In de Franse sportpers kom je de naam Kovacs ruw geschat zeven keer zo vaak tegen als de naam Michels in de Nederlandse sportpers. Dat is toch knap werk van die kleine, slimme Roemeen, die blijkens uitvoerige statements die hij bijna dagelijks (in ieder geval wekelijks) in de Franse kranten afgeeft, zich wat dat betreft een stuk verstandiger en handiger opstelt dan George Knobel heeft gedaan. Ik weet niet wat de toekomst nog voor Knobel in het vat heeft, maar voorlopig ziet het ernaar uit dat Rinius Michels en Stefan Kovacs dank zij de aanvangssnelheid die zij via het Ajax-vliegwiel meekregen, alleen nog maar groter, belangrijker en gezaghebbender zijn geworden, terwijl Knobel door de middelpuntvliedende kracht van dat zelfde vliegwiel aam gezag en importantie lijkt te hebben ingeboet.
En dat ondanks het feit dat Ajax, althans in Frankrijk, nog steeds een reputatie van hier tot gunder heeft, die via die 1-0-nederlaag tegen het Franse nationale elftal eerder schijnt te zijn toegenomen dan afgenomen. De Franse spelers vonden Ajax een moeilijker tegenstander dan het Tsjechische elftal, waartegen zij enkele dagen later met
3-3 in Praag gelijk speelden. Bemard Lacombe, de midvoor van het Franse elftal, zei bijvoorbeeld: „Ik geloof niet dat we ooit eerder zo achter de bal hebben moeten aanrennen. De Hollanders plaatsen de bal zo zuiver, dat het bijna iets diabolisch heeft. En wat zijn ze degelijk en atletisch! Het had weinig gescheeld, of ze hadden ons een complex bezorgd". En hij besloot zijn tirade met de woorden: „Ajax fini? Laat me niet lachen!" (Een halve week later verloor Ajax met 2-1 van Telstar; Telstar fini? Laissez-moi rire!).
"Ajax fini? stopper". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1974/05/11 00:00:00, p. 25. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619637:mpeg21:p025
"Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1974/05/11 00:00:00, p. 25. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619637:mpeg21:p025
ledereen die wel eens naar een film is geweest, kent Raf Vallone. Hij speelde hoofdrollen in „Bittere Rijst", „Anna", „El Cid", „Van de brug af gezien" en talloze andere films. In de jaren '36, '37 en '38, toen hij tussen de 20 en 23 jaar oud was, speelde hij nog niet in films, maar wel in het eerste elftal van Torino, de Italiaanse topclub uit Turijn. Toen hij onlangs weer eens In Turijn terug was voor de regie van de opera „Norma", heeft hij over sport In het algemeen en voetbal in het bijzonder het volgende gezegd: „Sport is een levenseis in een compleet waanzinnige wereld. Zij blijft, volgens mij, een eilandje van zuiverheid te midden van alle intellectuele bedriegerij. Zij is een middel om de betekenis en de grootte van onze problemen terug te vinden. Onder sportmensen heb ik de meest oprechte, de meest serieuze mensen ontmoet. Ja, de sportman draagt kennis van het leven, en die kennis is objectief".
Volgens mij is Raf Vallone er eventjes extra netjes voor gaan zitten, voordat hij dit optekende. Het is meer een bijbelse evocatie geworden, dan een exacte omschrijving van de hedendaagse sport, als u het mij vraagt. Maar misschien is de sport in Italië nog altijd zo engelachtig als in de vorige eeuw, toen ze nog geen middel van bestaan of bron van vermaak was, maar een poging om de mens via lichaamsbeweging en spel hogerop te brengen. Ook over voetbal in het bijzonder heeft Raf Vallone zich uitgesproken:
„Het voetbal van tegenwoordig is moeilijker dan vroeger, maar ook minder mooi. Men probeert te veel de tegenstander lam te leggen, waardoor het spel zijn uitdrukkingskracht, zijn grandeur en poëzie verliest. Het huidige voetbal is alleen nog maar weggelegd voor krachtpatsers. Het doet me denken aan een aap die in een boom klimt en ons zijn achterwerk laat zien".
Tot zo ver filmspeler en -regisseur Raf Vallone. Ik betwijfel overigens, of dat laatste beeld van die aap in die boom met het achterwerk een logische afsluiting is van het voorafgaande. Een feit is, dat AC Milan afgelopen woensdag tegen FC Magdeburg met de billen bloot de boom in vluchtte, maar deze handeling miste toch dat uitdagende en brutaliserende dat Raf Vallone erin wilde leggen...
"Raf Vallone spreekt". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1974/05/11 00:00:00, p. 25. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619637:mpeg21:p025
Ik zie er nu al tegenop dat ik over twintig jaar aan jongere generaties moet vertellen dat („heus, geloof me nou") het Ajax van de zeventiger jaren met Cruijff, Keizer, Swart, Neeskens en al die anderen, mooier en opwindender voetbal speelden dan het Ajax van anno 1994.
"Over twintig jaar". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1974/05/11 00:00:00, p. 25. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619637:mpeg21:p025
Op het televisiefestival in Montreux ontmoette ik de Zweedse televisiecriticus Hemming Stam, die net als ik zijn belangstelling voor televisie met die voor sport weet te combineren. Uiteraard kwam het gesprek op onze gemeenschappelijke topvoetaller, Rail Edstroem van PSV-Zweden. Ik beloofde hem, in vage bewoordingen, dat ik wel eens een sonnet over Edstroem zou schrijven. Hij nodigde ons uit de Walpurgisnacht te komen vieren, op dinsdag 30 april, het traditionale feest waarop de Scandinaviërs afscheid nemen van de winter.
Er werd gegeten, gedronken, zeer veel gezongen (vooral door de Finnen, die de zangers van Scandinavië heten te zijn) en getoast. Eerst op de koningin van Nederland en de koning van Zweden, die beiden jarig bleken te zijn, en later ook op de koning van Finland, die niet bestaat. Hemming Sten bracht ook een toast uit op de aanwezige Nederlandse gasten, en vermeldde daarbij dat ik een sonnet zou schrijven op Ralf Edstroem. Applaus!
Toen moest ik wel. Nog diezelfde nacht, geïnspireerd door Walpurgis zelf neem ik aan, schreef ik het navolgende sonnet, waarbij ik uitging van twee kenmerken van Edstroems spel: 1. dat hij met feilloos instinct voorvoelt waar de bal terecht zal komen zodra deze van de voet van de medespeler is vertrokken, daarbij niet afwachtend maar zich spoorslags naar dat „ontmoetingspunt" begevend, en 2. dat hij een fractie van een seconde in de lucht lijkt stil te hangen voordat hij de bal inkopt
Dat laatste is, natuurkundig gezien, uiteraard onmogelijk, maar vermoedelijk wekt hij die schijn doordat hij, als hij opspringend zijn hoogste punt heeft bereikt, zich dan nog even met zijn lange, buigzame lichaam extra weet uit te rekken, waardoor het lijkt alsof hij stil hangt terwijl zijn opspringende tegenstanders alweer dalen.
Het sonnet is, met behulp van de Zweeds sprekende Linda van Dyck. voor Hemming Sten vertaald, die beloofd heeft het ook in het Zweeds in sonnetvorm terug te vertalen en aldaar te publiceren. Daarmee zal dan het droombeeld van elke dichter zijn bereikt: dat hij door middel van een sonnet in twee geciviliseerde landen een schrijversstipendium kan aanvragen.
"Zweeds sonnet". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1974/05/11 00:00:00, p. 25. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619637:mpeg21:p025
MORRA — Deze luchtfoto geeft een indruk van de aanleg van de nieuwe provinciale weg tussen Dokkum en Anjum, op de verlenging van de Dokkumer Rondweg-Noord na het voorlopig laatste stuk van de verbinding Leeuwarden—Lauwersoog. Links het dorp Morra, ter hoogte waarvan de oude weg Metslawier—Anjum de nieuwe weg kruist. Op de achtergrond het dorp Anjum. Als het een beetje meezit zal het gedeelte Metslawier—Anjum nog voor de winter opengesteld kunnen worden, de rest zal vermoedelijk in het voorjaar van 1975 klaar komen.
"Nieuwe weg door Oostdongeradeel". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1974/05/11 00:00:00, p. 25. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619637:mpeg21:p025
Hij wacht niet af, of rijst er als satelliet loodrecht omhoog, maar hij bepaalt de baan waarin de bal vanaf de voet zal gaan, zodat hij hun ontmoetingspunt voorziet. Hij rent er heen: een punt in het verschiet, terwijl de anderen te wachten staan op dingen die niet meer gebeuren gaan, want hij komt in, — en missen doet hij niet. Hij kurketrekkert zich vanzelf omhoog en blijft dan even, met een haviksoog, gedurende een fractie van seconde, stil hangen in de lucht: een god die knikt! maar toch al snel zijn doelwit heeft gevonden: 'hij heeft de knikker in het doel geknikt!
"Ralf Edstroem (koppend)". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1974/05/11 00:00:00, p. 25. Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619637:mpeg21:p025