. Administratie .TIJD" en „AMSTELBODE".
De Tijd : godsdienstig-staatkundig dagblad
- 19-10-1914
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- De Tijd : godsdienstig-staatkundig dagblad
- Datum
- 19-10-1914
- Editie
- Dag
- Uitgever
- Gebr. Verhoeven
- Plaats van uitgave
- 's-Hertogenbosch
- PPN
- 832688045
- Verschijningsperiode
- 1845-1959
- Periode gedigitaliseerd
- 1845 t/m 1959
- Verspreidingsgebied
- Landelijk
- Herkomst
- KB C 236
- Nummer
- 20422
- Toegevoegd in Delpher
- 20-11-2013
Advertentie
Advertentie
P. G. BRESSER, Leidschestr. 13, Telefoon G 544. DAMES-TAILLEUR. COSTUMES VAN AF f 55.—. MIRANFs Pïanoïiandel, Westerraarkt 29. Tel. 9905. Prinsengracht 289. Vertegenwoordiger van V. Berdux, Miinchen. (Advertentie.)
DE OORLOG. Van de oorlogstooneelen. — De taktiek der Russen. — Tweeërlei uitlegging. — Een oordeel van prof. Von Liszt. — Duitschland en België. Van de oorlogstooneelen.
f In de wereld der oorlogsberichten blijft een betrekkelijke stilte heerschen. De Fransche linkervleugel dringt langzaam maar gestadig den Duitschen rechtervleugel achteruit, in het front der ontzaglijk uitgestrekte slaglinie blijft de algemeene toestand onveranderd en bij Verdun slagen de Duitschers er tot dusverre niet in de gemaakte bres in de Fransche verdedigingslinie (camp des Romains bij St. Michiel) te verwijden. Hoe groot het Belgisch leger is dat - na eenige dagen van zijn vermoeienis te hebben uitgerust — generaal Joffres strijdmacht zal versterken, wordt niet gemeld, doch uit de jongste opgaven van Belgische zijde, moet men opmaken dat het gros van dat leger, hetwelk aan de ijzeren omarming der Duitschers onsnapt is, ongeveer 80.000 man bedraagt. ln het Oosten wordt hevig gevochten en bij Przemysl in Oalicië èn bij Warschau in Polen. Vooral omtrent den afloop van den strijd bij laatstgenoemde stad valt niets te voorspellen. Volgens den Petrogradschen correspondent van die »Times« koestert men in de Russische hoofdstad omtrent het zegevierend resultaat — voor de Russen — van den grooten strijd, die thans in Polen wordt gevoerd, geen twijfel. Wat de sterkte van den vijand betreft, deelt hij mede, dat de Duitsche legermacht aan de Pooische grens over vijf veldkorpsen, acht reserve-korpsen en vijf landweerkorpsen beschikt, in het geheel dus 18 korpsen. Maar de distributie van de Duitsche legers wijst er op, dat ook nog andere strijdkrachten aanwezig zijn. De vroegere mededeeling, dat er 22 Duitsche korpsen ep de Silezische grens staan, was niet volledig, daar ook nog sterke landstormformaties en landweerbrigades in de reserve staan. Volgens een matige schatting zouden, voor zoover bekend is, thans ongeveer 1.500.000 Duitsche soldaten in dit gebied zijn bijeengetrokken, ongerekend de Oostenri'ksche troepen, die met zes legerkorpsen of ongeveer 270.C00 man, aan het Silezische front staan.
De tactiek der Russen.
Er heerscht m Engeland blijkbaar verschil van meening over de taktiek der Russen die weliswaar een zeer groote Duitsch- Oostenrijksche macht in het Oosten vas - houden, doch op de operaties der Duitschers in Frankrijk toch niet dien druk uitoefenen, welken men aanvankelijk ver- Wacht had. Rusland, zegt de »Manchester Guardian«, was veel vroeger gereed mee zijn militaire mobilisatie dan Duusch and en Frankrijk verwachtten — en Rusland heeit, toen het den rechtervleugel der Oostenrijksche treepen in Galicic terugdreef, den dienst vergoed dien Frankrijk het bewees, dcor den eersten schok op te vangen, — maar in andere opzichten geeft Rusland den bondgenooten, aldus de »Manch. Guardian«, reden tot teleurstelling. In plaats van den Duitschen tegenstand uit ie putten door een voortdurende overstrooming met groote troepen en onophoudelijken druk op de grenzen, gaat het in het Oosten nog slechter dan in het Westen, geeft de veldtocht in Rusland nog meer »ups and drowns« dan die in Frankrijk. Op dit oogenblik zijn de Russische troepen zelfs minder vooniitgekomen — dat wil zeggen verder teruggetrokken — dan zij aan het einde van de eerste oorlogsmaand waren. Dit brengt den »Manchester Guardian« in ietwat sombere en tegenover de Russen gemelijke stemming. Doch de Petrogradsche correspondent 'van »Daily Telegraph« oordeelt anders. Hij vestigt er de aandacht op dat Rusland volstrekt niet de uiterste grens van oorlogstoerusting bereikt heeft zooals Duitschland en dat het van tijd slechts te winnen heeft. Tijd versterkt Rusland's kracht verreweg meer dan waarop Duitschland nog kan hopen. Natuurlijk -zou het Dutischland meer geleken hebben op eigen gebied te strijden, waar een uitstekend spoorwegnet en volmaakt auto-transportwezen de kracht van zijn troepen zou hebben verdubbeld, door. een vermeerdering der beweeglijkheid. Om soortgelijke redenen geeft Rusland er de voorkeur aan op eigen gebied te vechten en dit zal nu ook plaats hebben. Vroeger zouden overwegingen van zelfgevoel en prestige wellicht het onmogelijk hebben gemaakt zonder strijd den vijand zoo ver het land in te laten komen, maar thans is het eenige doel de vernietiging van het vijandelijke leger .en alle andere overwegingen zijn hieraan onderschikt. De eenige krachtige offensieve beweging der Russen, op eigen initiatief ondernomen, was generaal Rennenkampf's opmarsdi in Oost-Pruisen, maar die had alleen ten doel den druk op de bondgenooten in Frankrijk te verminderen en in zooverre had zij succes. De Russen hebben blijkbaar bedoeld de Duitschers tot een strijd te nopen onder voor dezen ongunstige omstandigheden en dat zal wel de reden zijn dat de groote slag wordt geleverd langs Weiehsel enSau en niet op de grens van Silezië. Zóó is dezelfde gang van zaken zelfs voor Rusland's bondgenooten vatbaar voor een pessimistische en voor een optimistische uitlegging.
FEUILLETON. LIEFDE BOVEN EER.
16)
■»Tct veel, miinheer, tct heel veel! Zij hebben gediend, om mijne overtuiging te bevestigen en te versterken, dat de grondslag en de trcn van een geUUdg leven, een braaf gemoed een natuurlijk en eenvoudig hart ïs.vat de vereeniging van die drie dingen de verwezen ij ung is dier schetsen van welsprekende zedeu.e.r en lofwaardige voornemens, welke in uwe wereld slechts stelsels zijn en blijven. Wat ik geleerd heb heft mij bewezen, dat de meest volmaakte cpvceding niets leert dan, dat €r ;__ de varvulling van een plicht, hoe eenvoudig, _,ce nederig deze ook zijn moge, meer ware grootheid ligt, dan in die lakeien- Phiicscphie, die daarin bestaat, -files wat de menschelijke natuur vereert en verheft te erkennen of (e minachten.* „ »wat spreekt gij mij daar vau plichten ?« ™c«g de vader levendig ; »welke zijn oie plich*en voor u ?,. mii ef' =*' wei;i' dat er een VIXUW is' 'd-_ teêd "ue" 'nT""e Il:c*'* gevüe<-'> nle- moedei-lijke heeft- *•• ni- ais arjTl verlat;-n kind verpleegd arni-rl w"e* dl**- er een man is, die den ca V» v-'Avaarloc;de opgevoed, < nderwezen -t man gemaakt heeft,"en die de heiftvan zijn gering vermogen heeft verkocht, om mij van den soldatenstand te beviijien. Wat gij niet weet, is dat zij eene eenige dochter hebben : de beminde zuster van mijne treurige kindsheid.« »En hebt gij haar bedrogen ?« zeide de generaal glimlachende. »Gij alleen, vader, kunt mij voor laf en laag houden, zonder dat ik zulk een beleediajng wreek, gelijk het behoort! Ik temin haar" en heb mijn woord gegeven, haar te zullen huwen.» »Het woord van een kind, dat de wind doet verstuiven! Als gij haar slechts bemint, zie ik niet in, dat gij iets hebt gezegd, hetwelk van verre cf nabij iets geme;ns heeit met dat groote woord': plich.en.<* » Welnu, dan zal ik u zeggen, wat ik ender plichten versta, ik die door het volk ben opgevoed : ik meen niet van dat volk, dat g*'j en vws gelijken «verlicht» hebt, maar van dat eerbiedwaardige en edeïe volk, dat het land bewoont, levende tusschen den hemel en dien bloeienden grond, weike ens draagt en voedt. Ik maak een deel uit van dat vreedzame vclk, hetwe'k het leven doorkruist, zonder anderen stuurman dan een priester, zonder ander onderwijs dan de wet des Heeren, zonder andere wijsgerige, stcf'elijke of zinnelijke verklaring van ens leven hier ep aartte, dan die eenvoudige en christelijke omschrijving : Leven om te arbeiden, sterven cm te rusten. -•Morie henielsche muziek,» merkte de. generaal cp.
»Gij hebt hetgeen ik daar zooeven zeide met den rechten naam genoemd,» gaf Gabriel ten antwoord. »Het Spaansche vol;- heeft zich een wetboek van eer gevormd, .waarvan de wetten voor mij onverbrekeli*ke plichten zijn-« »En wat, vroeg degeneraal op een toen van bitteren spot, wat zegt dat wetboek, waarop gij u zoo schoolmeesterachüg beroept, wanneer men zich docr een huwelijk verlaagt?» '•Senitor,» antwoordde Oabriël op vasten toen, »dat wetboek neemt den ondankbare een ïrsensch van slechte geboorte.» De generaal haalde de schouders cp. »Dat wetboek,-- vervolgde Gabriel ep denzelfden toon, »eisdit, dat den man, die een eed gedaan heeft, en die zijn woord breekt, met een gloeiend ijzer op het voorhoofd gedrukt worde, het woord: eerlcoze!» . De generaal maakte eene beweging van ongeduld. »Het eischt ook, dat hij, die een vrouw bedriegt, en verlaat, na haar de huwelijksbelofte gegeven te. hebben, met de vingers nagewezen en een schurk genoemd worde.» De generaal wilde spreken, maar Gabriel vervolgde, zonder zich in de rede fe laten vallen : «Eindelijk, mijnheer, dat weibeek van eer en geweten treft hen, die in ouderdom den vader en de ir.-ed-r verlaten, die hen hebben opgevoed; het veroorlooft, dat men zulken in het aangezicht spuwt.» Bij het hooren van deze laatste woorden werd de generaal vuurrood, alsof een koord hem di keel toeneep, toen verbleekte hij en wierp op zijn zoon een scherpen doordnngenden blik. Beiden bleven zoo eenige minuten, 'terwijl de generaal beefde en verschrikt was als de schuld, Oabriël streng en kalm als de onschuld. Teen hij de bescheidene koelbloedigheid van den jongen man zag, hield de vader zijne aandoening in en mompelde tusschen de tanden. -Neen, neen ! hij weet het niet! Wie had het hem kunnen mededeelen?» vervolgens zijne aanmatiging en trotsche houding weder aannemende, zeide hij tot zijn zoon : »Voor alles, zeg naj, hebt gij wel eraan gedacht, waaraan ge u blootstelt door openlijk tegen mij in verzet te komen?» >Vader,« antwoordde Gabriel steeds kalm blijvende, »waarom dreigt gij mij? Waarin kan ik u beleedigd hebben? Hebt gij mij niet geleerd, dat de mensoh vrij is? Hebt gij mij niet duizenden malen herhaald, dat hij zich aan niets moet onderwerpen, voor niets moet buigen? Waarom zou ik dan, ik, die bij mijne meerderjarigheid niets anders verlang, dan "bescheiden! over mijn eigen lot te beschikken, en mij te kwijten van wat ik als een aangenamen plicht van mijn geweten en mijl hart beschouw, waarom zou i& die vrijheid niet bazitten ?« »Maak toch eens een einde aan die poëtische 5 dwaasheden, aan die romantische buitensporig» heden,» zeide de generaal, met den voel op den grond stampende, ,en laten wij verstan| dig spreken. Ik heb een huwelijk voor u cD het oog met de dochter van Sanchez, die niet alleen een goeden bruidschat geven zal als wi er » slagen, hem de plaats te ver^haffen dte Ö beSeeHt'^ar die °3k aatt 2*ï schoonzoon Jet d^Y* Van !temnKn » borgen £ je^ district X, voer de kamer der afgevaardigheFcl 161^66106' ifc' Sennor? Gi* maal*t gekzijn arom ZCUdt g'j geen Sedeputeerde kunnen «Waarom? heb ik den stand, het vermogen.' "e kennis de ondervinding, de populariteit, het T ' e daar.voer vereischt worden ?« »Laat die mooie phraseu achterwege en word een verstandig mensch, anders bespot men u. word gedeputeerde, dan zal het u gemakkelijk van-en, een gcede positie te verkrijgen. Ik hoep dat deze schitterende toekomst u toelachen zal« >Neen, senncr,» zeide Gabriel ep vasten toon. »Hoe! Gij weigert alles? En waarem?»
Duitschland in België.
De zwart-wit-roode — Dui'scf.e -^vla£" gen wapperen van de openbare gebouwen en de torens in België, de Duitschers zijn op dit oogenblik daar heer en meester. Of dit zóó blijven zal? De loop der Strategische gebeurtenissen met het vredesverdrag tot slot moet op deze vraag het antwoord' geven. , , . Of men in officieele Duitsche kringen voor een blijvende heerschappij over België, voor een inlijving van dat land dij net Duitsche rijk veel gevceit ? in ?f* correspondentie uit Berlijn aan de »N. K. U« lezen we o.a. het volgende: »Mijn indruk dien ik uit gesprekken met vele menschen van beteekenis en kennis van zaken gekregen heb, is,dat men meiminder waarde hecht taan he beat van het land, dan aan den indruk, dien een grootmoedige houding in dezen op ac wereld zcu maken. Men heeft hier over net geheel genomen toch geen lattdhonger, zelfs niet in militaire kringen, tenminste met wat Europa betreft. Het voorbeeld van Oostenruk met zijn vele nationaliteiten verlokt niet tot navolging. Men heeit al genoeg aan de vreemde elementen, die het rijk tegenwoordig omvat. Daar komt neg bij, dat men hier zeer wel inziet, dat men Engeland volkomen zou moeten verpletteren, voor men in het ongestoord bezit van Antwerpen zou kunnen komen. o°ed m%e' lichte liedien, zelf felle nationalisten, antwoordden mij, toen ik mijn twijfel aan de inlijving van België uitte: Ja. w*;. we!.^* helaas, dat er yeel kans is, dat g'J geuj-c krijgt « Intusschen denken de nationalistische bladen, voor wie er niets verhevenere niets heerlijkere, niets liefelijkere, niets aanbiddelijkers bestaat dan de Duitsche gepantserde vuist, er geheel ander-s over. Zii proclameeren hoog van den toren: »houden wat we hebben !« En zijn zelfs uit hun humeur vanwege een — blijkbaar officieus artikel — in den »Lokal-Anzeiger«, hetwelk tegenover België een zeer zaehten en verzoenenden geest ademt.
Een oordeel van prof. Von Liszt.
i Terwijl voor de rechtbank te Serajewo de behandeling plaats heeft van het proces tegen de moordenaars van wijlen aartshertog Frans Ferdinand, den Oostenrijkschen troonopvolger, en zijn gemalin hertogin Sophie von Hohenberg, geboren gravin Chotek, is het wellicht niet ondienstig een oordeel aan te halen van den bekenden Berlijnschen hoogleeraair in het strafrecht Franz von Liszt (een neef van wijlen den .vermaarden componist), die in de Juli-aflevering van de »Deutsche Strafrechtszeitung« een kort artikel heeft geschreven over de : »Rechtelijke gevolgen van den dubbelen moord te Serajewo«. Na een uiteenzetting van de toepasselijke strafrechtelijke en strafprocessueele handelingen, komt hij ook te spreken over de volkenrechtelijke betcckents van het gebeurde en zegt : »Tot volkenrechtelijke strijdvragen zal het geval wel geen aanleiding geven. Natuurlijk is Servië van volkenrechtelijk standpunt beschouwd, verplicht, tegenover zijn onderdanen, die bij d?ze zaalbetrokken zijn, op te treden overeenkomstig zijn wetten. Diplomatieke vertoogen van de Oostenrijksch-Hongaarsche regeering tot Servië, waarin gewezen wordt op get noodzakelijke van een spoedig en krachtig ingrijpen zouden de grenzen der volkenrechtelijke gebruiken niet overschrijden. Een Berlijnsch blad heeft gemeld, dit de Oostenrijksche regeering aan Servië den eisch heeft gesteld, dat aan de Oostenrijksch-Hongaarsche autoriteiten de voortzetting op Servisch gebied zou worden toegestaan van het in Bosnië ingeleide onderzoek. Deze eisch zou intusschen als ongewoon ca niet steunend op het volkenrecht moeten worden gequaüfioterd. («Diese Fördomng wurde allerdings als ungewchnlich und mi Volkenrecht nicht begründet bezeichnet werden müssen«). Doch het bericht is tot dusverre niet bevestigd geworden en zal ook wel berusten op een misverstand.* Zóó s™ree' de genoemde hoogleeraar in Juli. welkeen geheel andere uitkomst dan hij vermoedde heeft de ioop. der gebeurtenissen ( gehad. Zcu de Berlijnsche hoogleeraar ook thans nog aldus schrijven ? »\Vo alles lieot kann Kari allein nicht hassen,« zegt Schuier...
Het tekort aan officieren.
In de „Köln. Ztg." vindt men de doodsadvcrtentie van een „vaandrig en compagniescommandant" van nog niet 17 iaar, H. J. v. Muller. Als iets het tekort aan officieren teekent bij verschillende regimenten van het Duitsche leger, dan is het wel dit feit, dat een vaandrig van nog niet ten volle W W een compagnie commandeert.
GEMENGDE BERICHTEN. Hulp voor België.
In Canada, waar men zeer begaan is met het treurig lot van België, worden overal in het land commissies gevormd, om de Belgen te hulp te komen, De „Women's Canadian Club" te Ottawa heeft reeds balen vol kleederen voor de noodlijdenden afgezonden en tevens een som gelds voor hen bijeengebracht. De regeering van de Dominion heeft 50.000 doll. beschikbaar gesteld en de provincie Quebec eveneens, de provincie Alberta heeft 5000 zakken meel gegeven, Nieuw-Schotland rust een reddingsschip uit en andere provincies zullen dit voorbeeld volgen. Het Huis van Vertegenwoordigers van Australië heeft een gift van 100.000 £ voor de Belgen toegestaan.
Anti-Duitsche betooging in Engeland.
De politie te Londen heeft, naar aan het „Hdbl." gemeld wordt, Zaterdag een inval gedaan in het Weensche koffiehuis in de New- Oxford Street en daar ongeveer twintig kellners in hechtenis genomen. Een menigte volks vernielde dien avond een aantal winkels van Duitschers in de High Street. Eerst nadat de politie versterkt was, slaagde zij er in de orde te herstellen. Verschillende personen werden in hechtenis genomen. Ernstige anti-Duitsche woelingen hebben, meldt Reuter, Zaterdagavond te Deptford (voorstad van Londen) plaats gehad. De door Duitschers gehouden winkels werden geplunderd; een werd zelfs in brand gestoken. Er zijn troepen heengezonden.
Het zeegevecht bij de Hollandsche kust.
De Engeische legatie te 's Gravenhage deelt v het volgende mede : De Britsche torpedojagers werden in het gevecht van gisteren slechts licht beschadigd. Het feit, dat geen Engelschman werd gedood slechts vijf werden gewond, is een sterk bewijs voor de superioriteit van ons geschut; 31 Duitsche overlevenden werden krijgsgevangen gemaakt. Ministerie van Buitenlandsche Zaken, Londen.
Als de blaren vallen.
De burgemeesier van Weimar, dr. Kaysel,. die als riserve-officier bij het Dtutsche leger te velde is, heeft aan een plaatselijk blad. te Weimar een veldpostbrief geschreven gedateerd van 3 October, waarin luj o.a. schnjit : »Oiskrèn was de Keizer bij ons. Wat hl] ze.de klonk zoo opg_ewekt en zelfbewust en stemüe ons zoozeer toT vreugde, dat ik er. gaarneies van wil laten doorwerken ,in Weimar. »i\u, jongens, voordat het loof van de boomen valt, zullen we allen weer in het lieve vaderland zijn,* aldus was het slot van zijn begroeting. »Voor ons« - zegt de schrijver — »2"--.°'e woorden het bewijs voor het rotsvaste vertrouwen van den Keizer in de overwinning ocr Duitsche wapenen. Hedenmiddag was ook oe rijkskanselier iv ons dorp, om zijn zwn bezoeken, die bij de lijfkurassiers uit Breslau dient. Ik heb den kanselier e*u heelen tijd cp den weg zien staan. Hij was vrcolijk ge*tand eu wat hij zeide omtrent den toekoinstigen toestand in Europa, wees crop, dat "ij aaaroij uitging van het als van zelf sprekende volkomen succes van Duitschland.» Als de blaren vallen . »N. v. u. l*-4
De In beslag genomen „Komeet”.
De Engeische legatie te 's-Gravenhage deelt mede : De Admiraliteit deelt "ader het volgende mede omtrent het buitmaken van het Duitsche hulp-zeüschip »Komeet«.
De »Nussa« kreeg den 9en October, onder bevel van kapitein-luitenant ier zes "ackscn, aan wien was toegevoegd luitenant-kolonel Paton en een detadhement infanterie, last om de :>Kcmeet« op te sporen, die van Nieuw-Guinea meest komen. De expeditie slaagde volkomen en de >Komeet« werd genomen mét een complete inrichting voor draadlooze telegrafie aan bocrü. Er waren geen verliezen. De kapitein, vier officieren en 52 inlandsche matrozen werden gevangen genomen. De Komeet* is thans in dienst gesteld als schip van Zijner Maiesteits zeemacht in Australië. (w.g.) GREY, Minister van Buitenlandsche Zaken.
„Brummers” voor Belfort?
Aan de >Kölnische Zeitung« wordt uit Zii. rich gemeld, dat het zware Duitsche geschut in den Elzas is aangekomen en ten Oosten van Belfort is opgesteld. Er werd hevig gestreden. De Duitsche troepen maakten slechts geringe vorderingen.
In de handen der Russen.
Een bericht uit Weenen aan het «Berhner TblU meldt, dat de Grieksch-katholieke Metropoliet van Lemberg, die door de Russen werd gevangen genomen en naar Nischni-Nowgorcv werd gevoerd, niettegenstaande het protest van den H. Stoel, geïnterneerd blijft. Volgens Russische bladen zal lij naar de gevangenis voor orthodoxe geestelijken te Wladimir aan de Kljasma, gelegen tusschen Nischni-Nowgorov en Moskou, worden gebracht.
Keizer Wilhelm aan het front.
In het „Berl. Tageblatt" wordt melding gemaakt van een bezoek van keizer Wilhelm aan Beiersche en Pruisische troepen aan het front. De schrijver zegt daarin 0.a.: Kort van te voren werd het bekend, dat de keizer zich aan het front bevond en in de nabijheid was. Het was een schitterende najaarsdag. Toen de keizer, gekleed in de grijze velduniform, met zijn staf verscheen, donderde hem een luid hoeragerpep tegen, helmen en mutsen gingen de lucht in, sabels schitterden in het zonlicht en dat alles werd begeleid door het kanongebulder. De keizer reed glimlachend en vriendelijk groetend tusschen de troepen rond, telkens een officier of een soldaat aansprekend. Voor allen had hij een opwekkend woord. De Beieren prees hij voor hun dapper gedrag in den grooten slag bij Metz. Verschillende soldaten vroeg de keizer naar hun wedervaren; en belangstellend informeerde hij naar de in het vaderland achtergelaten betrekkingen. Een Berlijnsch infanterist moest vertellen wat hij dacht van de vijandelijke infanterie. Kort en krachtig antwoordde de man: „Majestat, wir jehn druff wie Blücher."
Voor het Belgische leger.
Lord Ashton heeft £ 5000 geschonken ten behoeve van den aankoop van auto's voor het Belgische leger. Hij had eenige dagen geleden al dezelfde som voor de Belgische vluchtelingen gegeven.
Een onderscheiding voor Poincaré.
President Poincaré heeft zich bereid verklaard, om eershalve den titel van Lord Rector van de universiteit te Glasgow te aanvaarden.
Geleerden en de oorlog.
Prof. Metschnikow, de bercemde Russische geleerde, die sedert 18Q0 te Parijs woont en in het instituut Pasteur tal van onderzoekingen heeft gedaan, die hem een wereldnaam hebben bezorgd, wordt in Mei a.s. 70 jaar- Te dier gelegenheid zcu hem een feestgave worden aangeboden, waaraan ook een aantal Duitsche geleerden zouden medewerken, ue* heimrat Behring, te Marburg, heeit nu echter, naar het >Berl. Tagebl.* verneemt, zijn bijdrage »Versuche über Verg»!mngen«, die voor dit boek bestemd was, weder opgevraagd en naar verwacht wordt, zullen andere Duitsche geleerden zijn voorbeeld volgen.
VOLKSHUISVESTING.
Bij K. B. is het aan de gemeente Amsterdam verleende voorschot uit 's Rijks kas van ten hoogste ƒ430,000 — om die gemeente in staat te stellen een voorschot van gelijk bedrag te verleenen aan de »Algemeene Woning* bouwvereeniging« aldaar, ten behoeve van de.i bouw van een 17S-tal woningen — nad^r !e--paald ep ./450.000. Bij K. B. is aan de gemeente Renkum verleend een voorschot uit 's Rijks kas tot een bedrag van ten hoogste ƒ20,220, ten einde genoemde gemeente in staat te stellen een voorschot van gelijk bedrag te verleenen aan de Vereeniging --Volkshuisvesting* aldaar, ten behoeve van' den aankoop van grond met verbetering van een tweetal daarop staande woningen en den bouw van een tiental arbeiderswoningen. *?"• ¥" ®* 's aan de gemeente Locgkerfc verleend een voorschot uit 's Rijks kas tct een bedrag van ten hoogste ƒ152,750. ten einde genoemde gemeente in staat te stellen een voorschot van gelijk bedrag te verleenen aan d; Vereenigmg tot verbeiering van de volkshuisvesting, aldaar, ten behoeve' van den aankom van grond voer eu den bouw van een 90-trl a rr-eiderswoningen.
BINNENLAND. Amsterdam, 19 October. EEN GEGROND PROTEST.
Men zal elders in ons blad een verslag vinden van een bijeenkomst van Katholieken in het gebouw der Gonzagavereeniging, die het noodig vonden een „Protestvergadering te beleggen. Wij bevelen de lezing daarvan ten zeerste aan. Het leert, hoe sommige menschen in een tijd als deze zich nog niet kunnen opheffen van het lage en verouderde standpunt, dat men den godsdienst buiten de liefdadigheid moet houden. Zij zijn goed en best en spannen zich in voor hun medemenschen, maar zij zullen geen hand verroeren, geen jwoord spreken, om den noodlijdende in zijn geestelijke behoefte tegemoet te komen. Dit is echter een zaak die zij zelve moeten verantwoorden.Wan-' neer zij evenwel anderen, die hun tekortkomingen willen goedmaken, daarvan opzettelijk weerhouden, dan komen wij daartegen in verzet en protesteeren ertegen. Wij leggen ons daarbij niet neer en spijkeren de daad aan het publieke leesbord.
Dr. Rademaker heeft op de vergadering medegedeeld, dat onze katholieke priesters aan de deuren der verblijfplaatsen van de hier ter stede tijdelijk gehuisveste Belgen werden afgewezen. Ofschoon dr. Rademaker niet iemand is, wiens woorden men in zulk geval behoeft te controleeren, hebben wij zelf een onderzoek ingesteld en de waarheid ervan nog veel schriller en akeliger bevonden, dan wij dachten. In het lokaal der „Onafhankelijken" aan den Amstelveenschen weg is een katholiek geestelijke geweest en wel met goedvinden van een deu comm-ssieleden; hij heeft er met verschillende vluchtelingen gesproken, die eerst, door onbekendheid met zijn kleeding, niet f egrepen met een Roomscheu priester te doen te hebben, maar daarna zich zeer ingenomen verklaarden met het bezoek van .Menheer den Pastor". Niettemin werd hem toen door een heer, die, naar het scheen, tijdelijk met het beheer van het lokaal was belast, te kennen gegeven, dat zijn bezoek niet gewenscht was, omdat hij den godsdienst haatte en dus ook de katholieke geestelijkheid. Op een vraag aan eenige Belgen, of zij wel op het bezoek van den priester gesteld waren, gaven deze intusschen een bevestigend antwoord. Dientengevolge heeft de geestelijke, die door eenige n tijd verblijf in België met de menschen goed kon praten, ook op aansporen van zijn overheid, zijn bezoeken trachten te hervatten, maar het bleek, dat de toen toezichthoudende dame van hetzelfde gevoelen was, n.l. dat katholieke geestelijken niePln de tijdelijke asylen moesten worden toegelaten. Als grieven werden opgegeven, dat de Katholieken zich maar van de eer der hulp willen meester maken, dat zij er geen geld voor geven en dat de parochiegeestelijken ook niet komen. Achter dergelijke smoesjes tracht men zijn zeer misplaatst anti-clericalisme te verbergen.
Maar men gaat verder. Aan den bewusten geestelijke was n.l. door verschillende vluchtelingen gevraagd, of hij geen middel wist, om hen uit deze zeerbenauwende omgeving, waarin zij zich moreel omlaag voelden getrokken, te verwijderen. De geestelijke vond toen eenige goede katholieke gezinnen bereid, een aantal vluchtelingen te herbergen en wilde dit gisteren, Zondag, den menschen mededeelen en hen brengen bij eenige goede gastvrije burgers. Ook daarvoor werd hemde gelegenheid-opzettelijk geweigerd en de communicatie werd dus afgebroken.
Tegen dergelijke handelingen protesteeren wij zoo krachtig mogelijk. Wij hebben allen eerb cd en allen lof voor hen, die zich zooveel moeite geven om de vluchtelingen te helpen. Indien zij echter willen optreden als hun geestelijke voogden en hun zelfs de vrijheid trachten te benemen om te gaan, waar zij willen en met eere kunnen komen, dan bederven zij te veel van wat zij goed hebben gedaan en zou onze gastvrijheid een leelijken bijsmaak krijgen. Laat men dergelijke anti-clericale uitwassen liefst zoo spoedig mogelijk wegsnijden.
BELGISCHE ONDERWIJZERS.
Op verzoek van hef waarnemend . Internationaal Bureau van Onderwijzersvereenigh-gen, de heeren M. Miras Jr., Bee;d, P. Otto, Blce meiidaal en Ph. v. d. Vos, Amsterdam, is Waterdag j.l. te Amsterdam een bijeenkomst gehouden van dat Bureau met gedelegeerden van de hoofdbesturen der drie cnderwijzeiscorporaties N. O. G., Bond van N. O. en Ver. van H. v. S. Besloten werd tol de vorming van een landelijk com-te, dat trachten zal te -.oomen in de huisvesting en verzorging vau naar Nederland uitgeweken onderwijzerrgezinnen Hef comité bestaat uit: mej. A.' M Steilwagen, voorzitster, mej. E. Weeveringh secretaresse «de heeren A. Hart, penningmeester, T-ri' -1.1- JSose en *- Nooter. Het conute houdt zich aanbevolen voor toeen u.t geheel ons land, waar jiersgezinnen onderkoiiK 'kenen, aan de secretaresse mej. E, Weeveringh, Nassaukade 98, Amsterdam. Ock aanvragen gelieve men aan dit adres in 'e zenden. Geldelijke bijdragen zende men aan den p-n---,i'ngmeester van het Internationaal Bureau, den r.eer Ph. v. d. Vos, Bilderdijkkade 14, Amsterdam. Het ligt in de bedoeling in - verschillende plaatsen dcor de aideelingen der drie corporaties plaatselijke comités te doen vormen.