jT-*. -A r»p| W y^ff het meest populaire llA_#ri __,_£. HOLLANDSCHE rijwiel. J)V_»i l_U_U_U_-_-_- 9 VRAAGT PRIJSCOURANT. rmmffmrcmn,, mm nnwi i Gazelle Rijwielfabriek. —DIEREN.
De Tijd : godsdienstig-staatkundig dagblad
- 19-06-1909
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- De Tijd : godsdienstig-staatkundig dagblad
- Datum
- 19-06-1909
- Editie
- Dag
- Uitgever
- Gebr. Verhoeven
- Plaats van uitgave
- 's-Hertogenbosch
- PPN
- 832688045
- Verschijningsperiode
- 1845-1959
- Periode gedigitaliseerd
- 1845 t/m 1959
- Verspreidingsgebied
- Landelijk
- Herkomst
- KB C 236
- Nummer
- 18788
- Toegevoegd in Delpher
- 20-11-2013
Advertentie
BUITENLAND. ALGEMEEN OVERZICHT.
Gisterochtend om half twaalf bracht keizer Wilhelm den Tsaar aan boord van de „Standart" een afscheidsbezoek en des namiddags tegen vier uur lichtten de „Hohenazolem" en het "begeleidend eskader het vnker en stoomden ze weg in de lichting an Narva. En daarmede behoort ook deze politieke samenkomst weer tot het verledene. Want dat zij inderdaad een politiek karakter heeft gehad, daaraan valt niet te twijfelen. „De ontmoeting tusschen de twee keizers", aldus werd den vertegenwoordiger van Wolff's Telegraafagentschap, die zich op het keizerlijk jacht de „Standart" bevond, van bevoegde — lees: officieele — zijde medegedeeld, „was een nieuw bewijs voor het voortduren van de traditioneele betrekkingen vau hartelijke vriendschap, bestaande zoowel tusschen de beide vorstenhuizen als tusschen de beide vorsten persoonlijk. Zulks blijkt uit de gewisselde.toasten, waarin beide souvereinen verklaarden, dat zij deze betrekkingen beschouwen als een onderpand voor de ook tusschen hunne landen bestaande goede betrekkingen en voor den algemeenen vrede. „Bij de gesprekken tusschen de staatslieden, die de beide keizers vergezelden, zijn natuurlijk verschillende quaesties ter sprake gekomen en werd geconstateerd, dat er geen quaesiies zijn, waaromtrent principieel verschil bestaat, en verder dat aan beide zijden het voortduren en de versterking der bestaande goede verhouding gewenscht wordt.
„Tevens werd erkend, dat de internationale overeenkomsten, waarbij Rusland en Duitschland betrokken zijn, aan deze goede betrekkingen geenszins in den weg staan en dat van beide zijden wordt gestreefd naar een vreedzame afdoening van alle quaesties, die zich mochten voordoen".
Dus: „tout pour le mieux dans le meilleur des mondesl Een wezenlijke ontspanning in de politieke atmosfeer na het onweersdreigen van het begin dezes jaars. Ware, zegt de Weener „Neue Freie Presse", de Tsaar naar Frankrijk en Engeland gegaan, zonder dat er tusschen hem en keizer Wilhelm een ontmoeting hadde plaats gehad, dan zou daardoor in Europa de meening gewekt zijn, dat de reis naar Frankrijk en Engeland een vijandige bedoeling had tegen Duitschland, en dit zou de politieke onzekerheid natuurlijk hebben verhoogd. De kans op het behoud van vrede wordt echter grooter, nu Rusland en Duitschland te Reval verklaard hebben hun traditioneele politiek van goede nabuurschap te willen blijven handhaven. De Russische oppositiepers heeft de ontmoeting te Reval natuurlijk gadegeslagen met groote ontstemdheid. De linksche oppositie omdat zij van een toenadering tot Duitschland — dus van een vermindering van de zorgen der regeering — gevaar ducht voor den nieuwen vooruitstrevenden koers in de binnenlandsche staatkunde; de rechtsche wijl te Reval gebleken is dat Stolypin nog steeds het vertrouwen des Tsaren geniet. En Stolypin is bij de Russische reactionnairen en bureaucraten, bij de aanhangers van het oude regiem in al hun nuanceeringen, de gehate man. Zij zijn er, des ondanks, tot dusverre niet in kunnen slagen den minister-president uit het zadel te lichten. En toch vormen zij een groote, machtige schare! Tot Stolypin's vijanden behooren, volgens den Petersburgschen correspondent vau de „Temps", in de eerste plaats de intieme vrienden van den Tsaar, en dit zijn op het oogenblik kolonel Orlof en kapitein Poutratine, twee militairen, die den ministerpresident haten met een ingekankerden haat en niets onbeproefd laten om hun vijand zwart te maken bij zijn keizerlijken meester en hem uit diens gunst te verdringen, door steeds te blijven hameren op hetzelfde aanbeeld, n.l. door den staatsman bij den Tsaar verdacht te maken als een werktuig der rcvolutionnairen. Dan komt een club van Rijksraad-leden, oudministers en hooge edellieden, die den „parvenu" niet in het hooge staatsambt dulden kunnen; vervolgens de reactionnairelandadel, d,e vrees koestert voor de opkomende belangstelling der burgerij in het bestuur van s lands"zaken; verder de tegenstanders van de Drievoudige Overeenkomst, die Stolypin liever hadden zien samengaan met Duitschland en ten slotte een zeer talrijke groep personen, welke de „premier" tegen zich in'het harnas heeft gejaagd: de ambtenaren, "die hij door senatoren met uitgebreide volmachten, zoogenaamde „revisoren", scherp laat controleeren zoowel in Toerkestan en in den Kaukasus als te Moskou. Aan deze politieke vijanden, veel meer dan aan welke Doema-partij ook, zal Stolypin, indien hij eenmaal mocht komen te vallen, zijn val te wijten hebben.
Admiraal Rodjestwensky leeft nog — al staat zijn naam reeds op onze doodenlijst van dit loopende jaar! Hij leeft voort in den tot dusverre onbekend gebleven Russischen marine-officier, die eergisteren in de Oostzee op een Engelsche stoomboot, de „Woodburn" heeft laten schieten. Of de marinestaf te Sint-Petersburg ook op dit oogenblik nog niets van het geval afweet ? Uit Stockholm zijn reeds gisteren allerlei bijzonderheden geseind, doch — juist zooals in de dagen van den Rodjestwensky-„blunder"! — aan Russische zijde houdt men zich van den domme en stuurt de vragers met een kluitje in het riet. Uit Helsingfors wordt intusschen gemeld, dat het met hout geladen Engelsche schip op reis naar het vaderland zich Woensdagavond bij Pitkapaasi (ter hoogte van Abo) in het vaarwater van het keizerlijk Russische eskader bevond en wegens overtreding der desbetreffende bepalingen bij signaal gesommeerd werd stil te blijven liggen. Toen naar dit signaal niet werd geluisterd, loste het wachtschip eerst drie schoten met los kruien vervolgens drie scherpe schoten. Het resultaat is bekend : de „Woodburn", gehavend en de machinist een been verbrijzeld. Dat deed blijkbaar nog de oude vrees van de Russische marine-officieren voor verradelijke aanvallen van Japanners of van andere, geheime, vijanden. Van deze vrees is, zooals men onder de berichten in het binnenland vermeld vindt, ook een Nederlandsch schip de dupe geworden, hetwelk denzelfden koers hield als het Britsche.
Wie nog mocht beweren dat Su 11 a n Mohammed V geen modern vorst wil zijn, hem moet men de kwade trouw wel van het voorhoofd kunnen lezen, want wat sinds 30 jaren niet gebeurd is, wat Abdoel Hamid niet aandurfde, heeft Donderdag de nieuwe Sultan gedaan: zich gewaagd buiten het gebied zijner hoofdstad. Mohammed V maakte n.l. een uitsupje naar de rijkstapijtfabriek te Hereke en inspecteerde bij die gelegenheid tevens het eskader, dat in de baai van Ismid ligt en binnenkort een oefeningstocht in den Archipel zal maken. Wel is waar kwam de vlootschouw niet geheel tot haar recht tengevolge van het stormachtige weder, maar het maakte op de toeschouwers en vooral op de zeelieden een uitstekenden indruk, dat de Sultan zich door den storm niet had laten weerhouden om het program geheel en al te volgen. En dit niettegenstaande Mohammed pas een besluit van den krijgsraad te Konstantinopel heeft bevestigd, waarbij Mehmed Pasja, een vertrouweling van den gewezen Sultan en een der invloedrijkste waardigheidsbekleeders van het oude regiem, ter dood is veroordeeld I
Zoowel de Parijsche berichtgever der Weener „Politische Korrespondenz" als de „Petit Parisien" melden dat alle berichten omtrent een beslissing, welke de mogendheden in zake Kreta reeds zouden genomen hebben, lijden aan het euvel van voorbarigheid. De onderhandelingen duren voort. Weliswaar heeft de Fransche consul te Kanea, 14 dagen geleden, bevel ontvangen de ontruiming voor te bereiden, doch toen daarna de Turksche regeering aan de mogendheden verzocht hare garnizoenen op het eiland te laten, is men begonnen besprekingen te houden, die thans nog voortduren en waarvan het resultaat met geen mogelijkheid kan worden voorspeld.
DE STROOIEN HOED VAN WILLEM GROTE.
Willem Grote, de jeugdige Antwerpsche Flamingant, heeft de voldoening zijn strooien hoed gepromoveerd te zien tot een der machtigste factoren in de Vlaamsche beweging van het oogenblik. 't Is ongelooflijk, zegt het „Hbl. van Antwerpen", hoe de held van de Kunstlei in rijm en dicht wordt verheerlijkt en als een der beste proeven van, de hekeldichtkunst der Antwerpsche Sinjoren, haalt het blad het volgende versje aan: Don Quichotte vocht tegen molens: Albrecht is een andre held, Want hij heeft met zijnen sabel Eenen strooien hoed geveld! Als hij is te paard gezeten Met zijn heldensabel bloot, En men hem vraagt Vlaamsch te spreken, Schreeuwt hij: „Zwijg 1 of 'k kap udoodl" Laat den vijand maar eens komen, Rus of Djek, zelfs de Pruis ; Met 'nen slag van zijne sabel, Liggen ze allemaal in grens! ... Sloopt nu forten en kasteelen; Schaft nu af het krijgsbudget; Albrecht zal 't alleen schaveelen ..«' Als hij niet wordt afgezet ?.. . Als hij niet wordt afgezet! Op de toepassing van deze laatste straf zal vermoedelijk wel worden aangedrongen door de morgen te houden protest-meeling van het „Verbond der Vlaamsche Maatschappijen". Doch minister Schollaert schijnt allerminst geneigd aan den onstuimigen drang der 'Flaminganten toe te geven, zóó weinig, dat het bovengenoemd blad zich aan 's minisiers houding ergert. „Men vraagt ons", zegt het, „of het niet past, de beweging tegen majoor Albrecht te staken, in afwachting van den uitslag van het rechterlijk onderzoek, dat op de klacht van M. Grote zal volgen. „Gisteren waren wij die meening toegedaan, maar na de redevoering van M. Schollaert in de Kamerzitting van gisteren, achten wij zulks onmogelijk. „Die redevoering is ééne pleidooi om het geval zoo klein mogelijk te maken, om majoor Albrecht wit te wasschen en om den Vlaming belachelijk te maken en in het ongelijk te stellen. „'t Is niet eens met een sabel dat hij geslagen heeft, 't is maar met een paradesabel; eer het 24 uren verder is, zal M. Schollaert komen zeggen, dat het was met een suikerstok.
„'t Is niet kappen dat M. Albrecht deed; 't was enkel „het gebaar den hoed van zijnen onderbreker af te slaan"!.... „Moet het dan verwonderen dat de „Chronique" vandaag schrijft, dat het onmogelijk is dat M. Albrecht den hoed heeft doorgekapt en dat heel waarschijnlijk, de kap er later in gegeven werd. „Zoo gaat de vliegerd niet op. Wij vragen geen straf voor majoor Albrecht buiten verhouding met het geval; doch wanneer men op het rechterlijk onderzoek eene drukking ziet uitoefenen, als de gansche redevoering van M. Schollaert er eene was, en wanneer wij gewaar worden, dat aan hoogerhand wordt gewerkt, om ten slotte den Vlaming schuldig te verklaren, dan zeggen we vlakaf: Zoo gaat de vliegerd niet op. „Als een Vlaming schuldig is, om iemand — die sedert jaren aan de wet zijn hielen vaagde en er steeds openlijk op blufte, dat hij weigerde er zich aan te onderwerpen — tot den eerbied voor die wet te hebben teruggeroepen, dan zeggen wij, van onzen kant, dat de officier, die zich aanstelde als majoor Albrecht, voor zijn daden moet verantwoorden. „En wij vinden voor de verklaringen van M. Schollaert geen andere verontschuldiging, dan dat hij zich door generaal Willaert, wij noemen man en paard, doodeenvoudig een rad voor de oogen heeft laten draaien."
GEMENGDE BERICHTEN. Een belangrijk woord
is te M. Gladtach gesproken door Z. Ent. kardinaal Fischer, den Keulschen Aartsbisschop- Er waren den laatsten tijd, eerst in de „Historisch PolULsche Blatter» en later o. m. ook in de -Apologetische Rundschai_< stemmen opgegaan om de verhouding af te keuren -le tusschen den Volksverein en het Duitsche Episcopaat bestaat of die dan eigenlijk niet zou bestaan.
Die Volksverein is, gelijk men weet, riet zooals onze K- S. A., een organisatie van dj organisaties, maar een gewone vereeniging-, v.el. ker leden over het geheele Duïtsche Rijk in at:e diocesen zijn verspreid. Daardoor schijnt het zeer moeilijk den goeden weg te vinden, waarlangs de bisschoppen n«t den Voiksverein in betrekking kunnen treden. En toch kan een vereeniging, die een geheele school van katholieke gedachten heelt evormd, die zich niet enkel met socialen arbeid, maar zejfs met de pers en met apologetische -ictie bezig houdt, niet onafhankelijk blijven instaan van hen, die als Christus' apostelen tct Wochlers der Waarheid zijn gesteld.
Daarover is trouwens onder de ware Katholieken ieder het eens. De eenige vraag, was, of inderdaad hlet episcopaat, zooals de toestand thans is een rechtmatigen en voor vruchtbaren arbeid nocdzakel.;ken invloed op den Volksverein k°n doen gelden. En deze vraag is door kardinaal Fischer openlijk beantwoord.
Z. Eminentie, die een paar weken in het dekenaat M. Gladbach vertoeft, heelt een ,-*_n-k gebracht aan het Centraal Bureau, het Volksverejnshaus, waar hij door den a rooien industrieel eïi arbeidersvriend Franz Brandts werd begroet. Hem antwoordde de kardinaal o. m. als volgt! »Ik dank u, als den voorzitter van. den Volksverein en de hier werkzame heeren en dames voor al het goede, dat in het Aartsbis. dom, maar ook in 't algemeen in het geheele Duitsche vaderland door den Volksverein wordt verricht. »Ik koester den innigen wensch, ('at de Volksverein, vooreerst in het Aartsdiocees nog, veider worde uitgebreid, wat immers ik-zeifen Mgr. de Wij-bisschop overal aanbevelen; en dat de Vereeini ook verder, in 't bizonder in de streken, waar hij nop geen ingang gevo__e.h heeft, worde ingevoerd.« »Dr. Brandts gewaagde van anonyme aanvallen op den Volksverein. Deze aanvaï'eii, waarvan ik gehoord en die ik ook gelezen heb, betreur ik diep. Ik moet het ook -iep betreuren en beslist afwijzen, wanneer da-ruit door de tegenstanders het besluit getrokken wordt, dat de Volksverein in tegenstelling of zelfs in vijandschap tegenover het Episcopaat staat. Dat is laster. De Volksverein neemt zich niet enkel een katholieke vereeniging, Z\\ ;s het. Zi{ wil, gelijk de heer Brandts zoo schoon neeft uiteengezet, in voortdurende aansluiting' aan de Kerk werkzaam wezen. De Aartsbisschop van Keulen, die er trotsch op is, dat de zetel der vereeniging in zijn diocees ligt, houdt immers met haar vocrtdurerid voeling. »Laat u door die aanvallen niet verontrusten, maar gaat rustig voort, op de tot nu toe gevoi'gde goede, degelijke, katholieke wijze, verder ie werken tot zegen van het katholieke volk en het geheele Duitsche vadierland.
»De heer Brandts herinnerde eraan, dal de h. Vader den Volksverein heelt gezegend. Ik weef, dat deze gezindheid bij Hem een voortdurende is.«c
Aldus de Kardinaal, die met dit klare woord aan alle twijiel en verontrusting eeti; einde heeft gemaakt. •> Centrum.*
Lastige populariteit.
In Fossa, eene kleine parechie in de Abruzzen, was de pastoor overleden. De voor dit plaatsje bestemde opv-l_er kon niet dadel.kz.jn tunctie beginnen en dus zond de bissenoo van Aqu _a er tijdelijk een zekeren Don Ricciardi heen.
Deze was een heel bijzonder man, die dadelijk het hart zijner tijdelijke parochianen .I*l. tn toen de eigenlijke pastoor zou _P„nen, ein£_n de parochianen van Fcssa naar Don Hola, rie]_en de Fossanen, als ge niet _ oedschiks wil, dan bewaken wij uw huis. En komt ge hier niet vandaan. Zoo geschiedde. De parochianen van Fossa bewaakten de pastorie, maar Don Ricciardi maakte zich l.cc) niet ongerust. De geest is -ewiilig. ma_r het vleesch is zwak, dacht hij. "tn werkelijk, loen. hei nauwelijks avond was sliepen de bewakers den slaap des rechtvaardigen. Don Ricciardi poetste de plaat en reisde naar Aquiia, waar hij den bisschop met zijn zonderling avontuur in kennis stelde. Intu6schen was de geschiedenis nog niet uil. Toen de bewoners van Fossa de vlucht van hi'n geliefden herder hadden ontdekt, besloten zij naar den Bisschop je gaan, cm dezen te smeeken den eerw. heer Ricciardi terug tez____ den. 't Leek een heele landverhuizing. In dertig boerenkarreji trokken de menschen naar Aquiia en manifesteerden voor het bisschoppelijk paleis. Daar ontdekte men den eerw- heer Ricciardi in een naburig huis. En toen begon _et spektakel pas voor gced. De lui werden opgewonden, spraken ervan het huis (e bestormen. Den Ricciardi kwam1 toen naar buitenen vergaande di menschen kalm te z;in. Nu, de kalmte trad onmiddellijk in. En de al te populaire pastoor meende de zaak gewonnen te hebben. Doch daar riep een der Fcssanen. I.eve.onze pastoor en. de menschen begonnen dadelijk mee te juichen. En te dansen. En zich op le winden. Zij namen den eerw. heer Ricciardi ten slotte onder den arm, tilden hem/ op .en hunner karren en voerden hem in triumf terug naar Fossa. Aldus een verhaal, door liet »D__bl. v. N.B.* ontleend aan de .Corriere della Sera..
BINNENLAND. Amsterdam, 19 Juni. HOORN.
Men schrijft ons uit Purmerend: De tournee van den candidaat der christelijke partijen, den heer Wesseling te sGravanhage, voor de herstemming is hedenavond begonnen met zi>n optreden voer de kiezers a hier, waar de heer P.' Oud (vrijz.-dem.) als debater zou optreden. De zaal was stampvol. De 'heer Wesseling betuigde allereerst zijn dank aan de kiezers voor hun slem hem gegeven op n Juni. Het heeft een verrassenden indruk in den lande gemaakt, dat in het liberale bolwerk, 't district Hoorn de liberale afgevaardigde niet bij eerste stemming gekozen is. Spr. brengt een woord van dank aan de protestantsche kiesverdeniging »De Vrijheidvoor de uitnoodigirg om zijn meening nog eens te komen verkondigen. Hij bereurt hel evenwel, dat ook de heer Ferf de kiezers zijn meeninj niet heeft willen doen hooren. Daarna wil spr. neg eens nagaan de beteekenis van de verkiezing van 11 Juni, om dan te concludeeren, wat de kiezers moeten deen op Woensdag a.s.. Zij moeten nu de vraag beantwoorden: Wat is voor land en district het meest noodig _? Moet het district den heer Ferf weer afvaardigen, of een ander man met meer democratische gevoelens? Spr. wijst op het absenteïsme van den heer Ferï, al is deze dan ook door drukke bezigheden verhinderd, in de Tweede Kamer en staaft met bewijzen, dat de heer Ferf, aangesloten bij de Un e-liberalen, verstokt conservatief in zijn hart is. In een heftige rede, waarin Kuyperhaat en Kuypervre.s weer dienst moesl_n doen, bestreed de heer Oud den heer Wesseling. Hij wees o.a. op een stapel wetsontwerpen van het Ministerie-Kuyper, die nimmer het Staatsblad had gezien, noemde de Regeering van het Ministerie-Kuyper _ een lijdensgeschiedenis van de sociale wetgeving. In zijn repliek wees de heer Wesseltog erop, dat de heer Oud niets op zijn eerste betoog had afgedongen. Spr. bad tot lijn getrokken de beteekenis van de verkiezing van 11 Juni en wilde niet aannemen dat de heer Oud hem niet begrepen zou hebeen. Deze moest dan ook gced vinden, dat Spr. constateerde, dat de heer Oud niets tegen zijn betoog had in le brengen. De heer Oud sprak als debater het laatste, hield toen een warm pleidooi voor het ministerie de Meesier, om dat van Kuyper daardoor des le dieper naar beneden te halen. Hierna sprak de voorzitter der R. K. kiesvereeniging een woord van dank tot de beide spiekers en beval den candidaat Wesseling aan bij, de kiezers. De heer Drost, voorzitter van de, protestintsche kiesvereeniging >De Vrijheid* dankte den voorzitter der R. K. kiesvereeniging voor de uitstekende leiding. Hierna ging de vergadering „ustig, als zij geweest was, uiteen.
FRANEKER EN SCHOTERLAND.
Men schrijft uit Friesland aan -De Nieuwe Ct.« :
Van de ook in dit blad ter sprake gebrachte pogingen, om te bewerken, dat de vrijzinnigen en kerkdijken in de districten Franeker en Schoterland bij de a.s. herstemming elkaar wederzijds zouden steunen, om langs dien weg ds. Koetsveld in Franeker en mr De Meester in Schoterland tegenover de socialistische herstemmingscandidaten verkozen te krijgen, komt niets, aangezien de voorslag dienaangaande officieus gedaan door een der voormannen van de Christelijk-Historische partij, op de den 16den Juni 1.1. gehouden vergadering van de Centrale vereeniging van vrijzinnige kiesvereenigingen in het district Franeker hoegenaamd geen bijval vond.
Het is evenwel een andere vraag, of niet vele vrijzinnige kiezers in het district Franeker ondanks het advies der Centrale Vrijzinnige hun stem op den rechtschen candidaat zullen uitbrengen. Uit dat ocgpunt bezien is, afgaande op onze ervaringen bij de herstemming opgedaan ier gelegenheid van de tusschentijdsche verkiezing in dit district naden dood van Tak, toen nog wel een anti-revolutionnair in herstemming kwam, de verkiezing van Helsdingen thans, nu hij staat tegenover een Christelijk-Historischen candidaat, nog niet zoo zeker, terwijl daartegenover vertrouwd mag worden, dat ondanks het afspringen van bovengenoemd compromis de rechtsche, en rret name de christelijk-hïstorische kiezers in het district Schoterland, den heer De Meester verre zullen verkiezen boven den candidaat der S. D. A. P.
ASSEN.
Naar aanleiding van het bericht, dat de Bond van R. K. Kiesverenigingen besloten heeft bij de herstemming den heer Treub te steunen en niet den heer De Milly van Heiden Reinestein, omdat deze voor Staatspensienneering zou zijn, heelt »De N. Ct.« informaties ingewonnen, waarop dit antwoord van den heer De Milly is gevolgd -.
»In beginsel wensch ik ouderdomspensioen alleen voor hen die het noodig hebben, mits zij het verdienen en in aansluiting daaraan het Belgische stelsel. Toelage acht ik een betere uitdrukking dan pensioen.*
ONZE KATHOLIEKE LANDGENOOTEN IN DUITSCHLAND.
(Ingezonden.)
Een der schoonste omzettingen van sociale theorie in echt katholiek sociale daden is de vorming vau het »St. Joseph-Comité, Centraal Comité tot behartiging der belangen van de R. K. Nederlandsche arbeiders in Duitschland« en de zending van priester-missionarissen tot onze arbeidende geloofs en landgenooten langs geheel de buitsche grenslijn. Begonnen in 1904 op initiatief van Z. D. H. den Aartsbisschop Mgr van de We'erlng, onmiddellijk gesteund door geheel het doorluchtig Episcopaat, geschraagd door den energieken minderbr. kapucijn pater Innocentius uit het klooster te Babberich, uitgebreid docr het inmiddels gevormde St. Joseph-Comité, met Mgr Prinzen als president, kapelaan Kitslaar als secretaris, pastoor Bcdifee als penningmeester en prof. Verheggen, Secretaris Meulenmeester en ïecfor Vsn den Berg als leden ; in werkzame liefde cntvangen dcor de oversten der respectievelijke missionarissen, die het arbeidsveld cnder zich verdeelden, heeit deze practische actie reeds honderden arbeiders vereenigd, die thans kloek staan in geordende rijen, trotsch op hun oud geloof, vernieuwd in vaderlandsliefde, sterk door eenheid van streven, snel voort marcheerend vcor hun sociale belangen, bedacht op zelfbehoud en hun zedelijke en stoffelijke verheffing.
Reeds zijn in tien verschillende groote steden Nederlandsche St. Joseph-vereenigingen opgericht. Het doet zoo goed die mannen in den vreemde vereenigd te zien in hunne vergaderingen, waar zij hunne belangen bespreken, waar wij priesters onder hen ziin als een vader onder de kinderen.; och. neen, dan is die mijnwerker, die fabrieksarbeider niet die ruwe kerel, maar uitwendig een ruwe schers, waaronder een edel en grootmoedig hart verborgen ligt. Het verheft zóó het zieleleven, die godsdienstoefeningen in de moedertaal gehouden en bijgewoond dcor tallooze gezinnen, wanneer ze hun oude Maria-liedjes kunnen uitgalmen, hun Rozenkrans op zijn Ho_landsch bidden. Hel zet zóó aan tot moed hen te zien naderen tot de H.H. Sacramenten. Blijde worden we met hen als ze in blijdschap zeggen : »Pa ler, wat zijn we toch gelukkig, dat u bij ons gekomen zijt, nu kunnen we in 't Holland.-ch biechten,« en als ze hun levenswederwaardigheden in hun eigen taal komen mededeeien.
De twee jongst opger.'ch'.e vereenigingen zijn die vsn Keulen en Aken en daarom ook de nog meest hulpbehoevende. Voor deze twee vereenigingen deen wij een bijzonder beroep op de weldadigheid van onze landgenooten. Want hier moet worden voortgewerkt. de tijd duldt geen talmen. Op onze vergaderingen geven we wat we kunnen. Doch wat we moeten geven en nog niet kunnen, dat is gezonde, degelijke lectuur, opdat het doodend gift der slechte lectuur hen niet naar lichaam en ziel ten verderve veere. Te Keulen moeten we één volksbibliothee-k hebben en te Aken twee, omdat we daar bij de vereeniging voor mannen een tweede vereeniging hebben opgericht onder de bescherming van O. L. Vrouw van Goeden Raad; eene vereeniging bestemd om de vele Nederlandsche katholieke meisjes te beschermen tegen de talrijke gevaren, die hen omringen. Hier is veel toe noodig en wie wil ens helpen ? Reeds deden we voor enkele maanden een beroep op de welwillendheid onzer landgenooten en dankbaar zijn we een eind op weg tot het bereiken van ons deel; toch kunnen we nog niet beginnen. Daarom doen we nogmaals een beroep op onze landgenooten met de bede: steunt onzen arbeid; zendt ens een goed boek of zendt ons uw aalmoes voor onze bibliotheek ! Onze vereenigde mannen en jongelingen, vrouwen en jenge dochters zullen u met ons dankbaar wezen. Gaarne ontvingen wij boeken (dochgeen almanakken of annalen, wijl die van geen praktisch nut zijn voor een volksbibliotheek) tranco. Per post worden deze verzonden Urmond (Limburg). Per spoor gelieve men deze te zenden aan den heer Vroemen, drukker-uitgever te Sittard (Limburg). Pater REMIGIUS POZZI, Pater CAROLUS HOYNQ, minderbroeders-ccnventueelen, missionarissen voor Aken en Keulen. Urmond, 18 Juni _9o°.
HET ARBEIDSCONTRACT EN WERKSTAKING.
Wij lezen in het »Graf. Weekbl.„, orgaan van den»Alg. Ned. Typ. Bond« : De Kantonrechter te Groningen heeft aan de „ligaren.ab.'ikanten Gebrs. De Graaff aldaar den eisch tot schadevergoeding ontzegd, welke zij hadden ingesteld tegen 11 hunner gezellen, die zonder opzegging het werk hadden gestaakt. Omtrent de behandeling dezer zaak lazen we in een der Groninger bladen het voloende : Het eerst verscheen J. v. S., sigarenmaker aan bovengenoemde fabriek.
S. verklaarde, dat aan Gebr. de Graaff, op 4 Mei een brief was geschreven, waarin loonsverhooging werd gevraagd. Den 7en Mei is een commissie bij de patroons op het ka__toor geweest om het verzoek te herhalen, opmerkende, dat, wanneer het verzoek niet werd ingewilligd, het werk Zaterdag 8 Mei zou worden neergelegd.
Het verzeek werd niet ingewill .gd en het personeel is Maandag 10 Mei niet weer aati 't werk gegaan. S. beweerde, dat een der patroons bij het teekenen van 't contract gezegd had, dat het personeel gerust kon teekenen, daar 't heele contract toch maar een wassen neus was. Hij erkende verder het contract te hebben geteekend, waarin de opzeggingstermijn is bepaald op 8 dagen, doch-voerde aan, dat een week vóór den tijd efcn brief aan de patroons was gezonden met de bedreiging te zullen staken. S- beschouwde dit als een opzegging en achtte zich volgens het contract niet verplicht de verlangde schadevergoeding te betalen. Een der heeren de Graaff ontkende, dat gezegd was, dat het contract een wassen neus was ; wel dat het voor goedwilügen niets (e beteekenen had.
J. H. M., eveneens sigarenmaker aan genoemde fabriek, zeide, dat de staking nog een hangende kwestie was van 't vorige jaar. De patroons hadden reeds lang vergoeding toegezegd voor het verwerken van zoogenaamd slechte tabak. Dit is maar eenmaal gebeurd, later nooit weer. M. beweerde, dat hier van opzegging geen sprake kon zijn, daar het werk niet opgezegd is. Wanneer de heeren de Graaff een weinig toeschietelijk waren geweest, dan waren ze reeds lang weer aan 't werk geweest, 't Is dus volgens M. slechts een enderbreking van 't werk.
De eischers merkten op, dat M. bij de Onderhandeling gezegd had, dat hij van meening was, dal er volgens het contract niet mochi worden gestaakt. M. erkende dit, doch veerde aaa, dat hij stend voor de organisatie en dat zijn persocnli.ka meening niets gaf. H. D. kon zich niet begrijpen, dat het contract nu opeens zoo nauwkeurig werd nagevolgd. J. K- beweerde nog steeds in dienst te zijn bij de Gebr. de Graaif, en dat hij het werk slechts heeft onderbroken. Hij verklaarde, dat de patroons 'verhooging hebben toelooïd, wanneer de tabak goedkooper werd, en / o.2_> vergoeding bij bewerking van slechte tabak. De eischers repliceerden dat geen besliste beloften waren gedaan en dat de tabak no&--duur was.
Van D. deelde mede, dat hij 15 Mui, dus in de staking, ziin betrekking bij Gebr. d_ Graaff had opgezegd met 8 dagen en dat h:> 22 Mei in dienst is gegaan bij de Pionier. Hij was van oordeel, dat hij zich aan hei contract had gehouden». De kantonrechter heeft bij zijn vonnis overwogen, dat uit het tijdelijk neerleggen var, den arbeid niet kan worden afgeleid, dat de werklieden de dienstbetrekking hebben willen doen eindigen. De heeren De Graan hadden op het oogenblik der staking de gezellen moeten ontstaan. Het enkele feit van staking is nog geen beëindiging der dienstbetrekking. Slaking levert wel op een wettelijke nllen om de dienstbetrekking te doen beëindigen, maar deze betrekking is formeel niet b.iëindigd. Hadden de heeren De Graaff de stakers ontslagen, dan ::o.__en de klagers met recht schadevergoeding hebben kunnen vragen, omdat het contract nog niet afgeloopen was. »Deze rechter stelde zich dus op het zeer juiste standpunt, dat werkstaking geen contractbreuk heteekent, althans niet in alle gevallen. Wordt deze uitspraak in hooger instantie bevestigd, dan zal de stemming tegenover de Wet op het Arbeidscontract aanmerkelijk milder worden,* zoo eindigt het «Graf. \X__4d.« ziin bericht.
ARNHEM, 18 Juni. Maandag 21 Juni a. s. zal het 50 jaar geleden zijn, dat de heer Joh. de Meer bij de heeren Hendriks 8: Zn., huis- en decoraliéschilders in dienst trad. De gouden jubilaris neemt neg altijd zijn werk tot tevredenheid zijner patroons waar en deel zijn werk neg met alle ambitie. HAARLEM, 19 Juni. Hedenmiddag is d. Reclametentoons.elling in het Brosigebouw oific ccl geopend door onzen Burgemeester, Jhr. Mr. J. W. G. Boreel van Hogelanden. De leden van het Eere-comité en tal van genoodigde autoriteiten woonden deze opening bij. Na de rede van den Burgemeester en de dankbetuiging door den voorzitter van het Eere-com'ité werden de autoriteiten rondgeleid ter bezichtiging der expositie. Na een degelijke voorbereiding komt deze tentoonstelling, ook dank zij de ernorme reclame, die er voor gemaakt is, kranig voor den dag.
KERKNIEUWS. Processie naar Sittard.
Men schrijft ons : Donderdagavond 11. kwam de jaarlijksche processie Amsterdam—Utrecht naar bittard weder van hare bedevaart terug. Ongeveer SCO pelgrims, onder leiding van het bestuur, wiens gresident, de zeereerw. heer G. W. van dea urg, p:istoor te Nederhorst den Berg, en een groot aantal eerwaarde heeren geestelijken, waren opgetrokken naar Mariais Heiligdommen te 's-Hertogenbosch, Sittard en O. L_ Vrouw in het Zand te Roermond. De processie vierde dit jaar haar zesd. lustrum en mag in alle opzichten goed geslaagd heeten. Het weder diende buitengewo. n mede en alles kon volgens programma geschieden. Een woord van dank aan het geacht Bestuur voor zijn flink optreden en goede regeling^
STADSNIEUWS. District V.
Gisterenavond hadden de besturen derß. K. Kiesvereeniging, der Anti-Revoluticnnaire Kiesvereeniging «Nederland en Oranje* en der Christelijk-Historische Unie in District V e.n gecombineerde vergadering belegd in hetfeestgebouw «Beilevue*. De groote tooneelzaal was vrijwel gevuld. Na opening der vergadering met gebed, verkreeg als eerste spreker het woord mr P. J. M. Aalberse, candidaat in dit district, die met hartelijk applaus werd begroet. Mr Aalberse zeide, het om veelvuldige redenen op prijs te stellen, het woord te mogen voeren ten overstaan van kiezers, die voor hem reeds in den strijd waren gegaan, en bereid zijn het straks ten tweeden male te doen. Hij dankte hun niet om zi^n persoon maar om het beginsel, dat de inzet is van den strijd. (Applaus). Aanvankelijk aarzelde spr. een candidatuur in dit district te aanvaarden, daar hij zich reeds tot twee candidaturen verbonden had. Toen de besturen in district V hem echter verklaarden, dat ook een bijzondere sympathie jegens spr. tot de candidatuur in dit district had geleid, heeft spr. zich gewonnen gegeven. Na een verontschuldiging, dat hij wegers de verkiezingscampagne elders niet reeds eerder te Amsterdam ken optreden, weerlegde mr Aalberse het onlangs in «Parkzicht* dcor mr Levy gesprokene omtrent den persoon van den candidaat der Christelijke vereenigingen. Mr Aalberse — zoo hee.te het in een verslag dier rede, gegeven door het »Alg. Hbl.« — zou ' indertijd gestemd hebben vóór een wet waar daze zich vooraf bij de behandeling tegen had verklaard. Spr. heeft echter zelfs na een gestreng gewetensonderzoek zich daarvan niets kunnen herinneren, en daar mr Levy zijn verwijt niet motiveerde, citeert spr. uit het verslag derzelfde redevoering van mr Levy deze zinsnede : «een onbewezen beschuldiging is laster*. (Gelach en applaus). Vermoedende, dat mr Levy heeft bedeeld sprekers houding ter gelegenheid van de behandeling der stakingswetfen, documenteert spr. uitvoerig, hoe destijds zijn stem volstrekt niet in strijd is geweest met het weinige, dat hij in de Kamer over de stakingswetten heeft gezegd, en dat in overeenstemming was met de memorie van toelichting tot bedoelde wetten. Zich verder verwerende tegen het verwijt van mr Levy, dat spr. zich «betere omgangsvormen* moest eigen maken (dit wegens den aanval van mr Aalberse tegen de Liberale Unie), zeide spr., dat hij de door hem gebezigde, qualificaties tegen de Liberale Unie had ontleend aan... liberale sprekers en schrijvers. Mr Levy schijnt echter een andere opvatting, van goede omgangsvormen te hebben als spr., die steeds in verkiezingscampagnes zijn tegencandidaten buiten bespreking heeft gelaten, ja te Deventer mr Marchant prees, daar deze in het gezicht der stembus den moed had, de liberale pensionneeringsleus bedrog te noemen. (Applaus). En als spr. — volgens mr Levy — tot wat betere manieren had moeten worden opgevoed, dan beteekent die zooveel als : geeft uw kinderen niet over aan het openbaar onderwijs,* want — zegt spr. — ik ben op instellingen van openbaar onderwijs gevormd, ja lot op de universiteit toe, en wanneer mr Levy nu vindt, dat mijne opvoeding zulke geweldige leemten vertoont, dan is dit eigenlijk een verkapte aanbeveling voor -de bijzondere school. (Gelach en applaus). Vervolgens komt mr Aalberse op tegen de voorstelling van het «Alg. Hbl.« als zou spr. te Deventer gezegd hebben, dat de katholieke partij het dichtst bij de vrijzinnig-democratische partij staat. Spr. heeft juist het tegendeel beweerd, daar beide partijen, ondanks enkele punten van practische overeenkomst — als daar zijn organisch kiesrecht en sociale verzekering — uitgaan van linrecht tegen elkander indruischende beginselen, en de vrijzinnig-democraten het hoofdbeginsel der Katholieken, dat al'e recht en gezag komt van God, niet aanvaarden.
Ten slotte releveerde spr. het door den heer Gerzon beweerde, dat mr Aalberse niet kan genoemd worden de rechte candidaat voor den middenstand, (gelijk geschied was ia een strooibiljet) maar hoogstens een »candidaat voor d.n katholieken middenstand-. Aldus erkende de heer G. de anfi.hese niet alleen op politiek maar ook op maatschappelijk gebied, want spr. heeft, steeds van zijn eerste openbaar optreden af geijverd tegen oneerlijke concurrentie (men herinnere zich zijn proefschrift) en voor velerlei algemeene middenstandsbelangcn, die hij in de Kamer en elders verdedigde. (Applaus). In een verkiezingsartikel van het »Alg. Hbl.«, vlak 'vóór de eerste stembus, was beweerd, dat men lirtfks meest stemmen indien men sociale wetten wilde uitlokken. Maar »De N. Courante schreef na de verkiezingen van j-1. Vrijdag, dat. nu stellig... de verzekeringswetten haar beslag zouden krijgen. En dat is »de overwinning van het conservatisme!* schreef de -Zulph. Courant» 1 (Applaus en gelach).
Neen, voor spr. is de uitspraak der stembus een reactie tegen de valsche verkiezingsleuzen' van vier jaar geleden betrekkelijk algemeen kiesrecht én ouderdomspensioenen, tevens een reaciie tegen het bedrog met de bezuinigiugsleuze op marine en oorlog. Al die beloften zijn onvervuld gebleven en nu zijn de kiezers zich dit bedrog bewust geworden gelijk de verkiezingen der vorige week bewezen. Spr. hoopt, dat het de Christelijke Regeering in de nieuwe wetgevende periode mege gegeven zijn, de sociale verzekeringswetten, de wetten op invaliditeit en ouderdomspensionneering klaar te spelen. (Applaus).
Verder geï.ooft spreker, dat de grocte beteekenis van den ui'Blag zetelt in de overwinning van het Christelijk beginsel op de politieke overtuiging. Ook de Katholieken hellen van ganscher harte Groen van Prinsterer's leuze aan : Tegen de revolutie het evangelie. Alen verwijt ons wel, dat wij de antithese op politiek gebied hebben gebracht, maar prof. Buys erkende reeds in een >Gids«-artikel van 1869, getiteld : «De Conservatieve Partijs dat in de ond-rste lagen van ons volk het godsdienstig princiep geveeld wordt, en dat dit bij uitbreiding van het kiesrecht s'.eeds meer en meer aan den dag zal komen. En prof. Buys hoopte maar, dat Katholieken en Anti- Revoluticnna.ren nooit zulien samengaan —
wat onmogelijk was, meende hij — want an ders zou di liberale partij ten onder gaan, (Gelach en applaus).
Intusschen is het lot een samenwerking tusschen de Christelijke partien gekomen en de overwinning viel hun tce. Doch in d. vreugde der overwinning mag net worden vergeten, dat de verantwoordelijkheid thans zeer zwaar op de Regeering en de Christelijke partijen rus.. Immers, elke fout, die er ge" maakt wordt, zal men niet den persoon, doch het beginsel wijten. Een krachtige sociale wetgeving ten bate van arbeid.rs, en middenstand wordt verwacht ; wil die tct stand komen, dan dienen de drie Christelijke partijen in Kamers en Ministerie krachtdadig samen te werken en daarom is het de plicht, van eiken partijgenoot, ook bij de aanstaande herstemmingen'te arbeiden met de gaven waarover hij beschikt. Spreker besloot zijn rede met alle kiezers op te roepen, a.s. Woensdag de overwinning te bevestigen en te vergrooten, want op den bodem aller vraagstukken ligt de theologie, gelijk wijlen dr Schaepman — van wien spr. eenige woorden citeerde — zoo schoon heeit getuigd. Niet alleen jegens ens-zelf en ons volk zijn wij verantwoordelijkheid schuldig, maar bovenal jegens Hem, die ons eenmaal richten zal 1 (Langdurig, geestdriftig applaus). De voorzitter, ds. A. van Dijken, dankte mr Aalberse vcor zijn scherpzinnige redeen betreurde het in zekeren zin, dat mr Levy in deze vergadering niet aanwezig was, want dan zou deze zeker hebben erkend, dat hij zich had vergist, en hij zou wellicht — gelijk hem geveegd hadde — mr Aalberse zijn excuses hebben aangeboden. Moge hij het alsnog doen, als hem het hier gesprokene onder de oogen komt. (Applaus). Nadat een tiental minuten verpoosd was, wekten ook ds. A. van Dijken en mr H. Verkouteren de aanwezigen op, krachtig partij te kiezen voor rechts. In 't kort de politieke gebeurtenissen der laatste vier jaren nagaande, komt ds. A. Van Dijken, d;e vooraf het voorzitterschap der vergadering tijdelijk had overgedragen aan den heer Vermeulen, tct de conclusie, dat de vrijzinnigen b,j deze jongste verkiezing vrijwel schaakmat stonden, terwijl de rechtsche par______ _"" achjdadi«r dan ooit in 't strijdperk te• rL fc n' VanYan ganscher harte _™* «_?«--v£. _?_ heer Goeman Borgesius, die voor vacra„ter(oXhf% T -e€n ?enC* belust op wnhprhSin,. T"»91 niet Meester de ..__V» . "g van l ministerie-De scher harte 4n "-P r _£D wens*_n van ganin de jaren^oT-lfe f°alMat> 't welk De Christenite »_«£,het ewind voerdegunstige om-iand-Ö-T. 'hans in om zich te bewegen "; J,e hebben ruimte En nu heeft me? w__ fe« doen. van actie gelaakt en gezegd * d_t " pr° .ram werden door gouddorsf e^dat *£ &*s%£ tend bezig hielden .met kwade praktijken, doch hierop wil spreker slech'.s antwoorden, dat er nog heel wat uit de staatskas zal moeten vloeien naar de bijzondere scholen, eer er in de verste verte sprake kan zijn van gelijkheid, (applaus). «Wij, Christenen, moeten toonen,* aldus ds Van Dijken, «dat wij ook, waar 't stoffelijke belangen geldt, Gods Woord weten te erkennen, en het zal ons tot eere strekken, wanneer na de eerstkomende vierjarige periode gezegd kan worden, dat door een Christelijk bewind voor ouden en invaliden wetten tot stand kwamen, (applaus). Dikwerf werd er van vrijzinnige zijde in de coalitie gestookt; desniettegenstaande leeft de antithese nog en bleken de Christelijke partijen de partijen te zijn van 't gezag, welke steeds en m de allereerste plaats opkomen voor Gods eere, voor de eere van Jezus- Christus. Met een warme opwekking, steeds en te allen tijde rechts te stemmen, eindigde ds. Van Dijken zijn langdurig toegejuichte rede.
De anti-revolutlonnaire waarnemende voorzitter herinnerde er eindelijk aan, dat de candidaat van district V, die reeds te Almelo gekozen werd, gezeten is tusschen den eveneens reeds (in district VIII) gekozen anti .evolutionnairen candidaat en den Christelijk-Historischen candidaat van VI, mr. H. Verkouteren. Dat is de complete coalitie (applaus). Maar - onder openlijke huidebetuiging moet eraan herinnerd worden, dat vooral door de loyale houding der Katholieken de zege van j.l. Vrijdag bevochten werd, want in de besle districten hebben zij van eigen candidaturen afgezien om de victorie te vetzekeren. Het is dan ook thans een eereplicht van district V om aan mr. Aalberse een meerderheid te bezorgen, en te meer nu het zeker is, dat hij niet Almelo, maar dit district in de Kamer zal vertegenwoordigen, zoo hij gekozen wordt. (Langdurig applaus.) Ten slotte trad de derde spreker, de heer mr H. Verkouteren, naar voren, (eneinde aan te tconen, hoe groot te allen tijde de Christelijke invloed geweest is op de maatschappij ; hoe kunst en wetenschap, zoowel a!s armenzorg zijn voortgekomen uit de Kerk. Het Christelijk beginsel kent geen verschil tusschen politiek en zedelijkheid, en juist daarom zullen, volgens spreker, de Christelijke partijen, nu ze eenmaal de meerderheid in handen hebben, deze ook voor langen tijd behouden, omdat men met eerlijkheid het verst komt.
»Wij, mannen van de rechterzijde, moeten f hans aaneengesloten zijn,« eindigde mr Verkouteren. Onze organisatie van de Christelijk- Historischen is nog zwak, maar aangevuurd door uw voorbeeld zullen we doen, wat we kunnen, om mr Aalberse te steunen. We hebben hem reeds in de Kamer, doch dat is niet genoeg. We moeten hem er hebben als afgevaardigde van Amsterdam V, en om dit deel te bereiken, zullen we allen onze beste krachten geven. (Applaus). Zelfs na de nederlaag is de coalitie niet uiteen gegaan, en waar de vuurproef van de nederlaag werd doorstaan, hoopt mr Verkouteren, dat men ook zal hebben de sterke beenen, noodig om de weelde te dragen. (Langdurig applaus). Nadat ds. Van Dijken ook dezen spreker hartelijk dank gezegd had, werd de vergadering met gebed gesloten.